Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

12 JUNI 1995. - Besluit van de Vlaamse regering houdende concordantie van de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel van de hogescholen. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-09-1995 en tekstbijwerking tot 15-09-1999)



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1999036180 



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel van de hogescholen zoals bepaald in artikel 318 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap.
  De concordanties, bedoeld bij de artikelen 2 en 3 van dit besluit, gelden voor het ambt waarvan de betrokken personeelsleden op 30 juni 1995 titularis waren.

Art.2. Voor de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, met uitzondering van de personeelsleden die belast zijn met artistiekgebonden onderwijsactiviteiten in een basisopleiding van twee cycli of in de erbij aansluitende lerarenopleiding, behorend tot de studiegebieden audiovisuele en beeldende kunst, muziek en dramatische kunst, produktontwikkeling en architectuur, opleiding tot interieurarchitect, gelden de volgende concordanties, zoals bedoeld in artikel 317 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap :
  1° Het ambt van praktijklector verlangt :
  a) het wervingsambt van praktijkleraar in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  b) het wervingsambt van leraar technische vakken en beroepspraktijk in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  c) het wervingsambt van assistent in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  d) het wervingsambt van begeleider in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  e) het wervingsambt van monitor in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  f) het wervingsambt van werkleider in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  g) het wervingsambt van hoofd van een studiebureau in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  h) het selectieambt van praktijkleraar aan een middelbare technische normaalschool in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad.
  2° Het ambt van lector vervangt :
  a) het wervingsambt van leraar algemene vakken in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  b) het wervingsambt van leraar psychologie, opvoedkunde en methodiek in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  c) het wervingsambt van godsdienstleraar in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  d) het wervingsambt van leraar zedenleer in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  e) het wervingsambt van leraar bijzondere vakken in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  f) het wervingsambt van leraar technische vakken in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  g) het wervingsambt van geneeskundig directeur in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  h) het selectieambt van leraar algemene vakken aan een middelbare normaalschool of aan een middelbare technische normaalschool in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  i) het selectieambt van leraar technische vakken aan een middelbare technische normaalschool in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  j) het selectieambt van leraar bijzondere vakken aan een middelbare technische normaalschool of aan een middelbare normaalschool in het hoger onderwijs in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  k) het selectieambt van werkmeester in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  l) het selectieambt van onderdirecteur in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  m) het bevorderingsambt van werkplaatsleider in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  n) het bevorderingsambt van directeur in het niet-universitair hoger onderwijs van de eerste en de tweede graad;
  o) het ambt van pedagogisch adviseur en adviseur-coördinator in de pedagogische begeleidingsdiensten van het hoger onderwijs van het korte type, behoudens wanneer het personeelslid in kwestie in het ambt van lector een lagere salarisschaal zou krijgen dan de salarisschaal die organiek verbonden is aan het ambt van praktijklector en wanneer het betrokken personeelslid in het bezit is van het vereiste bekwaamheidsbewijs voor het ambt van praktijklector. In dat geval kan het personeelslid op eigen verzoek naar het ambt van praktijklector worden geconcordeerd.
  (p) het ambt van directeur aan de Hogere Radionavigatieschool;
  q) het ambt van leraar aan de Hogere Radionavigatieschool;
  r) het ambt van lesgever aan de Hogere Radionavigatieschool.) <BVR 1999-05-11/44, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-1996>
  3° Het ambt van assistent vervangt :
  a) het ambt van assistent in het hoger onderwijs van het lange type;
  b) het wervingsambt van assistent aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad.
  4° Het ambt van assistent vervangt :
  a) het wervingsambt van leraar algemene vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur;
  b) het wervingsambt van leraar technische vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur, of aan de Hogeschool voor Audio-visuele Communicatie RITS in Brussel, afdeling animatie;
  c) de wervingsambten van lesgever en leraar artistieke vakken aan het Hoger Architectuurinstituut Henry Van de Velde in Antwerpen in de afdelingen binnenhuisarchitectuur en produktontwikkeling;
  d) het wervingsambt van leraar artistieke vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs; voor zover het betrokken personeelslid niet voldoet aan de bepalingen van artikel 128, § 1, 5°, of van artikel 128, § 1, laatste lid, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap.
  5° Het ambt van werkleider vervangt :
  - het ambt van werkleider in het hoger onderwijs van het lange type;
  - het wervingsambt van werkleider aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad.
  6° Het ambt van docent vervangt :
  a) het ambt van docent in het hoger onderwijs van het lange type;
  b) het ambt van docent aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad.
  7° Het ambt van docent vervangt :
  a) het wervingsambt van leraar algemene vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs, of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur;
  b) het wervingsambt van leraar technische vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur, of aan de Hogeschool voor Audio-visuele Communicatie RITS in Brussel, afdeling animatie;
  c) de wervingsambten van lesgever en leraar artistieke vakken aan het Hoger Architectuurinstituut Henry Van de Velde in Antwerpen in de afdelingen binnenhuisarchitectuur en produktontwikkeling;
  d) het wervingsambt van leraar artistieke vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs, voor zover het betrokken personeelslid voldoet aan de bepalingen van artikel 128, § 1, 5°, of van artikel 128, § 1, laatste lid, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap.
  8° Het ambt van hoogleraar vervangt :
  a) het ambt van hoogleraar in het hoger onderwijs van het lange type;
  b) het ambt van hoofd van studiebureau in het hoger onderwijs van het lange type;
  c) het ambt van adjunct-directeur in het hoger onderwijs van het lange type;
  d) het ambt van directeur in het hoger onderwijs van het lange type;
  e) het ambt van directeur aan instellingen voor hoger kunstonderwijs;
  f) het wervingsambt van hoofd van studiebureau aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  g) het selectieambt van gewoon hoogleraar aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  h) het bevorderingsambt van directeur aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad.

Art.3. Voor de leden van het onderwijzend personeel, belast met artistiekgebonden onderwijsactiviteiten in een basisopleiding van twee cycli of in de erbij aansluitende lerarenopleiding, behorend tot de studiegebieden audiovisuele en beeldende kunst, muziek en dramatische kunst, produktontwikkeling en architectuur, opleiding tot interieurarchitect, gelden de volgende concordanties, zoals bedoeld in artikel 317 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap :
  1° Het ambt van assistent vervangt :
  a) het wervingsambt van assistent artistieke vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs;
  b) het wervingsambt van assistent aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  c) het wervingsambt van assistent aan instellingen voor artistiek hoger onderwijs van het lange type ingevolge de toepassing van artikel 95 van het decreet van 21 december 1994 betreffende het onderwijs-VI;
  d) het wervingsambt van begeleider aan instellingen voor hoger kunstonderwijs.
  2° Het ambt van docent vervangt :
  a) het wervingsambt van leraar artistieke vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent;
  b) het wervingsambt van docent aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  c) het wervingsambt van hoofd van studiebureau aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  d) het selectieambt van gewoon hoogleraar aan instellingen voor hoger technisch onderwijs van de derde graad;
  e) de wervingsambten van lesgever en leraar artistieke vakken aan het Hoger Architectuurinstituut Henry Van de Velde in Antwerpen in de afdelingen binnenhuisarchitectuur en produktontwikkeling;
  f) het wervingsambt van leraar algemene vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur;
  g) het wervingsambt van leraar technische vakken aan instellingen voor hoger kunstonderwijs of aan de niet-gerangschikte afdeling binnenhuisarchitectuur van het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Diepenbeek en van het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut "De Bijloke" in Gent of aan het Hoger Architectuurinstituut Sint-Lucas in Gent, afdeling binnenhuisarchitectuur, of aan de Hogeschool voor Audiovisuele Communicatie RITS in Brussel, afdeling animatie;
  h) het wervingsambt van werkleider aan instellingen voor hoger kunstonderwijs;
  i) het wervingsambt van adjunct-leraar aan instellingen voor hoger kunstonderwijs; voor zover het betrokken personeelslid er blijk van heeft gegeven over een ruime artistieke faam te beschikken. Het hogeschoolbestuur beoordeelt dit criterium.
  De personeelsleden, die één van de onder artikel 3, 2°, eerste lid, opgesomde ambten uitoefenden op 30 juni 1995 en waaraan met toepassing van het tweede lid van artikel 3, 2°, niet het ambt van docent kan worden toegewezen, verkrijgen het ambt van assistent.

Art.4. Voor de toepassing van artikel 2, 1° en 2°, van dit besluit wordt het hoger onderwijs van het korte type beschouwd als niet-universitair hoger onderwijs van de eerste graad.

Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1996.

Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 12 juni 1995.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  L. VAN DEN BRANDE
  De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken,
  L. VAN DEN BOSSCHE