Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

30 JUNI 1996. Koninklijk besluit waarbij aan de Katholieke Universiteit Leuven en aan de "Université Catholique de Louvain" mededeling van informatiegegevens uit het Rijksregister van de natuurlijke personen wordt verleend in het kader van een longitudinaal onderzoek naar de politieke houdingen en het kiesgedrag in België.



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In het kader van hun onderzoeksactiviteit over het gedragspatroon van de kiezers wordt aan de Katholieke Universiteit Leuven en aan de "Université Catholique de Louvain" machtiging verleend om mededeling te ontvangen van de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 1°, 2°, 3°, 5° en 6°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
  De uitbreiding in de tijd van de toegang tot de opeenvolgende wijzigingen aangebracht aan de informatiegegevens bedoeld in het eerste lid wordt beperkt tot de vijf jaar die de mededeling van deze informatiegegevens voorafgaat.
  Het gebruik van de informatiegegevens verkregen door mededeling uit het Rijksregister en bedoeld in het eerste en tweede lid is enkel toegestaan voor de hierna vermelde doeleinden:
  1° voor de controle van de adressen van 2 000 Franstalige kiezers (maximum) gevestigd in het Waalse Gewest of in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in de mate waarin deze kiezers hebben deelgenomen aan een onderzoek over hun gedragspatroon tijdens de verkiezingen van 24 november 1991 en uitgenodigd worden om deel te nemen aan de onderzoeksactiviteit die het voorwerp uitmaakt van het onderhavig besluit;
  2° voor het trekken op willekeurige basis van een nieuwe steekproef van 2 000 Franstalige kiezers gevestigd in het Waalse Gewest of in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest;
  3° voor de controle van de adressen van 2 900 Nederlandstalige kiezers gevestigd in het Vlaamse Gewest of in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in de mate waarin deze kiezers hebben meegewerkt aan een onderzoek over hun gedragspatroon tijdens de verkiezingen van 24 november 1991 en uitgenodigd worden om deel te nemen aan de onderzoeksactiviteit die het voorwerp uitmaakt van het onderhavig besluit;
  4° voor het trekken op willekeurige basis van een nieuwe steekproef van 3 000 Nederlandstalige kiezers gevestigd in het Vlaamse Gewest of het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

Art.2. De mededeling van de informatiegegevens uit het Rijksregister bedoeld in artikel 1, eerste lid, wordt gedaan aan de rector van de Katholieke Universiteit Leuven en aan de rector van de "l'Université Catholique de Louvain".
  De personen bedoeld in het eerste lid duiden onder de leden van het personeel, naargelang het geval, van het Interuniversitair Steunpunt politieke opinieonderzoek, afgekort ISPO., van de Katholieke Universiteit Leuven, en van het "le Point d'appui interuniversitaire sur l'Opinion publique et la Politique", afgekort PIOP., van de "l'Université Catholique de Louvain" bij name en schriftelijk aan wie gebruik mag maken van de informatiegegevens in het kader van hun onderzoeksactiviteit, enkel voor de doeleinden vermeld in artikel 1, derde lid.
  De lijst van de leden van het personeel bedoeld in het voorgaande lid wordt voor de eerste keer opgesteld in de maand die volgt op de inwerkingtreding van het onderhavig besluit, en daarna, jaarlijks, op 1 oktober. Zodra hij is opgesteld, wordt hij aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer gezonden.

Art.3. De informatiegegevens verkregen uit het Rijksregister met toepassing van artikel 1 dienen uitgewist of vernietigd te worden binnen drie maanden na de volgende federale wetgevende verkiezingen en ten laatste op 31 december 1999.
  Zij mogen niet medegedeeld worden aan derden.
  Voor de toepassing van het voorgaande lid worden de natuurlijke personen waarop deze informatiegegevens betrekking hebben of hun wettelijke vertegenwoordigers niet als derden beschouwd.

Art. 4. Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van WetenschapsbeIeid, en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 30 juni 1996.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Binnenlandse Zaken,
  J. VANDE LANOTTE
  De Minister van Wetenschapsbeleid,
  Y. YLIEFF
  De Minister van Justitie,
  S. DE CLERCK