Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

12 MAART 1996. - Koninklijk besluit nr. 12bis tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 12 van 7 maart 1995 tot vaststelling van de bedragen die aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer moeten worden gestort bij de aangifte van de verwerkingen van persoonsgegevens.



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1995009164 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 12 van 7 maart 1995 tot vaststelling van de bedragen die aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer moeten worden gestort bij de aangifte van de verwerkingen van persoonsgegevens wordt vervangen door de volgende bepaling :
  "Art. 2. Indien de verwerking van persoonsgegevens wordt aangegeven aan de hand van het formulier waarvan het model als bijlage bij dit besluit gaat, wordt het bedrag van de bijdrage die door de houder aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer moet worden gestort, vastgesteld op vijfduizend frank per verwerking.
  Indien de verwerking op de datum van de aangifte slechts betrekking heeft op ten hoogste 100 personen, wordt het in het vorige lid vermelde bedrag herleid tot de helft.".

Art.2. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
  "Art. 3. Indien de verwerking van persoonsgegevens wordt aangegeven aan de hand van een magnetische informatiedrager met het formulier waarvan het model als bijlage bij dit besluit gaat, wordt het bedrag van de bijdrage die door de houder aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer moet worden gestort, vastgesteld op duizend frank per verwerking.
  Indien de verwerking op de datum van de aangifte slechts betrekking heeft op ten hoogste 100 personen, wordt het in het vorige lid vermelde bedrag herleid tot de helft.".

Art.3. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
  "Art. 4. Het bedrag van de bijdrage die aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer moet worden gestort bij de aangifte door dezelfde houder op hetzelfde tijdstip van één of meer wijzigingen in de vermeldingen van zijn oorspronkelijke aangifte, wordt vastgesteld op 800 frank.".

Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 12 maart 1996.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,
  S. DE CLERCK