24 APRIL 1995. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs (VERTALING).
Art. 1-12
Artikel 1. Artikel 21, § 1, van voormeld koninklijk besluit van 29 juni 1984 wordt vervangen als volgt :
"1. De leerlingen die niet voldoen aan een of meer vereisten van artikel 2, 6° van dit besluit, zijn vrije leerlingen. Zij hebben geen aanspraak op bekrachtiging van de studie.
Het inrichtingshoofd wijst de ouders of de meerderjarige leerling op die toestand d.m.v. een geschrift dat zij hem ondertekend terugbezorgen. De inschrijving als vrij leerling vereist het gunstig advies van de toelatingsraad voor het betrokken leerjaar".
Art.2. Artikel 23 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 3 juli 1985 en bij besluit van de Regering d.d. 19 juli 1993, wordt aangevuld als volgt :
"§ 8. De in § 2 vermelde oriënteringsattesten worden onder voorbehoud uitgereikt aan leerlingen, bedoeld in artikel 56, 3° en artikel 56bis".
Art.3. Artikel 24, §§ 1 en 1bis van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd, wordt vervangen als volgt :
"Na het 1e leerjaar beslist de klasseraad of de regelmatige leerlingen die niet in het bezit zijn van het basisstudiegetuigschrift dat jaar met goed gevolg hebben volbracht, in welk geval bedoeld getuigschrift hun wordt uitgereikt.
§ 1bis. Na het 1e jaar B wordt de regelmatige leerlingen een attest van schoolbezoek uitgereikt, waarvan de voor het secundair onderwijs bevoegde Minister het model vaststelt.
§ 1ter. Een met het basisstudiegetuigschrift gelijkwaardig getuigschrift wordt uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die met goed gevolg het 2e leerjaar hebben beëindigd en niet in het bezit zijn van het basisstudiegetuigschrift. De voor het secundair onderwijs bevoegde Minister bepaalt het model van dat getuigschrift".
Art.4. Artikel 25 van hetzelfde besluit zoals gewijzigd wordt vervangen als volgt :
"Art. 25. § 1. Het getuigschrift van lager secundair onderwijs wordt uitgereikt aan leerlingen voor wie de homologatiecommissie de regelmatigheid van de gedane studie heeft vastgesteld en die met goed gevolg :
1° een 2e leerjaar secundair onderwijs en een 3e leerjaar algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs beëindigd hebben;
2° de 1e graad van het secundair onderwijs in een 3e leerjaar algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs beëindigd hebben;
3° een 3e en een 4e leerjaar secundair beroepsonderwijs beëindigd hebben.
§ 2. Een homologeerbaar getuigschrift van hoger secundair onderwijs wordt uitgereikt aan regelmatige leerlingen die met goed gevolg :
1° de laatste 2 leerjaren algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs beëindigd hebben in dezelfde onderwijsvorm, afdeling en studierichting;
2° het in artikel 47, § 1, 5° en § 2 bedoelde 7e leerjaar en eerst een 6e leerjaar secundair beroepsonderwijs beëindigd hebben".
Art.5. Artikel 46, § 1, van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd, wordt vervangen als volgt :
"1. De leerlingen die niet voldoen aan een of meer vereisten van artikel 2, 6° van dit besluit zijn vrije leerlingen. Zij hebben geen aanspraak op bekrachtiging van de studie.
Het inrichtingshoofd wijst de ouders of de meerderjarige leerling op die toestand d.m.v. een geschrift dat zij hem ondertekend terugbezorgen. De inschrijving als vrij leerling vereist het gunstig advies van de toelatingscommissie voor het betrokken leerjaar.
Art.6. Artikel 48 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 3 juli 1985 en bij besluit van de Executieve d.d. 19 juli 1993, wordt aangevuld als volgt :
"§ 8. De in § 2 vermelde oriënteringsattesten worden onder voorbehoud uitgereikt aan leerlingen bedoeld in artikel 56, 3° en artikel 56bis".
Art.7. Artikel 50 van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd, wordt vervangen als volgt :
"Art. 50. § 1. Het getuigschrift van lager secundair onderwijs wordt uitgereikt aan leerlingen voor wie de homologatiecommissie de regelmatigheid van de gedane studie heeft vastgesteld en die met goed gevolg :
1° een 2e leerjaar secundair onderwijs en een 3e leerjaar algemeen technisch of artistiek onderwijs beëindigd hebben;
2° de eerste 2 jaren van het algemeen of technisch secundair onderwijs van type II en een 3e leerjaar algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs beëindigd hebben;
3° een 3e en een 4e leerjaar secundair beroepsonderwijs beëindigd hebben.
§ 2. Een homologeerbaar getuigschrift van hoger secundair onderwijs wordt uitgereikt aan regelmatige leerlingen die met goed gevolg :
1° de laatste 2 leerjaren algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs beëindigd hebben in dezelfde onderwijsvorm, afdeling en studierichting;
2° het in artikel 29, § 5 en § 6 a) bedoelde 7e leerjaar en eerst een 6e leerjaar secundair beroepsonderwijs beëindigd hebben".
Art.8. Artikel 56 van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd, wordt aangevuld als volgt :
"3° van de verplichting, de gelijkwaardigheidsbeslissing bekomen te hebben voor het einde van het schooljaar waarin de studie werd aangevat. Die verplichting kan verdaagd worden tot voor het einde van het 6e jaar secundair onderwijs. De betrokkenen blijven vrij leerling zolang die beslissing niet getroffen is. Wanneer ze binnen de gestelde termijn getroffen wordt, erkent men de betrokkenen als regelmatig leerling voor het lopende schooljaar en, in voorkomend geval, voor de vorige schooljaren".
Art.9. In hetzelfde besluit wordt een artikel 56bis ingevoegd :
"Art. 56bis. § 1. De leerlingen van het 4e jaar algemeen, technisch of artistiek onderwijs of van het 5e jaar beroepsonderwijs die niet als regelmatig leerling erkend zijn bij een controle in het 4e jaar algemeen, technisch of artistiek secundair onderwijs of in het 5e jaar beroepsonderwijs, moeten, om nog als regelmatig leerling beschouwd te worden, het getuigschrift van lager secundair onderwijs bekomen voor de examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het einde van het 4e jaar algemeen, technisch of artistiek onderwijs of van het 5e beroepsonderwijs.
§ 2. De Minister of zijn gemachtigde kan, in bijzondere en uitzonderlijke omstandigheden, individuele leerlingen bedoeld in § 1 de toelating geven om voor de examencommissie van de Franse Gemeenschap het getuigschrift van lager secundair onderwijs te bekomen voor het einde van het 5e jaar algemeen, technisch of artistiek onderwijs of van het 6e jaar beroepsonderwijs. De betrokkenen blijven vrij leerling zolang hun toestand niet geregulariseerd is. Wanneer het getuigschrift van lager secundair onderwijs binnen de gestelde termijn bekomen wordt, erkent men de betrokkenen als regelmatig leerling voor het lopende schooljaar en, in voorkomend geval, voor de vorige schooljaren".
Art.10. Artikel 58, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "§ 3. In het in de artikelen 4, § 2, en 29, § 6 a) van hetzelfde besluit bedoelde schooljaar kan de Minister of zijn gemachtigde de houders van het gehomologeerd getuigschrift van hoger secundair onderwijs in een overeenstemmende studierichting of afdeling van het algemeen, technisch, artistiek of beroepsonderwijs, van bepaalde onderwijsvakken vrijstellen.
Voor de houders die dat getuigschrift in het beroepsonderwijs bekomen hebben, kan de overeenstemming met de in het 6e jaar gevolgde richting of afdeling vastgesteld worden.
Art.11. Dit besluit heeft uitwerking vanaf het schooljaar 1995 1994behalve de artikelen 4 en 7 die uitwerking hebben vanaf het schooljaar 1993-1994.
Art. 12. De Minister tot wiens bevoegdheid het secundair onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 24 april 1995.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister van Onderwijs,
Ph. MAHOUX