Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

28 JULI 1995. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van de organisatie van het voltijds en deeltijds secundair zeevisserijonderwijs.



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1982000718  1990030208  1991036087 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 1991 houdende de organisatie van het secundair zeevisserijonderwijs wordt vervangen als volgt :
  "Artikel 1. § 1. De hiernavolgende instellingen :
  - K.W. Ibis, Prinses Elisabethlaan 1, te 8450 Bredene;
  - Provinciaal Maritiem Instituut, Provinciehuis Burg, Burg 4, te 8000 Brugge, worden gemachtigd het aantal wekelijkse lesuren besteed aan de basisvorming in de eerste graad als volgt te reduceren :
  eerste leerjaar : 23 in plaats van 27; tweede leerjaar : 23 in plaats van 24; beroepsvoorbereidend leerjaar : 15 in plaats van 16.
  § 2. Het Provinciaal Maritiem Instituut, Provinciehuis Burg, Burg 4, te 8000 Brugge, wordt gemachtigd om een driegradenstructuur in het zeevisserijonderwijs uit te bouwen. Deze driegradenstructuur kan de volgende leerjaren omvatten : het eerste leerjaar A, het tweede leerjaar van de eerste graad, het beroepsvoorbereidend leerjaar, het eerste en het tweede leerjaar technisch en beroepssecundair onderwijs van de tweede graad en het eerste en het tweede leerjaar technisch secundair onderwijs van de derde graad.
  § 3. De in § 2 vermelde onderwijsinstelling met vestigingsplaatsen te Knokke-Heist, Kursaal 55 en te Oostende, Mercatorlaan 15, wordt erkend als een pedagogisch geheel."

Art.2. Artikel 5, § 1 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  "§ 1. Een instelling voor voltijds secundair zeevisserijonderwijs met meer dan één vestigingsplaats kan in elke vestigingsplaats deeltijds secundair zeevisserijonderwijs organiseren".

Art.3. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  "Art. 6. Onverminderd artikel 11 wordt het onderwijs, bedoeld in artikel 5, in elk van de in hetzelfde artikel vermelde vestigingsplaatsen eenmaal per schooljaar en niet gelijktijdig georganiseerd. De eerste lessenreeks wordt georganiseerd vanaf de eerste maandag van september van elk schooljaar."

Art.4. In artikel 9 van hetzelfde besluit wordt het woord "instellingen" vervangen door het woord "instelling".

Art.5. In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de §§ 1 en 2 vervangen als volgt :
  "§ 1. Een instelling met meer dan een vestigingsplaats kan deeltijds secundair zeevisserijonderwijs organiseren in elke vestigingsplaats waar op de uiterste inschrijvingsdatum ten minste vijf regelmatige leerlingen ingeschreven zijn. In elk geval kan de lessenreeks tijdens elk schooljaar eenmaal worden georganiseerd in een van de vestigingsplaatsen.
  § 2. Voor de organisatie van het deeltijds secundair zeevisserijonderwijs worden aan elke bedoelde vestigingsplaats 240 uren-leraar toegekend."

Art.6. De artikelen 2, 3, 7, 12 en 15 van het voormelde besluit van 5 juni 1991 worden opgeheven.

Art.7. Artikel 23bis van het koninklijk besluit van 30 maart 1982 betreffende de scholengemeenschappen voor secundair onderwijs en houdende het rationalisatie- en programmatieplan van het secundair onderwijs met volledig leerplan, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 1991, wordt vervangen als volgt :
  "Art. 23bis. § 1. Voor de instellingen die uitsluitend zeevisserijonderwijs organiseren worden de in de artikelen 18 en 19 vermelde schoolbevolkingsminima per graad vastgelegd als volgt :
  eerste graad : 37 leerlingen
  tweede graad : 30 leerlingen
  derde graad : 20 leerlingen
  totaal : 87 leerlingen.
  § 2. De normen vermeld in § 1 zijn niet vereist indien de onderwijsinstelling de enige is in het net."

Art.8. Artikel 10, § 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 tot vastlegging van het pakket "uren-leraar" in het voltijds secundair onderwijs, vervangen bij besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 1991 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 8 juni 1994, wordt vervangen als volgt :
  "Art. 10. § 1. Het aantal uren-leraar bedoeld in artikel 9, punt 1, wordt vastgesteld als volgt :
  1° voor het eerste leerjaar A, het tweede leerjaar van de eerste graad en de tweede graad van het technisch secundair onderwijs :
  a) 130 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minstens 6 regelmatige leerlingen telt;
  b) 100 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minstens 5 regelmatige leerlingen telt;
  c) 70 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minstens 4 regelmatige leerlingen telt;
  d) 30 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minder dan 4 regelmatige leerlingen telt;
  2° voor het beroepsvoorbereidend leerjaar en de tweede graad van het beroepssecundair onderwijs :
  a) 100 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minstens 4 regelmatige leerlingen telt;
  b) 50 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minder dan 4 regelmatige leerlingen telt;
  3° voor het eerste leerjaar van de derde graad van het technisch secundair onderwijs tijdens het schooljaar 1995-1996 : 54 uren-leraar;
  4° voor de derde graad van het technisch secundair onderwijs vanaf het schooljaar 1996-1997 :
  a) 68 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minstens 4 regelmatige leerlingen telt;
  b) 34 uren-leraar voor zover elk leerjaar gemiddeld minder dan 4 regelmatige leerlingen telt;
  5° het aantal uren-leraar bedoeld in 1° en 3° wordt vermeerderd met 20 uren-leraar per leerjaar van de tweede of derde graad dat twee opties omvat."

Art.9. Aan artikel 10 van het voormeld besluit van 31 juli 1990, wordt een § 3 toegevoegd luidend als volgt :
  "§ 3. In afwijking van de §§ 1 en 2 wordt aan het Provinciaal Maritiem Instituut te Brugge een pakket van 630 uren-leraar toegekend, voor zover in zijn twee vestigingsplaatsen een zesjarige onderwijsstructuur wordt uitgebouwd en in stand gehouden. In dat pakket zijn 28 uren-leraar inbegrepen die voorbehouden zijn voor het onderwijzen van de vakken godsdienst, niet-confessionele zedenleer, cultuurbeschouwing en eigen cultuur en religie."

Art.10. Bij wijze van overgangsregeling blijft het besluit van de Vlaamse regering van 28 juli 1983 betreffende de bijzondere organisatie van het lager secundair zeevisserijonderwijs in de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 28 november 1985, zoals het van kracht was op het ogenblik van de opheffing, van toepassing op de leerjaren van het secundair zeevisserijonderwijs tot op het ogenblik dat zij jaar na jaar overgaan naar de structuur en organisatie van de leerjaren zoals bepaald in titel IV, hoofdstuk I van het decreet betreffende het onderwijs-II van 31 juli 1990."

Art.11. Dit besluit treedt in werking op 1 september 1995, met uitzondering van artikel 10 dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 1990.

Art. 12. De Vlaamse minister bevoegd voor het onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 28 juli 1995.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  L. VAN DEN BRANDE
  De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken,
  L. VAN DEN BOSSCHE