Details





Titel:

27 AUGUSTUS 1996. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot regeling van de samenstelling en werking van de pedagogische raad, de sociale raad [, de categorieraden en de departementsraden] en van de werking van de raad van bestuur en van het bestuurscollege van de door de Franse Gemeenschap georganiseerde hogescholen (VERTALING). <BFG2006-11-10/04, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 05-10-1996 en tekstbijwerking tot 24-07-2020)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied, beheers- en adviesorganen.
Afdeling I. - Toepassingsgebied, algemene bepaling.
Art. 1-2
Afdeling II. - De raad van bestuur.
Art. 3-11
Afdeling III. - Het bestuurscollege.
Art. 12-14
Afdeling IV. - De pedagogische raad.
Art. 15-21
Afdeling V. - De sociale raad.
Art. 22-28
Afdeling VI. - (Categorieraden.) <BFG 2006-11-10/04, art. 3; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
Art. 29-35
Afdeling 7. - De departementsraden. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
Art. 35bis, 35ter, 35quater, 35quinquies, 35sexies, 35septies, 35octies
HOOFDSTUK II. - De regeringscommissaris.
Art. 36
HOOFDSTUK III. - Verkiezingsprocedure.
Afdeling I. - De kiezers.
Art. 37
Afdeling II. - De kieslijsten.
Art. 38-39
Afdeling III. - De kandidaten.
Art. 40-42
HOOFDSTUK IV. - De stemming.
Art. 43-46
Afdeling V. - Afkondiging van de uitslag.
Art. 47
Afdeling VI. - Het aantreden.
Art. 48
Afdeling VII. - De verkiezingscommissie.
Art. 49-50
HOOFDSTUK IV. - Lijsten voor de verkiezing van de directeur-voorzitter.
Afdeling I. - (niet vertaald, zie Franse versie)
Art. 51-56
Afdeling II. - De lijsten met kandidaten voor de functie van categoriaal directeur.
Art. 57-63
HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepaling voor de categorie vertalers en tolken van de Henegouwse Hogeschool van de Franse Gemeenschap.
Art. 64
HOOFDSTUK VI. - Wijzigings-, opheffings-, overgangs- en slotbepalingen.
Art. 65-72



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1977080101  1978012308  1992029039  1992029068 





Artikels:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied, beheers- en adviesorganen.
Afdeling I. - Toepassingsgebied, algemene bepaling.
Artikel 1. Dit besluit geldt voor de door de Franse Gemeenschap georganiseerde hogescholen.

Art.2. De beheersorganen van die hogescholen zijn : 1° de raad van bestuur;
  2° het bestuurscollege.
  De adviesorganen van die hogescholen zijn :
  1° de pedagogische raad;
  2° de sociale raad;
  3° de (categorieraden). <BFG 2006-11-10/04, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  (4° in voorkomend geval, de departementsraden.) <BFG 2006-11-10/04, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>

Afdeling II. - De raad van bestuur.
Art.3.(De meester-assistent belast met het administratief en juridisch beheer van de Hogeschool, bedoeld in artikel 1 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 13 november 2000 houdende uitvoering van artikel 7bis van het decreet van 25 juli 1996 betreffende de opdrachten en betrekkingen in de door de Franse Gemeenschap ingerichte of gesubsidieerde Hogescholen, neemt het secretariaat van de Raad van bestuur waar. Hij woont de raadsvergaderingen met raadgevende stem bij.) <BFG 2000-11-13/31, art. 14, 003; Inwerkingtreding : 13-11-2000>
  [1 In afwijking van het eerste lid, in afwezigheid van de meester-assistent bevoegd voor het administratief en juridisch beheer van de Hogeschool, belast de Raad van bestuur een lid van het bestuurspersoneel dat een ambt van niveau 1 uitoefent, met het secretariaat van de bovenvermelde raad.]1
  ----------
  (1)<BFG 2009-04-30/D1, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-06-2009>

Art.4. Elk lid van de raad dat overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn aanstelling wettigde, wordt vervangen. De vervanger voleindigt diens mandaat.

Art.5. De raad : 1° bepaalt zijn huishoudelijk reglement en deelt het de Regering ter goedkeuring mee;
  2° treft alle maatregelen om :
  a) bij te dragen tot de goede werking, het goed beheer en de ontwikkeling van de hogeschool;
  b) de doeleinden van de hogeschool te bereiken;
  3° bepaalt het studiereglement en latere wijzigingen na advies van de pedagogische raad en deelt ze mee aan de pedagogische gemeenschapscommissie;
  4° stelt de Regering de organisatie van het onderwijs in afdelingen, opties en cursussen voor, na advies van de betrokken (categorieraden); <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  5° legt de Regering aanvragen voor tot oprichting van afdelingen, opties en specialisatiestudies, na advies van de betrokken (categorieraden) en van de algemene raad van de hogescholen; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  6° bepaalt de personeelsformatie van de hogeschool en verdeelt de betrekkingen onder (de categorieën), op voorstel van het bestuurscollege en na advies van de pedagogische raad; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  7° keurt de door de (categorieraad) voorgestelde verdeling van de betrekkingen onder de diensten (van de categorie) goed, na advies van de pedagogische raad; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  8° bepaalt op voorstel van het bestuurscollege en na advies van de betrokken (categorieraad) of van de pedagogische raad de bevoegdheden van de personeelsleden van de hogeschool, de uurrooster en de examenrooster; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  9° bepaalt de uurregeling van de cursussen op voorstel van het bestuurscollege en na advies van de betrokken (categorieraad); <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  10° stelt de Regering op voorstel van het bestuurscollege en na advies van de betrokken (categorieraden) en van de pedagogische raad, de werving, benoeming en terbeschikkingstelling van personeelsleden voor; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  11° wijst de gasthoogleraars aan op voorstel van het bestuurscollege, na advies van de betrokken (categorieraad); <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  12° maakt de begrotingsvoorstellen op en bepaalt de verdeling van de totale jaarlijkse toelage voor de hogeschool, op voorstel van het bestuurscollege;
  13° keurt de door de sociale raad opgemaakte begroting goed;
  14° bepaalt het aantal leden van de pedagogische raad, de sociale raad en (de categorieraden). <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  De raad van bestuur oefent alle andere bevoegdheden uit, toegekend door een wet, decreet of besluit of door elke, krachtens deze, genomen reglementaire bepaling.
  Hij kan een deel van zijn bevoegdheden aan het bestuurscollege overdragen in de materies die hij bepaalt.
  (lid niet vertaald, zie Franse versie)

Art.6. De raad van bestuur komt ten minste tienmaal per jaar bijeen en kan bovendien bijeenkomen op initiatief van de directeur-voorzitter of op schriftelijke aanvraag van ten minste 1/3 van zijn leden.
  Een punt wordt op de agenda ingeschreven op schriftelijk verzoek van een adviesorgaan of van ten minste 1/3 van de leden van de raad.
  Behalve in dringende gevallen, die de oproeping vermeldt, worden de leden schriftelijk opgeroepen ten minste tien werkdagen voor de vergadering. De oproepingsbrieven worden ondertekend door de directeur-voorzitter en de secretaris, vermelden de agenda van de vergadering en de plaats waar documenten ter zake kunnen ingezien worden zodra de oproepingen ontvangen zijn.
  De beraadslaging is beperkt tot de agendapunten, behalve als ten minste 2/3 van de aanwezige leden aanvaarden de agenda te wijzigen.

Art.7. De raad beraadslaagt geldig als meer dan de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn. Is het quorum niet bereikt, dan kan de raad na een nieuwe oproeping beraadslagen ongeacht het aantal aanwezigen, over alle punten die voor de tweede maal op de agenda staan.
  Leden die een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben of wier bloed- en aanverwanten tot de tweede graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben bij de materies waarover gestemd wordt, nemen aan de beraadslaging niet deel.

Art.8. Elke beslissing van de raad is het voorwerp van een stemming en wordt gemotiveerd.
   Volmachten zijn verboden.
  De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgedrukte stemmen, zonder rekening te houden met onthoudingen.
  Als die meerderheid na drie stemmingen, in ten minste twee vergaderingen, niet bereikt wordt, dan treft de directeur-voorzitter maatregelen en legt hij de zaak voor aan de Regering, die beslist.

Art.9. De beslissingen van de raad worden volgens het geval openbaar gemaakt of meegedeeld aan de betrokkenen binnen tien werkdagen. In die termijn worden ze aan het bestuur hoger onderwijs overgezonden.

Art.10. Binnen tien werkdagen na de bekendmaking of mededeling van een beslissing kan elke persoon die zich benadeeld acht, langs de hiërarchische weg beroep aantekenen bij de Regering. Binnen dertig dagen na de indiening van het beroep kan de Regering de beslissing vernietigen als ze die strijdig acht met de wetten, decreten, besluiten en reglementsbepalingen. De regeringsbeslissing wordt met redenen omkleed.

Art.11. De processen-verbaal van de beraadslagingen worden binnen tien dagen na goedkeuring aan het bestuur hoger onderwijs overgezonden.

Afdeling III. - Het bestuurscollege.
Art.12. Het bestuurscollege heeft o.m. volgende bevoegdheden : 1° het voert de beslissingen van de raad van bestuur en van de Regering uit;
  2° het staat in voor het dagelijks bestuur;
  3° het treft alle maatregelen ter beveiliging van personen en goederen;
  4° het stelt de raad van bestuur de vaststelling van de personeelsformatie van de hogeschool en de verdeling van de betrekkingen onder de (categorieën) voor; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  5° na advies van de betrokken (categorieraad) stelt het de raad van bestuur de bevoegdheden van de personeelsleden van de hogeschool voor, alsook de uurrooster en de examenrooster; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  6° het stelt de raad van bestuur, na advies van de betrokken (categorieraad), de uurregeling voor de cursussen voor; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  7° na advies van de betrokken (categorieraden) stelt het de raad van bestuur de werving, benoeming en terbeschikkingstelling van personeelsleden voor; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  8° het stelt de raad van bestuur, na advies van de betrokken (categorieraad), de aanwijzing van gasthoogleraars voor; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  9° het zendt de raad van bestuur de begrotingsvoorstellen over alsook de verdeling van de totale jaarlijkse toelage voor de hogeschool;
  10° het spreekt tuchtstraffen uit jegens studenten, na advies van de betrokken (categorieraad); <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  11° het stelt de bevoegde overheid tuchtstraffen betreffende het personeel voor;
  12° het treft dringende maatregelen die tot de bevoegdheid van de raad van bestuur behoren en brengt de raad daarover verslag uit op diens eerstvolgende vergadering.
  Het bestuurscollege kan dringende maatregelen van de directeur-voorzitter intrekken of wijzigen, onverminderd de materiële uitvoering die eraan gegeven werd.

Art.13. Het secretariaat van het bestuurscollege wordt door de secretaris van de raad van bestuur waargenoven.

Art.14. De directeur-voorzitter staat in voor de algemene leiding van de hogeschool en heeft o.m. volgende bevoegdheden :
  1° hij vertegenwoordigt de hogeschool;
  2° hij zit de raad van bestuur voor, belegt diens vergaderingen en bepaalt er de agenda van;
  3° hij schrijft de studenten op de rol in;
  4° hij ondertekent diploma's en getuigschriften;
  5° hij ordonnanceert de uitgaven van de hogeschool;
  6° hij treft dringende maatregelen die tot de bevoegdheid van het bestuurscollege behoren, o.m. inzake de veiligheid van personen en goederen en het personeelsbeheer, en die een beslissing binnen ten hoogste één werkdag vereisen. Hij brengt daarover verslag uit op de eerstvolgende vergadering van het bestuurscollege.

Afdeling IV. - De pedagogische raad.
Art.15. § 1. De pedagogische raad bestaat uit ten minste 24 leden.
  Een derde van de leden vertegenwoordigen de studenten. Zij worden gekozen door de studentenraad (...), naar rata van ten minste één student per onderwijscategorie. <BFG 1999-06-22/50, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 31-03-1999>
  Een derde van de leden vertegenwoordigen het personeel naar rata van ten minste één lid per onderwijscategorie. Zij worden gekozen krachtens de artikelen 37 tot 50.
  Een derde van de leden, onder wie de directeur-voorzitter en ten hoogste vier leden van het bestuurscollege, worden door de Regering aangewezen. De andere leden worden door de Regering aangewezen gelet op hun bijzondere bevoegdheid in de beroepssectoren die in verband staan met de georganiseerde categorieën, uit een dubbeltal, voorgedragen door de in het 2e en het 3e lid bedoelde leden, de directeur-voorzitter en de hierboven bedoelde leden van het bestuurscollege.
  § 2. De pedagogische raad wordt voorgezeten door de directeur-voorzitter of bij diens ontstentenis door het lid dat hij aanwijst.
  § 3. (Het secretariaat van de Pedagogische Raad wordt door de secretaris van de Raad van bestuur waargenomen.) <BFG 2000-11-13/31, art. 15, 003; Inwerkingtreding : 13-11-2000>

Art.16. Het mandaat van de leden die het personeel vertegenwoordigen en van de door de Regering aangewezen leden duurt vijf jaar, dat van de vertegenwoordigers van de studenten één jaar. Die mandaten zijn vernieuwbaar.
  Elk lid dat overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat wettigde, wordt vervangen. De vervanger voleindigt diens mandaat.

Art.17. § 1. De pedagogische raad bepaalt zijn huishoudelijk reglement en deelt het de raad van bestuur ter goedkeuring mee.
  Hij wordt door de raad van bestuur geraadpleegd telkens als de behoeften van het onderwijs en de belangen van de hogeschool dat vereisen.
  § 2. Bovendien oefent de pedagogische raad alle andere bevoegdheden uit toegekend door een wet, decreet, besluit of krachtens deze getroffen reglementsbepaling.

Art.18. De pedagogische raad komt ten minste tweemaal per jaar bijeen. Hij kan bovendien bijeenkomen op initiatief van zijn voorzitter of op schriftelijk verzoek van ten minste 1/3 van zijn leden.
  Een punt wordt op de agenda ingeschreven op schriftelijk verzoek van 1/3 van de leden van de pedagogische raad.
  Behalve in dringende gevallen, die de oproeping vermeldt, worden de leden schriftelijk bijeengeroepen ten minste tien werkdagen voor de vergadering. De oproepingen worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris, bepalen de agenda van de vergadering en de plaats waarop de stukken betreffende de agendapunten kunnen ingezien worden zodra de oproeping ontvangen is.
  De beraadslagingen zijn beperkt tot de agendapunten behalve als ten minste 2/3 van de aanwezige leden een wijziging van de agenda aanvaarden.

Art.19. De pedagogische raad vergadert geldig als meer dan de helft van de leden aanwezig zijn. Als dat quorum niet bereikt is, kan de raad na een nieuwe oproeping beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezigen, over alle punten die een tweede maal op de agenda voorkomen.
  Leden met een rechtstreeks en persoonlijk belang of wier bloed- en aanverwanten t/m de tweede graad een rechtstreeks en persoonlijk belang hebben bij de materies waarover gestemd wordt, nemen niet deel aan de beraadslaging.

Art.20. Alle adviezen en beslissingen van de pedagogische raad zijn het voorwerp van een stemming; de volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen is vereist, zonder met onthoudingen rekening te houden.

Art.21. De beslissingen en adviezen van de pedagogische raad kunnen ingezien worden bij het secretariaat van de hogeschool behalve als ze een individuele strekking hebben.

Afdeling V. - De sociale raad.
Art.22. § 1. De sociale raad bestaat uit ten minste 24 leden.
  Een vierde van de leden vertegenwoordigen het personeel naar rata van ten minste één lid per onderwijscategorie. Zij worden gekozen krachtens de artikelen 37 tot 50.
  De helft van de leden vertegenwoordigen de studenten. Zij worden gekozen door de studentenraad (...), naar rata van ten minste twee studenten per onderwijscategorie. <BFG 1999-06-22/50, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 31-03-1999>
  Een derde van de leden onder wie de directeur-voorzitter worden door de Regering aangewezen op voordracht van het bestuurscollege.
  § 2. Twee door de sociale raad geworven personeelsleden wonen de werkzaamheden met raadgevende stem bij.
  § 3. De sociale raad wordt voorgezeten door de directeur-voorzitter of bij diens ontstentenis door het lid dat hij aanwijst.
  § 4. (Het secretariaat van de Sociale Raad wordt door de secretaris van de raad van bestuur waargenomen.) <BFG 2000-11-13/31, art. 16, 003; Inwerkingtreding : 13-11-2000>

Art.23. § 1. Het mandaat van de leden die het personeel vertegenwoordigen en van de door de Regering aangewezen leden duurt vijf jaar, dat van de vertegenwoordigers van de studenten één jaar. Die mandaten zijn vernieuwbaar.
  § 2. Elk lid dat overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat wettigde, wordt vervangen.
  De vervanger voleindigt diens mandaat.

Art.24. De sociale raad : 1° bepaalt zijn huishoudelijk reglement en deelt het de raad van bestuur ter goedkeuring mee;
  2° maakt zijn begroting op en deelt ze de raad van bestuur ter goedkeuring mee;
  3° brengt advies uit over al wat de materiële en sociale leefomstandigheden van de studenten betreft, op verzoek van de raad van bestuur of van het bestuurscollege;
  4° is bevoegd voor de aanwending van sociale kredieten, binnen de perken van de door de raad van bestuur goedgekeurde sociale begroting en overeenkomstig de regels van de rijkscomptabiliteit.

Art.25. De sociale raad komt ten minste viermaal per jaar bijeen. Hij kan bovendien bijeenkomen op initiatief van zijn voorzitter of op schriftelijk verzoek van ten minste 1/3 van zijn leden.
  Een punt wordt op de agenda ingeschreven op schriftelijk verzoek van 1/3 van de leden van de raad.
  Behalve in dringende gevallen, die de oproeping vermeldt, worden de leden schriftelijk bijeengeroepen ten minste tien werkdagen voor de vergadering. De oproepingen worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris, en bepalen de agenda van de vergadering.
  De beraadslagingen zijn beperkt tot de agendapunten behalve als ten minste 2/3 van de aanwezige leden een wijziging van de agenda aanvaarden.

Art.26. De sociale raad vergadert geldig als meer dan de helft van de leden aanwezig zijn. Als dat quorum niet bereikt is kan de raad na een nieuwe oproeping beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezigen, over alle punten die een tweede maal op de agenda voorkomen.
  Leden met een rechtstreeks en persoonlijk belang of wier bloed- en aanverwanten t/m de tweede graad een rechtstreeks en persoonlijk belang hebben bij de materies waarover gestemd wordt, nemen niet deel aan de beraadslaging.

Art.27. Alle adviezen en beslissingen van de sociale raad zijn het voorwerp van een stemming; de volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen is vereist, zonder met onthoudingen rekening te houden.
  Als die meerderheid na drie stemmingen, in ten minste twee vergaderingen, niet bereikt is, dan wordt de zaak aan de raad van bestuur voorgelegd.

Art.28. De beslissingen en adviezen van de sociale raad kunnen ingezien worden bij het secretariaat van de hogeschool behalve als ze een individuele strekking hebben.

Afdeling VI. - (Categorieraden.)
Art.29. § 1. Elke (categorieraad) bestaat uit ten minste tien leden. Drie vijfde van de leden vertegenwoordigen het personeel en worden gekozen krachtens de artikelen 37 t/m 50. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  Een vijfde van de leden vertegenwoordigen de studenten en worden door de studentenraad gekozen (...). <BFG 1999-06-22/50, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 31-03-1999>
  Een vijfde van de leden worden door het bestuurscollege gekozen.
  § 2. Een van de door het bestuurscollege gekozen leden zit de (categorieraad) voor. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  § 3. De (categorieraad) belast jaarlijks één van zijn leden met het secretariaat. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>

Art.30. Het mandaat van de vertegenwoordigers van het personeel en van de door het college gekozen leden duurt vijf jaar, dat van de vertegenwoordigers van de studenten één jaar. Die mandaten zijn vernieuwbaar.
  Elk lid dat overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat wettigde, wordt vervangen. De vervanger voleindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art.31. Elke (categorieraad) : 1° bepaalt zijn huishoudelijk reglement en deelt het de raad van bestuur ter goedkeuring mee; <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  2° bepaalt de verdeling van de betrekkingen onder de diensten van (de categorie), na goedkeuring door de raad van bestuur. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  Bovendien brengt elke (categorieraad) wat hem betreft adviezen uit : <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  1° voor de raad van bestuur, over :
  a) de organisatie van het onderwijs in afdelingen, opties en cursussen;
  b) elk verzoek om nieuwe afdelingen, opties of specialisatiestudies in te stellen;
  c) de ambtsbevoegdheden van de personeelsleden van de hogeschool, de uurrooster en de examenrooster;
  d) de uurregeling voor de cursussen;
  e) de werving, benoeming, terbeschikkingstelling van personeelsleden;
  f) de aanwijzing van gasthoogleraars;
  2° voor het bestuurscollege, over tuchtstraffen jegens studenten.

Art.32. Elke (categorieraad) komt ten minste viermaal per jaar bijeen, en bovendien op initiatief van zijn voorzitter of op schriftelijk verzoek van ten minste 1/3 van zijn leden. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  Een punt wordt op de agenda ingeschreven op schriftelijk verzoek van ten minste 1/3 van de leden.
  Behalve in dringende gevallen, die de oproeping vermeldt, worden de leden schriftelijk opgeroepen ten minste tien werkdagen voor de vergadering. De oproepingsbrieven worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris en vermelden de agenda van de vergadering.
  Er wordt enkel beraadslaagd over de agendapunten tenzij ten minste 2/3 van de aanwezige leden aanvaarden de agenda te wijzigen.

Art.33. De (categorieraad) beraadslaagt geldig als meer dan de helft van de leden aanwezig zijn. Zoniet kan hij na een nieuwe oproeping beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezigen, over alle punten die voor de tweede maal op de agenda staan. <BFG 2006-11-10/04, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  Leden met een persoonlijk of rechtstreeks belang of wier bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben bij de materies waarover gestemd wordt, nemen aan de beraadslaging niet deel.

Art.34. Alle adviezen en beslissingen van de raad zijn het voorwerp van een stemming. Ze worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, zonder rekening te houden met onthoudingen.

Art.35. De beslissingen en adviezen van de raad kunnen op het secretariaat van de hogeschool ingezien worden, behalve als ze een individuele strekking hebben.

Afdeling 7. - De departementsraden.
Art. 35bis. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> § 1. Elke departementsraad bestaat uit ten minste tien leden. Drie vijfde van de leden vertegenwoordigen het personeel en worden gekozen krachtens de artikelen 37 tot 50.
  Een vijfde van de leden vertegenwoordigen de studenten en worden door de studentenraad gekozen. Eén vijfde van de leden worden door het Bestuurscollege gekozen.
  § 2. Eén van de door het bestuurscollege gekozen leden zit de departementsraad voor.
  § 3. De departementsraad belast jaarlijks één van zijn leden met het secretariaat.

Art. 35ter. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> Het mandaat van de vertegenwoordigers van het personeel en van de door het bestuurscollege gekozen leden duurt vijf jaar, dat van de vertegenwoordigers van de studenten één jaar. Die mandaten zijn hernieuwbaar.
  Elk lid dat overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat wettigde, wordt vervangen. De vervanger voleindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art. 35quater. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> Elke Departementsraad bepaalt zijn huishoudelijk reglement en deelt het de raad van bestuur ter goedkeuring mee.

Art. 35quinquies. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> Elke departementsraad komt, in voorkomend geval, ten minste viermaal per jaar bijeen, en bovendien op initiatief van zijn voorzitter of op schriftelijk verzoek van ten minste één derde van zijn leden.
  Een punt wordt op de agenda ingeschreven op schriftelijk verzoek van ten minste één derde van de leden van de departementsraad.
  Behalve in dringende gevallen, die de oproeping vermeldt, worden de leden ten minste tien werkdagen vóór de vergadering schriftelijk opgeroepen. De oproepingsbrieven worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris en vermelden de agenda van de vergadering.
  Er wordt enkel beraadslaagd over de agendapunten tenzij ten minste tweederde van de aanwezige leden aanvaarden de agenda te wijzigen.

Art. 35sexies. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> De departementsraad beraadslaagt en beslist geldig als meer dan de helft van de leden aanwezig zijn.
  Zo niet kan de Departementsraad na een nieuwe oproeping beraadslagen en beslissen, ongeacht het aantal aanwezigen, over alle punten die voor de tweede maal op de agenda staan.
  Leden met een persoonlijk of rechtstreeks belang of wier bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben bij de materies waarover gestemd wordt, nemen aan de beraadslaging niet deel.

Art. 35septies. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> Over alle adviezen en beslissingen van de departementsraad wordt gestemd. Ze worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, zonder rekening te houden met onthoudingen.

Art. 35octies. <Ingevoegd bij BFG 2006-11-10/04, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2006> De beslissingen en adviezen van de raad kunnen op het secretariaat van de hogeschool ingezien worden, behalve als ze een individuele strekking hebben.

HOOFDSTUK II. - De regeringscommissaris.
Art.36. De door de Regering bij de hogeschool aangestelde commissaris kan de vergaderingen van de raad van bestuur, het bestuurscollege en de sociale raad bijwonen en heeft er raadgevende stem.

HOOFDSTUK III. - Verkiezingsprocedure.
Afdeling I. - De kiezers.
Art.37.<BFG 2006-02-10/38, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006> Voor de verkiezing, in de raad van bestuur, van de vertegenwoordiger van het meesters-, vak- en dienstpersoneel bedoeld in artikel 66, eerste lid, 4°, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, zijn de leden van dat personeel bij de hogeschool kiezers als zij in de hogeschool [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn op de datum waarop de kieslijsten afgesloten worden.
  [1 Voor de verkiezing in de raad van bestuur van de vast benoemde vertegenwoordiger van het bestuurspersoneel bedoeld in artikel 66, eerste lid, 4°bis, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, worden kiezers de leden van het bestuurspersoneel van de Hogeschool die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit van deze bevinden op de datum van de afsluiting van de kieslijsten.]1
  Voor de verkiezing, in de Pedagogische Raad, van de vertegenwoordigers van het personeel bedoeld in artikel 15 van dit besluit, zijn de leden van het onderwijzend personeel van de hogeschool kiezers als zij er op de datum waarop de kieslijsten afgesloten worden [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn.
  Voor de verkiezing, in de Sociale Raad, van de vertegenwoordigers van het personeel bedoeld in artikel 22 van dit besluit, zijn de leden van het personeel van de hogeschool kiezers als zij er op de datum waarop de kieslijsten afgesloten worden [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn.
  Voor de verkiezing, in de (categorieraden), van de vertegenwoordigers van het personeel, bedoeld in artikel 29 van dit besluit, zijn de personeelsleden van de hogeschool kiezers als zij [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn (in de betrokken categorie) op de datum waarop de kieslijsten afgesloten worden. <BFG 2006-11-10/04, art. 5, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  (In voorkomend geval, voor de verkiezing, in de departementsraden, van de vertegenwoordigers van het personeel bedoeld in afdeling 7 van hoofdstuk I van dit besluit, zijn de personeelsleden van de Hogeschool kiezers als zij [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn in het betrokken departement op de datum waarop de kieslijsten afgesloten worden.) <BFG 2006-11-10/04, art. 5, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  ----------
  (1)<BFG 2009-04-30/D1, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 01-06-2009>

Afdeling II. - De kieslijsten.
Art.38.Het secretariaat van de hogeschool maakt de kieslijst voor elke raad op, eventueel per onderwijscategorie : ze wordt afgesloten op [1 tussen 15 maart en 1 april]1 voor de verkiezingen (of, desgevallend, dertig dagen voor de datum van een tussentijdse verkiezing zoals bedoeld bij artikel 46, tweede lid, van dit besluit.) <BFG 2006-02-10/38, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>
  ----------
  (1)<BFG 2011-04-07/11, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 15-03-2011>

Art.39. Die kieslijsten worden bekendgemaakt ad valvas dertig dagen voor de verkiezingen. Ze kunnen ook op het secretariaat van de hogeschool ingezien worden.

Afdeling III. - De kandidaten.
Art.40.<BFG 2006-02-10/38, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006> § 1. Verkiesbaar zijn voor de Raad van Bestuur als vertegenwoordigers van het meesters-, vak- en dienstpersoneel, de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn in de hogeschool op de datum van afsluiting van de verkieslijsten.
  [1 Zijn verkiesbaar voor de Raad van bestuur tot vast benoemde vertegenwoordigers van het bestuurspersoneel, de leden van het bestuurspersoneel die vast benoemd zijn, die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit binnen de Hogeschool bevinden op de datum van afsluiting van de kieslijsten.]1
  § 2. Verkiesbaar zijn voor de Pedagogische Raad tot vertegenwoordigers van het personeel, de leden van het onderwijzend personeel die vastbenoemd zijn, tijdelijk voor een onbepaalde duur in de hogeschool of aangeworven voor een onbepaalde duur door de hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen deze op de datum van afsluiting van de kieslijsten.
  § 3. Verkiesbaar zijn voor de Sociale Raad als vertegenwoordigers van het personeel :
  1° de leden van het onderwijzend personeel die vastbenoemd zijn, tijdelijk aangewezen voor een onbepaalde duur in de hogeschool of aangeworven voor een onbepaalde duur door de hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen deze op de datum van afsluiting van de kieslijsten.
  2° de leden van het opvoedend en administratief hulppersoneel die vastbenoemd zijn of tijdelijk aangewezen voor een onbepaalde duur in de hogeschool of aangeworven met een overeenkomst voor een onbepaalde duur door de hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen deze op de datum van afsluiting van de kieslijsten.
  3° de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel die vastbenoemd zijn of tijdelijk aangewezen in de hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen deze op de datum van afsluiting van de kieslijsten.
  § 4. (Verkiesbaar zijn voor de categorieraad en, in voorkomend geval, voor de departementsraad als vertegenwoordigers van het personeel :
  1° de leden van het onderwijzend personeel die vastbenoemd zijn, tijdelijk aangewezen voor een onbepaalde duur in de Hogeschool of aangeworven voor een onbepaalde duur door de Hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen de betrokken categorie of het betrokken departement van de hogeschool op de datum van afsluiting van de kieslijsten;
  2° de leden van het opvoedend en administratief hulppersoneel die vastbenoemd zijn of tijdelijk aangewezen voor een onbepaalde duur in de Hogeschool of aangeworven met een overeenkomst voor een onbepaalde duur door de Hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen de betrokken categorie of het betrokken departement van de Hogeschool op de datum van afsluiting van de kieslijsten.
  3° de leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel die vastbenoemd zijn of tijdelijk aangewezen in de Hogeschool en die [1 die zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevinden]1 zijn binnen de betrokken categorie of het betrokken departement van de Hogeschool op de datum van afsluiting van de kieslijsten.) <BFG 2006-11-10/04, art. 6, 005; Inwerkingtreding : 15-09-2006>
  ----------
  (1)<BFG 2009-04-30/D1, art. 3, 006; Inwerkingtreding : 01-06-2009>

Art.41. De gedateerde en ondertekende kandidaturen worden bij het secretariaat van de hogeschool ingediend (binnen de vijftien dagen die volgen) de bekendmaking van de kieslijsten. <BFG 2006-02-10/38, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>

Art.42. De kandidaturen worden ad valvas bekendgemaakt uiterlijk de tweede werkdag na het verstrijken van de termijn voor de indiening ervan.

HOOFDSTUK IV. - De stemming.
Art.43.De verkiezing van de verschillende vertegenwoordigers, eventueel per categorie, vindt uiterlijk de [1 31ste mei]1 plaats (, behoudens in geval van tussentijdse verkiezing zoals bedoeld bij artikel 46, tweede lid, van dit besluit.). <BFG 2006-02-10/38, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>
  ----------
  (1)<BFG 2011-04-07/11, art. 2, 007; Inwerkingtreding : 15-03-2011>

Art.44. De verkiezingen vinden plaats bij geheime stemming.

Art.45. (Voor elke Raad) worden de kandidaten gerangschikt, eventueel per onderwijscategorie, volgens het aantal verkregen stemmen. Verkozen zijn de kandidaten die de meeste stemmen behaald hebben. Bij staking van stemmen wordt de gekozene (de jongste kandidaat). <BFG 2006-02-10/38, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>

Art.46. De verkozen vertegenwoordiger die overlijdt, ontslag neemt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat wettigde, wordt vervangen door de niet-verkozen kandidaat die de meeste stemmen behaald heeft.
  (Indien er geen kandidaat overblijft op de lijst van de kandidaten die zich hebben gemeld en die verkozen werden, gaat de hogeschool over tot een nieuwe verkiezing.
  Binnen de vijf werkdagen die volgen op de kennisneming van het vrijkomen van het ambt, wijst het Directiecollege de leden aan van de Verkiezingscommissie bedoeld bij artikel 49 en bepaalt de datum van de verkiezing. Deze geschiedt tussen de 35e en de 45e dag die volgt op de kennisneming van het openvallen van het ambt.
  Geschiedt de kennisneming tijdens de schoolvakantie, nemen de bij vorig lid bedoelde termijnen hun aanvang de eerste dag na de schoolhervatting.
  De verkozen kandidaat voleindigt het mandaat van zijn voorganger.) <BFG 2006-02-10/38, art. 7, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>

Afdeling V. - Afkondiging van de uitslag.
Art.47. De verkiezingscommissie bedoeld in onderstaand artikel 49 kondigt de uitslag van de verkiezingen uiterlijk daags na de stemming af.

Afdeling VI. - Het aantreden.
Art.48. De verschillende verkozen vertegenwoordigers treden aan op de eerste dag van het academiejaar.

Afdeling VII. - De verkiezingscommissie.
Art.49.(Bij iedere verkiezing[2 ...]2, wordt een Verkiezingscommissie ingesteld. Ze bestaat uit vijf leden aangewezen door het Directiecollege buiten de kandidaten. Deze Commissie stelt haar eigen voorzitter aan.) <BFG 2006-02-10/38, art. 8, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006>
  (Het secretariaat van de verkiezingscommissie wordt door de secretaris van de Raad van bestuur waargenomen.) <BFG 2000-11-13/31, art. 17, 003; Inwerkingtreding : 13-11-2000>
  ----------
  (1)<BFG 2009-04-30/D1, art. 4, 006; Inwerkingtreding : 01-06-2009>
  (2)<VARIA 2020-07-16/10, art. 1, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.50. <BFG 2006-02-10/38, art. 9, 004; Inwerkingtreding : 27-02-2006> § 1. De Verkiezingscommissie bepaalt haar eigen huishoudelijk reglement, heeft de leiding van alle kiesverrichtingen en zorgt voor het goed verloop en de regelmatigheid van deze.
  § 2. Elke klacht omtrent een mogelijke onregelmatigheid in het verloop van de verkiezingen wordt toegestuurd bij ter post aangetekend schrijven aan de Voorzitter van de Verkiezingscommissie, ten laatste binnen de drie werkdagen na de afkondiging van de resultaten bedoeld bij de artikelen 47 en 62 van dit besluit.
  De klacht mag ook schriftelijk ingediend worden bij de Voorzitter van de Verkiezingscommissie. De handtekening van de Voorzitter op het dubbel van het schrift geldt enkel als ontvangstbericht voor de indiening van de klacht.
  De Verkiezingcommissie neemt haar beslissing binnen de vijf werkdagen na de indiening van een klacht overeenkomstig de vorige leden.
  Wanneer een verkiezing vernietigd wordt door de Verkiezingscommissie wordt een nieuwe stemming ingericht binnen de tien werkdagen die volgen op deze vernietiging.

HOOFDSTUK IV. - Lijsten voor de verkiezing van de directeur-voorzitter.
Afdeling I. - (niet vertaald, zie Franse versie)
Art.51.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.52.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.53.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.54.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.55.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.56.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Afdeling II. - De lijsten met kandidaten voor de functie van categoriaal directeur.
Art.57.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.58.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.59.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.60.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.61.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.62.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

Art.63.
  <Opgeheven bij VARIA 2020-07-16/10, art. 44, 010; Inwerkingtreding : 01-08-2020>

HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepaling voor de categorie vertalers en tolken van de Henegouwse Hogeschool van de Franse Gemeenschap.
Art.64. Afdeling 5 van hoofdstuk I van dit besluit is niet toepasselijk op bovenbedoelde categorie.
  Voor deze categorie is de sociale dienst van de " Université de Mons-Hainaut " bevoegd.

HOOFDSTUK VI. - Wijzigings-, opheffings-, overgangs- en slotbepalingen.
Art.65. Artikel l van het koninklijk besluit van 1 augustus 1977 houdende organiek reglement van de rijksinstellingen voor hoger onderwijs van het lange type met volledig leerplan wordt aangevuld als volgt : " met uitzondering van de hogescholen ".

Art.66. Het opschrift van hoofdstuk II van het ministerieel besluit van 23 januari 1978 houdende de procedure voor verkiezing van leden van de raad van bestuur in de rijksinstellingen voor hoger onderwijs van het lange type met volledig leerplan, wordt vervangen door " Toepassingsgebied en kiezers ".

Art.67. Een nieuw artikel 1 wordt in voormeld ministerieel besluit ingevoegd : " Dit besluit geldt niet voor de hogescholen " en het huidige artikel 1 wordt artikel 1bis.

Art.68. In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt " bedoeld in de artikelen 1 tot 3 " vervangen door " bedoeld in de artikelen 1bis tot 3 ".

Art.69. Opgeheven worden de besluiten van de Executieve : 1° d.d. 12 november 1991 houdende organiek reglement van de instellingen voor hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan van de Franse Gemeenschap en tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 augustus 1977 houdende organiek reglement van de rijksinstellingen voor hoger onderwijs van het lange type met volledig leerplan;
  2° d.d. 16 december 1991 houdende de procedure voor de verkiezing van de leden van de raad van bestuur in de instellingen van de Franse Gemeenschap voor hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan.

Art.70. § 1. Voor het academiejaar 1996-1997 : Worden de kieslijsten in afwijking van de artikelen 38 en 39 afgesloten op de vijfde dag na de hervatting van het academiejaar en worden ze ad valvas bekendgemaakt zodra ze afgesloten zijn.
  Worden de gedateerde en ondertekende kandidaturen in afwijking van artikel 41 bij het secretariaat van de hogeschool ingediend uiterlijk vijf dagen na de bekendmaking van de kieslijsten.
  Vinden de verkiezingen in afwijking van artikel 43 uiterlijk de vijftiende dag na de hervatting van het academiejaar plaats.
  Nemen de gekozen vertegenwoordigers in afwijking van artikel 48 hun functie op daags na afkondiging van de uitslagen.
  § 2. In afwijking van artikel 51, 1e en 2e lid, worden de kandidaturen voor de functie van directeur-voorzitter voor 1996-1997 ingediend bij het secretariaat van de hogeschool uiterlijk de derde dag na de hervatting van het academiejaar en komt het bestuurscollege uiterlijk de vijfde dag na die hervatting bijeen.
  In afwijking van artikel 55 wordt voor 1996-1997 de lijst van drie kandidaten uiterlijk de tiende dag na die hervatting aan de Regering gezonden door de leden van rechtswege van het bestuurscollege.

Art.71. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van het academiejaar 1996-1997, behalve hoofdstuk IV, afdeling I, die op 1 augustus 1996 in werking treedt.

Art. 72. De Minister bevoegd voor het hoger onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.