23 MAART 1995. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot aanstelling van de ambtenaren voor de uitoefening van de bevoegdheden voorzien in de ordonnantie van 23 juli 1992 betreffende de gewestbelasting ten laste van bezetters van bebouwde eigendommen en houders van een zakelijk recht op sommige onroerende goederen. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 07-06-1995 en tekstbijwerking tot 26-01-2012)
Art. 1-6
Artikel 1. Dit besluit regelt een materie bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art.2.([1 de Directeur van de Directie Inkohiering van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is bevoegd voor]1 : <BESL 2005-06-30/43, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 01-08-2005>
a) (de uitvoerbaarverklaring van de kohieren met het oog op de uitvoering van artikel 12, § 1, van de ordonnantie van 23 juli 1992 betreffende de gewestbelasting ten laste van bezetters van bebouwde eigendommen en houders van een zakelijk recht op sommige onroerende goederen, gewijzigd door de ordonnantie van 17 juli 1997 tot wijziging van de procedure van het onderzoek, de inning en de vervolgingen inzake gewestelijke autonome fiscaliteit;) <BESL 1997-09-11/34, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 11-10-1997>
b) het verlenen van de vrijstellingen aangevraagd overeenkomstig artikel 4 § 4 van deze ordonnantie.
(In geval de betrekking van Directeur van de Directie Inkohieringen niet wordt bekleed, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door de eerste attaché of attaché die de grootste dienstanciënniteit heeft binnen deze Directie.) <BESL 2008-02-14/41, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-04-2008>
----------
(1)<BESL 2011-04-28/31, art. 1, 007; Inwerkingtreding : onbepaald , treedt in werking op het moment van de oprichting van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest>
Art.3.[1 § 1. De Directeur van de directie Inning van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is bevoegd voor het viseren en uitvoerbaar verklaren van het dwangbevel met het oog op de uitvoering van artikel 19, § 1, tweede lid, van deze ordonnantie.
In geval de betrekking van Directeur van de directie Inning van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet wordt bekleed, worden de bevoegdheden bedoeld in het vorige lid uitgeoefend door de Directeur-generaal van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In geval van afwezigheid van de Directeur van de directie Inning van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, worden de bevoegdheden van deze ambtenaar uitgeoefend door de Directeur-generaal van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
§ 2. De Directeur-generaal van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is bevoegd voor :
a) de oplossing van de in artikel 18 van deze ordonnantie bedoelde moeilijkheden die kunnen rijzen vooraleer het geding aanhangig wordt gemaakt;
b) de ondertekening van het aanstellingsbewijs, bedoeld in artikel 11, § 3, van voormelde ordonnantie van 23 juli 1992.
In geval de betrekking van Directeur-generaal van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet wordt bekleed, worden de bevoegdheden van deze ambtenaar uitgeoefend door de Adjunct-secretaris-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In geval van afwezigheid van de Directeur-generaal van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, worden de bevoegdheden van deze ambtenaar uitgeoefend door de Adjunct-secretaris-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.]1
----------
(1)<BESL 2011-04-28/31, art. 2, 007; Inwerkingtreding : onbepaald , treedt in werking op het moment van de oprichting van de fiscale administratie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest>
Art.4.[1 § 1.]1 De ambtenaar, bevoegd voor de inning van de belasting, met het oog op de uitvoering van artikel 19, § 1, 1e lid, van deze ordonnantie is [1 de rekenplichtige van ontvangsten belast met fiscale zaken]1.
[1 § 2. In geval van afwezigheid van de rekenplichtige van de ontvangsten belast met fiscale zaken, worden de bevoegdheden bedoeld in § 1 van dit artikel uitgeoefend door de plaatsvervangend rekenplichtige van ontvangsten belast met fiscale zaken.]1
----------
(1)<BESL 2011-12-15/28, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 01-01-2012>
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995.
Art. 6. De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wiens bevoegdheden de Financiën behoren is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 23 maart 1995.
Door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering :
De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Ruimtelijke Ordening, Ondergeschikte Besturen en Tewerkstelling,
Ch. PICQUE
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen,
J. CHABERT