26 AUGUSTUS 1996. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de overgangsbepalingen betreffende de opdrachten en betrekkingen die van toepassing zijn op de personeelsleden van het hoger onderwijs van het korte type van de Franse Gemeenschap (VERTALING). (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-11-1996 en tekstbijwerking tot 14-12-1996)
Art. 1-7
Artikel 1. Dit besluit heeft betrekking op de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel die in een instelling voor hoger onderwijs van het korte type van de Franse Gemeenschap een van de volgende ambten met volledige prestaties uitoefenen op 1 april 1996 : directeur, onderdirecteur, opvoeder-huismeester, directiesecretaris (taresse).
Art.2. Mag vast benoemd worden tot het ambt van directeur het personeelslid dat voldoet aan de voorwaarden 1°, 2°, 3°, 4°, 5°, 6° en 7° van artikel 97 van het koninklijk besluit d.d. 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen, en dat solliciteert naar een in artikel 1 bedoelde betrekking van directeur.
In afwijking van 5° van artikel 97 van hetzelfde besluit mag het in lid 1 bedoelde personeelslid houder zijn van een einddiploma uitgereikt door een universiteit, door een instelling voor hoger onderwijs van het lange type of door een examencommissie van de Franse Gemeenschap, of van een bekwaamheidsbewijs dat gelijkgesteld werd met een dergelijk diploma.
(In afwijking van art. 1, E van voormeld koninklijk besluit van 31 juli 1969 kan het in het 1e lid bedoelde personeelslid in het rijksonderwijs vast titularis zijn van een in art. 1 D van dit besluit bedoeld wervings- of selectieambt.) <BFG 1996-10-15/48, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-06-1996>
Art.3. In afwijking van de bepalingen van de artikelen 78 lid 2, 3 en 4, en 86 tot 91 van bovenvermeld koninklijk besluit d.d. 22 maart 1969 mogen de personeelsleden die voldoen aan de voorwaarden van artikel 83 van hetzelfde besluit vast benoemd worden tot het ambt van onderdirecteur, directiesecretaresse en opvoeder-huismeester.
Art.4. De benoeming in vast verband van de in artikel 1 bedoelde personeelsleden moet gebeuren met inachtneming van het koninklijk besluit d.d. 12 januari 1966 houdende vaststelling van de voorwaarden vereist voor het bepalen van het aantal betrekkingen in de rijksinrichtingen voor technisch onderwijs en van het koninklijk besluit nr. 78 d.d. 21 juli 1982 houdende vaststelling van de regels en voorwaarden voor de berekening van het aantal betrekkingen in sommige ambten van het opvoedend hulppersoneel en van het administratief personeel, inzonderheid in het hoger onderwijs van het korte type.
Art.5. Krachtens dit besluit worden de personeelsleden vast benoemd met ingang van 29 juni 1996.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking op 15 juni 1996.
Art. 7. De Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort is belast met de toepassing van dit besluit.
Brussel, 26 augustus 1996.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs, Audiovisuele Media, Jeugdzorg, Kinderzorg en Gezondheid,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,
J.-P. GRAFE