25 MAART 1996. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden tot erkenning van controleorganismen inzake de geïntegreerde produktie van pitfruit en van de voor 1996 uiterste datum van indiening van een aanvraag door de producent. (NOTA : Opgeheven voor het Vlaams Gewest bij MB 2003-02-13/49, art. 4; Inwerkingtreding : 01-01-2003) (NOTA : Opgeheven voor het Waalse Gewest bij BWG 2004-04-29/64, art. 8; Inwerkingtreding : 17-10-2004) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 05-04-1996 en tekstbijwerking tot 07-10-2004).
Art. 1-4
Artikel 1. Op het ogenblik van de indiening van de aanvraag bij het Bestuur voor de Kwaliteit van de Grondstoffen en de Plantaardige Sector (DG 4) moet het kandidaat-controleorganisme de volgende punten aantonen :
1° zijn nuttige ervaring en zijn referenties met betrekking tot de controle in de land- en tuinbouwsector;
2° zijn passende en toereikende installaties en uitrusting voor alle nuttige activiteiten in verband met de nodige controles.
Het controleorganisme zal in België over een kantoor beschikken waar de controles op Belgische producenten gecoördineerd worden en waar het volledige register van de uitgevoerde controles ter beschikking zal gehouden worden;
3° de identiteit van het personeel belast met de inspecties.
De identiteit en de vorming (fotocopie van het diploma en attest van genoten vormingen) van dit personeel moet bij de aanvraag gevoegd worden.
Dit personeel moet ten minste een diploma van hogere studies in landbouw of tuinbouw bezitten, alsook een grondige en praktische kennis van de technieken van geïntegreerde produktie van pitfruit.
Die kennis zal, bij middel van een examen georganiseerd door de DG4, in aanwezigheid van ten minste twee ingenieurs van het Ministerie, gespecialiseerd in de fruitteelt, vastgesteld worden.
Dit personeel, indien mogelijk permanent, bezit een contract dat voor minstens twaalf maanden werkzekerheid biedt. Een copie van dit contract moet bij de aanvraag gevoegd worden.
De bezoldiging van het met controlewerkzaamheden belast personeel mag niet rechtstreeks afhangen van het aantal uitgevoerde inspecties, noch op eniger wijze van de resultaten ervan;
4° de identificatie van een fysiek persoon verantwoordelijk voor het geheel van de gedane controles;
5° zijn onafhankelijkheid, zijn onpartijdigheid en zijn integriteit.
Het controleorganisme en zijn medewerk(st)ers moeten vrij zijn van elke commerciële, financiële of andere druk die hun oordeel zou kunnen beïnvloeden.
Maatregelen moeten worden genomen om zekerheid te verschaffen dat personen en organisaties buiten het controleorganisme, de resultaten van uitgevoerde inspecties niet kunnen beïnvloeden. Het controleorganisme moet onafhankelijk zijn van alle betrokken partijen.
Het controleorganisme en zijn medewerk(st)ers die voor het uitvoeren van inspecties verantwoordelijk zijn, mogen niet de ontwerper, fabrikant, leverancier, installateur of gebruiker zijn van het object dat zij inspecteren, noch de gevolmachtigd vertegenwoordiger van een of meer van deze partijen.
Art.2. Naast de verplichtingen opgesomd in het koninklijk besluit van 22 januari 1996 tot erkenning van de geïntegreerde produktiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen, moet het erkend controleorganisme :
1° onmiddellijk elke wijziging van de identiteit en de kwalificatie van zijn personeel belast met de uitvoering van de inspecties bij de producenten of van de identiteit van de fysieke persoon verantwoordelijk voor de controles aan de Dienst Plantenkwaliteit en Plantenbescherming van DG4 meedelen;
2° aan dezelfde officiële dienst jaarlijks vóór 1 maart een bijgewerkte lijst van de geregistreerde en erkende producenten en van de voor het eerste jaar te erkennen producenten bezorgen.
Deze lijst moet de volgende minimale identificatiegegevens van elke producent bevatten :
* het producentennummer toegekend door de veiling of het registratienummer toegekend door de Dienst Plantenkwaliteit en Plantenbescherming van DG4,
* de naam in hoofdletters en de voornaam van de producent of de verantwoordelijke indien het om een vennootschap gaat, zijn adres en eventueel telefoon- en faxnummer;
3° aan de Dienst Plantenkwaliteit en Plantenbescherming van DG4 op eenvoudig verzoek een bijgewerkt register van gedane controles voorleggen, dat de gegevens bevat vermeld in artikel 4, 5° van het koninklijk besluit van 22 januari 1996 tot erkenning van de geïntegreerde produktiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen.
Indien deze gegevens geïnformatiseerd zijn, moeten procedures uitgewerkt worden om de integriteit van de gegevens te beschermen en de bewaring ervan te verzekeren.
Art.3. Voor het jaar 1996 wordt de uiterste datum van indiening van de aanvraag tot registratie of erkenning van een producent die pitfruit volgens de geïntegreerde produktiemethode telen, vastgesteld op dertig dagen vanaf de datum van toesturen van de erkenning aan het controleorganisme.
In afwijking van artikel 2, 2° van dit besluit dient voor het jaar 1996 de in dat lid bedoelde lijst ingediend worden bij de Dienst Plantenkwaliteit en Plantenbescherming van DG4 ten laatste vijfenveertig dagen na het toesturen van de erkenning van het controleorganisme.
Art. 4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 25 maart 1996.
K. PINXTEN