28 JUNI 1996. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 25 maart 1986 tot vaststelling van de voorwaarden inzake kwaliteit, waaraan de voertuigen gebruikt voor ongeregeld bezoldigd vervoer van personen moeten voldoen.
Art. 1-8
BIJLAGEN.
Art. N1, N2, N3, N4, N5, N6
Artikel 1. Artikel 3, § 1, van het ministerieel besluit van 25 maart 1986 tot vaststelling van de voorwaarden inzake kwaliteit, waaraan de voertuigen gebruikt voor ongeregeld bezoldigd vervoer van personen moeten voldoen, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Art. 3, § 1. Een voertuig wordt slechts voor de exploitatie van ongeregeld vervoer aangenomen indien het door het organisme, bedoeld in artikel 8, § 2, van het koninklijk besluit van 25 maart 1986 tot vaststelling van de voorwaarden voor de afgifte van machtigingen tot het exploiteren van ongeregeld bezoldigd vervoer van personen, ingedeeld is :
1° hetzij bij één van de vier hierna opgesomde categorieën, welke door één tot vier sterren gekenmerkt zijn;
2° hetzij bij één van de drie hierna opgesomde categorieën, geïdentificeerd door één der sterrencombinaties voor twee comfortklassen aan boord;
3° hetzij bij één van de drie hierna opgesomde categorieën, geïdentificeerd door één der sterrencombinaties voor moduleerbare comfortklassen."
Art.2. Artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"§ 2. Het voertuig wordt ingedeeld :
1° in de categorie "één ster", indien het voldoet aan de zeven criteria vermeld in bijlage II;
2° in de categorie "twee sterren", indien het voldoet aan de elf criteria vermeld in bijlage III;
3° in de categorie "drie sterren", indien het voldoet aan de eenentwintig criteria vermeld in bijlage IV;
4° in de categorie "vier sterren", indien het voldoet aan de zesentwintig criteria vermeld in bijlage V;
5° in de categorie "twee en drie sterren - twee comfortklassen aan boord" indien het voertuig voldoet aan de elf in bijlage III vermelde criteria voor de "twee sterren"-klasse en aan de eenentwintig in bijlage IV vermelde criteria voor de "drie sterren" - klasse;
6° in de categorie "twee en vier sterren - twee comfortklassen aan boord" indien het voertuig voldoet aan de elf in bijlage III vermelde criteria voor de "twee sterren" - klasse en aan de zesentwintig in bijlage V vermelde criteria voor de "vier sterren" - klasse;
7° in de categorie "drie en vier sterren - twee comfortklassen aan boord" indien het voertuig voldoet aan de eenentwintig in bijlage IV vermelde criteria voor de "drie sterren"-klasse en aan de zesentwintig in bijlage V vermelde criteria voor de "vier sterren"-klasse;
8° in de categorie "twee en drie sterren - moduleerbare comfortklassen" indien het voertuig voldoet aan de elf in bijlage III vermelde criteria in zijn "twee sterren"- configuratie en aan de eenentwintig in bijlage IV vermelde criteria in zijn "drie sterren"- configuratie;
9° in de categorie "twee en vier sterren - moduleerbare comfortklassen" indien het voertuig voldoet aan de elf in bijlage III vermelde criteria in zijn "twee sterren"- configuratie en aan de zesentwintig in bijlage V vermelde criteria in zijn "vier sterren"- configuratie;
10° in de categorie "drie en vier sterren - moduleerbare comfortklassen" indien het voertuig voldoet aan de eenentwintig in bijlage IV vermelde criteria in zijn "drie sterren"- configuratie en aan de zesentwintig in bijlage V vermelde criteria in zijn "vier sterren"- configuratie.
Indien een voertuig wegens zijn bijzondere inrichting niet voldoet aan sommige van de criteria aan de hand waarvan het bij één van de in het eerste lid opgesomde categorieën kan worden ingedeeld, meer bepaald omdat het voor het vervoer van mindervaliden is aangepast, of omdat het als "salon-autocar" is ingericht, deelt het in paragraaf 1 bedoelde organisme het bij één van die categorieën in alsof het aan die criteria voldeed."
Art.3. In de tekst van hetzelfde besluit wordt na artikel 3 een nieuw artikel 3bis ingevoegd, luidend als volgt :
"Art. 3bis. Het voertuig waarvoor bij het organisme bedoeld in artikel 8, § 2, van het bovengenoemd koninklijk besluit van 25 maart 1986 een indeling gevraagd wordt volgens moduleerbare comfortklassen moet voor de eerste kwaliteitscontrole aangeboden worden in zijn laagste configuratie.
Het krijgt de gevraagde kwalificatie slechts toegewezen indien het ook aan de hoogste configuratie voldoet.
De tweede en volgende kwaliteitscontroles gebeuren alternerend in zijn hoogste en laagste configuratie."
Art.4. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid :
"Wat betreft de voertuigen waarvoor een indeling gevraagd wordt volgens moduleerbare comfortklassen of met twee comfortklassen aan boord, moeten deze uitrustingen voor de beide comfortklassen aanwezig zijn".
Art.5. In artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit, worden de woorden "twee kwaliteitskeurmerken conform het model dat voorkomt in bijlage VII" vervangen door "twee kwaliteitskeurmerken conform, naar gelang het geval, één van de modellen die voorkomen in bijlagen VII a, VII b en VII c;".
Art.6. De bijlage I bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage I bij dit besluit.
De bijlage V bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage V bij dit besluit.
De bijlage VI bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage VI bij dit besluit.
De bijlage VII bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlagen VII a, VII b en VII c bij dit besluit.
Art.7. § 1. De criteria opgesomd in de bijlage V aan dit besluit zijn slechts van toepassing op de nieuwe voertuigen die voor de eerste maal in België zijn ingeschreven vanaf de eerste dag van de twaalfde maand volgend op de inwerkingtreding van dit besluit.
§ 2. De voertuigen die voor de inwerkingtreding van dit besluit een indeling hebben bekomen bij toepassing van het ministerieel besluit van 25 maart 1986 tot vaststelling van de voorwaarden inzake kwaliteit, waaraan de voertuigen gebruikt voor ongeregeld vervoer van personen moeten voldoen, kunnen slechts een nieuwe indeling op basis van twee comfortklassen of van moduleerbare comfortklassen zoals voorzien in dit besluit bekomen, na een nieuwe kwaliteitscontrole zoals bepaald in het koninklijk besluit van 25 maart 1986 tot vaststelling van de voorwaarden voor de afgifte van machtigingen tot het exploiteren van ongeregeld bezoldigd vervoer van personen.
Art.8. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.
Brussel, 28 juni 1996.
M. DAERDEN
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage I. Verslag van kwaliteitscontrole voor autocar.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25388).
Art. N2. Bijlage V. Minimum voorwaarde categorie : (Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25389).
Art. N3. Bijlage VI. - Model van pictogrammen.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25390).
Art. N4. Bijlage VII, a.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25391).
Art. N5. Bijlage VII, b.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25392).
Art. N6. Bijlage VII, c.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 02-10-1996, p. 25393).
Gezien om bij het ministerieel besluit van 28 juni 1996 te worden gevoegd.
De Minister van Vervoer,
M. DAERDEN