18 OKTOBER 1996. - Koninklijk besluit houdende maatregelen met betrekking tot de Nationale Bank van België met toepassing van artikelen 2 en 3, § 1, 1° en 6°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie.
Art. 1-3
Artikel 1. In afwijking van artikel 20bis, eerste lid, eerste zin, van de wet van 24 augustus 1939 op de Nationale Bank van België, wordt het bedrag van de op 1 juli 1996 bestaande meerwaarde die is gerealiseerd naar aanleiding van arbitragetransacties van activa in goud tegen andere externe reservebestanddelen en die in de balans van de Nationale Bank van België is geboekt op een bijzondere reserverekening, aan de Staat gestort, onverminderd de rechten die aan de Luxemburgse Staat zijn toegekend door het Protocol van 9 maart 1981 met betrekking tot de monetaire associatie tussen beide landen, teneinde ze te bestemmen :
- voor het aanleggen van provisies in het vooruitzicht van het ten uitvoer brengen van de staatsgarantie die slaat op de uitvoering door de Nationale Bank van België van betalingsakkoorden gesloten met vreemde Staten,
- voor het ten laste nemen door de Staat van de minderwaarde die op de externe activa van de Bank is vastgesteld ten gevolge van de monetaire aanpassing van 1972,
- en, voor het saldo, voor de terugbetaling van een gedeelte van de staatsschuld in deviezen.
Art.2. Artikel 1, § 1, tweede lid van de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen, zoals gewijzigd bij de wetten van 22 maart 1993 en 4 april 1995, wordt aangevuld met de woorden : "en de Nationale Bank van België".
Art. 3. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 oktober 1996.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
Ph. MAYSTADT