Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

7 MAART 1996. - Koninklijk besluit betreffende de bevoegdheden van sommige militaire overheden op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 29-03-1996 en tekstbijwerking tot 01-03-2016)



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1962040504 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit worden op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitslang, hierna het " Bondsgebied " genoemd, vier " regio's " onderscheiden :
  1° de 17e Belgische gemechaniseerde brigade;
  2° de Belgische deelname aan de Allied Land Forces Central Europe (LANDCENT);
  3° de Belgische deelname aan de Allied Air Forces Central Europe (AIRCENT);
  4° de regio Noord die alle Belgische elementen omvat die niet onder 1°, 2° en 3° begrepen zijn en die gestationeerd zijn op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland, met uitzondering van de diensten van de militaire attaché bij de Belgische Ambassade in de Bondsrepubliek Duitsland.

Art.2.§ 1. In de territoriale orde en behoudens andersluidende beslissing van de [1 Minister van Defensie]1, heeft het hoofd van de Belgische verbindingsdienst in de Bondsrepubliek Duitsland gezag over alle op het Bondsgebied, verblijvende leden van de Belgische krijgsmacht, van het burgerlijk element en van de organisaties die haar ten dienste staan, alsmede over de personen ten laste, inzake volgende bevoegdheden :
  1° de registratie van de personeelsleden die op het Bondsgebied verblijven;
  2° het verlenen van de toestemming tot aankoop in België zonder BTW van goederen bestemd voor gebruik op het Bondsgebied;
  3° de immatriculatie van de Belgische privé-voertuigen en verdeling van rantsoeneringskaarten voor brandstof;
  4° het instaan voor de naleving van de wetten van de Staat van verblijf;
  5° het meedelen aan de Duitse overheden van de naam van de leden die de dienst verlaten en die in het Bondsgebied blijven wonen;
  6° tussenkomen in problemen inzake douane en fiscaliteit;
  7° in burgerlijke zaken en in strafzaken voor de leden optreden als raadgever of als tussenpersoon tegenover de Duitse gerechtelijke overheden.
  De commandant van de 17e Belgische gemechaniseerde brigade en de hoofden van de Belgische deelnames bedoeld in artikel 1, 2° en 3° :
  1° oefenen, behoudens andersluidende beslissing van de [1 Minister van Defensie]1, gezag uit over de tot hun regio behorende en op het Bondsgebied verblijvende leden van de Belgische krijgsmacht, van het burgerlijk element en van de organisaties die haar ten dienste staan, alsmede over de personen ten laste, inzake de bevoegdheden van territorale orde die niet in het eerste lid genoemd zijn;
  2° oefenen de bevoegdheden uit van operatïonele orde die hen in het intergeallieerde kader zijn toevertrouwd; zij hebben gezag over de eenheden en formaties die in het kader van deze opdracht te hunner beschikking zijn gesteld.
  Wat betreft de regio Noord bedoeld in artikel 1, 4°, worden de bevoegdheden opgesomd in het tweede lid, uitgeoefend door het hoofd van de Belgische deelname aan de Allied Forces Central Europe (AFCENT).
  § 2. Op protocollair vlak draagt de commandant van de 17e Belgische gemechaniseerde brigade de titel van commandant van de Belgische Strijdkrachten in Duitsland.
  § 3. De bepalingen van § 1, tweede lid, 1°, hebben geen betrekking op de diensten die van het Burgerlijk Algemeen Bestuur van het ministerie van Landsverdediging deel uitmaken of daarvan rechtstreeks afhangen, noch op de diensten die rechtstreeks van de [1 Minister van Defensie]1 afhangen.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 62, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.3.In het kader van de door de Belgische Staat opgenomen bijzondere verplichtingen overeenkomstig de internationale overeenkomsten en akkoorden nopens de rechtspositie van de vreemde strijdmachten op het Bondsgebied, heeft het hoofd van de Belgische verbindingsdienst in de Bondsrepubliek Duitsland op het Bondsgebied gezag over alle personen die aan deze rechtspositie zijn onderworpen.
  Deze overheid is gemachtigd om, volgens de door de [1 Minister van Defensie]1 bepaalde modaliteiten, met de Bondsautoriteiten en met de autoriteiten van de LÝnder, alle kwesties te behandelen betreffende de aanwezigheid van Belgische strijdkrachten op het Bondsgebied in de mate waarin, krachtens de geldende overeenkomsten en akkoorden, deze kwesties tot de bevoegdheid van de autoriteiten van de Belgische strijdkrachten behoren en voor zover deze kwesties niet tot de bevoegdheden van administratie en beheer behoren die aan de [1 Minister van Defensie]1 zijn voorbehouden of door hem zijn overgedragen.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 62, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.4.Voor het uitoefenen van de in de artikelen 2 en 3 bepaalde bevoegdheden hangen de betrokken militaire overheden af van de [1 Minister van Defensie]1.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 62, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.5.De [1 Minister van Defensie]1 kan de in de artikelen 2 en 3 genoemde overheden met alle andere bevoegdheden die gegrond zijn op de internationale overeenkomsten en akkoorden nopens de rechtspositie van de vreemde strijdmachten op het Bondsgebied bekleden of hen hiervan ontlasten.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 62, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.6.De bepalingen van dit besluit doen geen afbreuk aan de bevoegdheden van de hiërarchische overheden van het burgerlijk element dat niet van de [1 Minister van Defensie]1 afhangt.
  ----------
  (1)<KB 2016-01-29/11, art. 62, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>

Art.7. Het koninklijk besluit van 5 april 1962 betreffende de bevoegdheden van de opperbevelhebber van de Belgische strijdkrachten in Duitsland wordt opgeheven.

Art.8. Zolang de staf van de interventiemacht gevestigd is op het Bondsgebied oefent de commandant van de interventiemacht de bevoegdheden uit bedoeld in artikel 2, § 1, eerste lid alsook de bevoegdheden die krachtens dit besluit toekomen aan de commandant van de 17e gemechaniseerde brigade.

Art.9. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.