8 MAART 1995. - Besluit van de Vlaamse regering, houdende toekenning van een subsidie aan de VZW. Kamer van Koophandel en Nijverheid van Antwerpen.
Art. 1-6
Artikel 1. Aansluitend bij artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 1994 houdende doorvoering van experimenten in verband met invoegbedrijven en leereilandprojecten wordt Interface-Vlaanderen erkend als leereilandproject.
Art.2. Ten laste van de organisatieopleiding 52, programma 52.40, basisallocatie 01.02 van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1995 wordt een subsidie ten bedrage van 18 000 000 frank toegekend aan de VZW. Kamer van Koophandel en Nijverheid van Antwerpen, met zetel te 2000 Antwerpen, Markgravestraat 12, die een uitvoeringsopdracht heeft van algemeen belang en als hoofdcontractant optreedt.
Art.3. De subsidie mag enkel aangewend worden voor de loonkosten en werkingskosten verbonden aan de functies van twee projectbegeleiders-coördinatoren en van acht projectbegeleiders. Voor de coördinatietaken dient niet noodzakelijk overgegaan te worden tot indienstneming, maar kan beroep gedaan worden op externen.
Art.4. De subsidie van 18 000 000 frank kan als volgt uitgesplitst worden :
- de loonkost (1.600 000 frank per functie) voor de 2 projectbegeleiders-coördinatoren : 3 200 000 frank;
- de loonkost (1 600 000 frank per functie) voor de 8 projectbegeleiders : 12 800 000 frank (4 positieve actiemanagers en 4 projectmanagers);
- de werkingskosten verbonden aan de 10 functies nl. 200 000 frank per functie : 2 000 000 frank.
Art.5. De subsidie wordt gestort op bankrekeningnummer 320-0036034-20 van de begunstigde overeenkomstig de volgende modaliteiten :
- een eerste schijf ten bedrage van 10 800 000 frank wordt onmiddellijk na ondertekening en vastlegging van onderhavig besluit vrijgegeven;
- een tweede schijf ten bedrage van 5 400 000 frank wordt gestort op 1 augustus 1995, na tussentijdse verslaggeving van de begunstigde;
- het saldo wordt gestort na het overmaken door de begunstigde van een definitieve afrekening aan de het saldo wordt gestort na het overmaken door de begunstigde van een definitieve afrekening aan de administratie Werkgelegenheid van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en na gunstig advies van de Inspectie van Financiën.
Art. 6. De begunstigde verbindt er zich toe een afzonderlijke boekhouding van de kosten verbonden aan de uitvoering van het project bij te houden. Enkel de kosten gemaakt tijdens de periode tussen 1 maart 1995 en 28 februari 1996 worden als subsidieerbare kosten aanvaard. Indien na afloop van het project zou blijken dat deze kosten lager liggen dan de reeds toegekende subsidie, zal de begunstigde het verschil tussen beide bedragen onmiddellijk terugstorten.
Brussel, 8 maart 1995.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Tewerkstelling en Sociale Aangelegenheden,
L. PEETERS