Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 MAART 1995. - Besluit van de Waalse Regering betreffende het boekhoudkundig, financieel en vermogensbeheer van de " Office de Promotion des Voies navigables" (Dienst voor de Bevordering van de Bevaarbare Waterwegen). (VERTALING) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-07-1995 en tekstbijwerking tot 01-08-2003).



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Begroting.
Art. 1-7
HOOFDSTUK II. - Boekhouding, rekening en verantwoording.
Art. 8-10
HOOFDSTUK III. - Boekhoudkundig en financieel beheer.
Art. 11-15
HOOFDSTUK IV. - Toezicht.
Art. 16-17
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 18-19
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Begroting.
Artikel 1. De begroting van de "Office de Promotion des Voies navigables", hierna "Office" genoemd, omvat de gezamenlijke ontvangsten en uitgaven ervan.
  Ze wordt jaarlijks na advies van de oriëntatieraad opgemaakt.
  Het begrotingsjaar, hierna "boekjaar" genoemd, begint op 1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar, behalve het eerste boekjaar dat op de datum van inwerkingtreding van dit besluit begint.

Art.2. De uitgaven voor de werking van de "Office" alsmede de organisatie van de hem toegewezen goederen vallen ten laste van de "Office".

Art.3. De begroting wordt onderverdeeld in drie delen :
  a) de gewone verrichtingen;
  b) de kapitaalverrichtingen;
  c) de verrichtingen voor order.
  Ze wordt overeenkomstig bijgaande tabel opgemaakt.
  De kredieten voor uitgaven zullen in activiteits- of bestaansmiddelenprogramma's opgenomen worden en de kredieten m.b.t. ieder van die programma's zullen overeenkomstig de economische classificatie in basisallocaties worden verdeeld.

Art.4. De raming van ontvangsten betreffen de geldsommen die gedurende het begrotingsjaar aan de "Office" zullen worden afgedragen en overeenkomstig de economische classificatie zullen worden verdeeld.

Art.5. De kredieten voor uitgaven betreffen de geldsommen die in de loop van het betrokken begrotingsjaar verschuldigd zullen zijn.

Art.6. De kredieten voor uitgaven dekken zowel de vastleggingsakten als de ordonnanceringsverrichtingen.
  Wanneer de kredieten evenwel betrekking hebben op werken of op leveringen van goederen of diensten waarvoor een uitvoeringstermijn van meer dan twaalf maanden nodig is, kunnen zij gesplitst worden in een vastleggingskrediet en in een ordonnanceringskrediet. In dat geval :
  - bepaalt het vastleggingskrediet het bedrag van de verbintenissen die tijdens het begrotingsjaar aangegaan mogen worden;
  - bepaalt het ordonnanceringskrediet het bedrag dat geordonnanceerd mag worden tijdens het begrotingsjaar, tot nakoming van de zowel tijdens dit jaar als in de loop van de vorige jaren aangegane verbintenissen.

Art.7. Het voorontwerp van begroting moet, uiterlijk 30 juni van het jaar voorafgaande aan het begrotingsjaar, samen met het advies van de oriëntatieraad bij de Minister (die bevoegd is voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen) ingediend worden. <BWG 2003-07-03/46, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-07-2003>
  De begroting van de "Office" wordt gevoegd bij het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest en komt voor onder titel VI van de bij dit decreet gevoegde tabel.
  De begroting van de "Office" wordt goedgekeurd bij de afkondiging van het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest.
  Indien ze niet goedgekeurd is voor het begin van het boekjaar, zal moeten worden verwezen naar de bepalingen van het de door de Regering voorgestelde decreet waarbij voorlopige kredieten worden geopend.

HOOFDSTUK II. - Boekhouding, rekening en verantwoording.
Art.8. Aan het einde van elke semester wordt een staat van ontvangsten en uitgaven opgemaakt.
  De Minister (die bevoegd is voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen) legt deze staat via de Minister van Begroting voor aan het Rekenhof. <BWG 2003-07-03/46, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-07-2003>
  De bewijsstukken worden ter plaatse bewaard.

Art.9. Aan het einde van ieder boekjaar worden volgende staten opgemaakt :
  1° een balans,
  2° een rekening van uitvoering van de begroting,
  3° een rekening m.b.t. de waardeschommeling van de vermogensgoederen.
  De in het eerste lid bedoelde elementen worden vastgesteld overeenkomstig de hoofdstukken 5 en 6 van de op 17 juli 1991 gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit.
  Uiterlijk op 31 maart na het boekjaar waarop ze betrekking hebben, overhandigt de Minister (die bevoegd is voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen) deze balans en rekeningen aan de Minister van Begroting, die ze binnen één maand na ontvangst ervan aan het Rekenhof zal voorleggen. <BWG 2003-07-03/46, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-07-2003>

Art.10. De in artikel 9, eerste lid, bedoelde rekeningen worden bij de rekeningen van uitvoering van de begroting van het Waalse Gewest gevoegd - deel Waals Ministerie voor Uitrusting en Vervoer - en worden in de algemene rekening van het Waalse Gewest opgenomen.

HOOFDSTUK III. - Boekhoudkundig en financieel beheer.
Art.11. Het bedrag van de uitgaven mag noch het bedrag van de ontvangsten noch het bedrag van de ten gunste van de "Office" goedgekeurde limitatieve kredieten overschrijden.

Art.12. Aan het einde van het boekjaar wordt het saldo van de gewone verrichtingen bij de lopende ontvangsten en het saldo van de vermogensverrichtingen bij de vermogensontvangsten van het volgende boekjaar opgeteld.

Art.13. De bij het verstrijken van het vorige boekjaar beschikbare geldmiddelen kunnen gebruikt worden vanaf het begin van het boekjaar tot de aanneming van een decreet houdende ontbinding van de "Office".

Art.14. Voor leveringen en diensten verstrekt door de "Office" ten bate van de diensten van de Waalse Regering is betaling verschuldigd.

Art.15. De tegenover het Rekenhof verantwoordelijke rekenplichtige van de "Office" wordt door de Regering onder de ambtenaren van het Gewest aangewezen op gezamenlijke voordracht van de Minister van Begroting en de Minister
  (die bevoegd is voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen). <BWG 2003-07-03/46, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-07-2003>
  Hij is belast met :
  1° het innen van de vastgestelde ontvangsten;
  2° het verrichten van de betalingen;
  3° het beheer en het bewaren van gelden en waarden;
  4° de rekening van uitvoering van de begroting, de opmaking en de bewaring van de in de artikelen 7 en 8 bedoelde documenten;
  5° de vermogenscomptabiliteit;
  6° het regelmatig opmaken van een inventaris van het vermogen.

HOOFDSTUK IV. - Toezicht.
Art.16. De uitgaven worden rechtstreeks door de rekenplichtige van de "Office" vereffend en uitbetaald, zonder voorafgaande tussenkomst van het Rekenhof.

Art.17. De "Office" staat onder het toezicht van de Minister van Begroting. Het toezicht wordt volgens de in het Gewest geldende toepassingsregels en -modaliteiten uitgeoefend door de Inspecteur van Financiën, geaccrediteerd bij de Minister onder wie de "Office" ressorteert.
  Hij beschikt over de ruimste bevoegdheden om zijn taak te vervullen.
  Het Rekenhof kan, volgens de in het Gewest geldende toepassingsregels en -modaliteiten, ter plaatse toezicht houden op de boekhouding. Het kan ieder ogenblik vragen om alle bewijsstukken, staten, inlichtingen of ophelderingen m.b.t. de ontvangsten en uitgaven alsmede het vermogen en de schulden.

HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.18. Dit besluit treedt in werking op 31 maart 1995.

Art.19. De Minister van Begroting en de Minister (die bevoegd is voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen) zijn belast met de uitvoering van dit besluit. <BWG 2003-07-03/46, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-07-2003>
  Namen, 23 maart 1995.
  De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, K.M.O.'s, Externe Betrekkingen en Toerisme,
  R. COLLIGNON
  De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Begroting,
  B. ANSELME
  De Minister van Openbare Werken,
  J.-F. GRAFE

BIJLAGE.
Art. N. Begrotingstabel.
  Afdeling I : Gewone verrichtingen :
  A. Ontvangsten
  B. Uitgaven
  C. Overdrachten
  D. Provisioneel krediet
  E. Saldo
  Afdeling II : Kapitaalverrichtingen
  A. vangsten
  B. Uitgaven
  C. Overdrachten
  D. Saldo
  Afdeling III : Verrichtingen voor order :
  A. Ontvangsten
  1. Gelden van derden
  2. Kasgelden
  B. Uitgaven
  1. Gelden van derden
  2. Kasgelden
  C. Saldo
  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 betreffende het boekhoudkundig, financieel en vermogensbeheer van de "Office de Promotion des Voies navigables".
  Namen, 23 maart 1995.
  De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, K.M.O.'s, Externe Betrekkingen en Toerisme,
  R. COLLIGNON
  De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Begroting,
  B. ANSELME
  De Minister van Openbare Werken,
  J.-P. GRAFE