20 DECEMBER 1996. - Koninklijk besluit betreffende de tussenkomst van het Belgisch-Kongolees Fonds voor Delging en Beheer bij de betaling van de vergoedingen verschuldigd door de Belgische Staat ter uitvoering van de bepalingen van het " Protocol houdende regeling van de vergoeding van gezaïriseerde goederen die aan Belgische onderdanen hebben toebehoord en de daarop betrekking hebbende uitwisselingen van brieven " bij toepassing van de artikelen 2, § 1, en 3 § 1, 1°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 31-12-1996 en tekstbijwerking tot 31-12-2004).
Art. 1-8
Artikel 1. Het Belgisch-Kongolees Fonds voor Delging en Beheer, hierna te noemen "het Fonds", wordt belast met de betaling van de vergoedingen verschuldigd door de Belgische Staat ter uitvoering van de bepalingen van "het Protocol", internationale akten die op 28 maart 1976 te Kinshasa ondertekend werden tussen het Koninkrijk België en de Republiek Zaïre en goedgekeurd werden door de wet van 16 juli 1976, bepalingen zoals ze geïnterpreteerd werden door het Hof van Cassatie.
De uit te betalen bedragen worden door de Belgische Regering aan het Fonds medegedeeld.
De betalingen worden uitgevoerd onder voorbehoud van de verjaringen die de Belgische Staat zou kunnen doen gelden krachtens de wet.
De nadere regels inzake de uitvoering van de hierboven bepaalde opdracht worden vastgelegd in een protocol tussen de Belgische Staat en het Fonds.
Art.2. Indien de begunstigden de betalingen gedaan door toedoen van het Fonds aanvaarden, zien zij onvoorwaardelijk en onherroepelijk af van alle rechten verbonden aan de onder artikel 1 vermelde vorderingen ten opzichte van het Koninkrijk België.
Art.3. De lasten van het Fonds, voortvloeiend uit de in artikel 1 bepaalde opdracht, worden volledig gedragen door de Belgische Staat.
De financiële tegemoetkoming van het Koninkrijk België wijzigt geenszins de verplichtingen van de andere Overeenkomstsluitende Staat, vastgelegd in "het Protocol", in de "Uitwisseling van brieven van 28 maart 1976" en in de "Uitwisseling van brieven van 18 juni 1976", met betrekking tot de gezaïriseerde goederen.
Art.4. (Opgeheven) <W 2004-12-27/30, art. 447, 002; Inwerkingtreding : 10-01-2005>
Art.5. (Opgeheven) <W 2004-12-27/30, art. 447, 002; Inwerkingtreding : 10-01-2005>
Art.6. De niet met dit besluit strijdige bepalingen van de overeenkomsten van 6 februari 1965 tussen het Koninkrijk België en de Democratische Republiek Kongo met betrekking tot, enerzijds, de regeling van de aangelegenheden betreffende de openbare schuld en de portefeuille van de Kolonie Belgisch Kongo, anderzijds de statuten van het Belgisch-Kongolees Fonds voor Delging en Beheer, zijn van toepassing op de opdracht waarvan sprake is in artikel 1 van dit koninklijk besluit.
Art.7. De toepassing van de bepalingen van artikel 12 van de Overeenkomst van 6 februari 1965 voor de regeling van de aangelegenheden betreffende de openbare schuld en de portefeuille van de Kolonie Belgisch Kongo, afgesloten tussen het Koninkrijk België en de Democratische Republiek Kongo, goedgekeurd door de wet van 23 april 1965, en de toepassing van de bepalingen van § 3 van artikel 7 van de wet van 5 januari 1977 houdende uitgifte van een tweede tranche van de lening van het Belgisch-Kongolees Fonds voor Delging en Beheer, wordt opgeschort voor het begrotingsjaar 1997.
Art. 8. Dit koninklijk besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 20 december 1996.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën,
Ph. MAYSTADT
De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting,
H. VAN ROMPUY
De Minister van Buitenlandse Zaken,
E. DERYCKE