28 AUGUSTUS 1995. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 mei 1972 betreffende de dagen bezoldigd ziekte- en bevallingsverlof toegekend aan het tijdelijk aangesteld bestuurs- en onderwijzend personeel, opvoedend hulppersoneel en paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs. (VERTALING)
Art. 1-4
Artikel 1. Artikel 2 van voormeld koninklijk besluit van 29 mei 1972 wordt vervangen als volgt :
" Art. 2. Aan het in artikel 1 bedoelde personeelslid wordt één bezoldigde werkdag verlof wegens ziekte of gebrekkigheid toegekend voor elke 10 dagen werkelijke diensten gepresteerd vanaf de datum van zijn eerste aanstelling als tijdelijke, overeenkomstig lid 2 en 3.
Tijdens de eerste dienstonderbreking wegens ziekte of gebrekkigheid kan het personeelslid het aantal verlofdagen genieten, berekend bij toepassing van het eerste lid. Dit aantal kan niet meer dan 60 werkdagen bedragen.
Wanneer het personeelslid opnieuw zijn dienst moet onderbeken wegens ziekte of gebrekkigheid, is het aantal bezoldigde verlofdagen wegens ziekte of gebrekkigheid waarop het aanspraak heeft, gelijk aan het verschil tussen het aantal dagen verlof dat hij wegens ziekte of gebrekkigheid had kunnen genieten tijdens de vorige ziekteperiode en het aantal dagen verlof dat hij opgenomen heeft, verhoogd met één dag voor elke 10 dagen werkelijk gepresteerde diensten sinds het einde van de vorige onderbreking; dat aantal mag nooit 60 werkdagen te boven gaan.
Onder werkelijk gepresteerde diensten verstaat men het aantal dagen aanwezigheid van het onderwijzend personeel in de inrichting. "
Art.2. In artikel 3, 1e lid, van hetzelfde besluit wordt "dertig bezoldigde verlofdagen wegens ziekte " vervangen door : "achttien bezoldigde werkdagen verlof wegens ziekte ".
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 september 1995.
Art. 4. De Minister-Voorzitster, bevoegd voor Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 28 augustus 1995.
De Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs, Audiovisuele Media, Jeugdzorg, Kinderzorg en Gezondheid,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,
J.-P. GRAFE
De Minister van Cultuur en Volwassenenscholing,
Ch. PICQUE
De Minister van Begroting, Financiën en Ambtenarenzaken,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE