23 MAART 1995. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 9 februari 1987 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten.(VERTALING)
Art. 1-14
Artikel 1. In artikel 36, § 2, van het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 9 februari 1987, genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten, gewijzigd bij de besluiten van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 16 november 1987, 24 februari 1959, 25 februari 1959, 13 november 1989, 12 juni 1990, 26 juni 1990, 14 januari 1991, 11 juni 1991, 4 september 1991, 16 november 1992, bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 10 november 1993 en bij het besluit van de Waalse Regering van 18 juli 1994, worden de alinea's 2, 3 en 4 door de volgende bepalingen vervangen :
"Voor 1995 mag het deel van de toelage bestemd voor andere kosten dan personeelskosten geschat worden op minstens 90 132 frank per ten laste genomen persoon onder internaatstelsel, op 43.612 frank per ten laste genomen persoon in semi-internaten voor niet-schoolgaande jongeren en in dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen lager is dan of gelijk is aan 60 en op 41 535 per ten laste genomen persoon in semi-internaten voor niet-schoolgaande jongeren en in dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen hoger is dan 60 alsook voor semi-internaten voor schoolgaande jongeren en semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren, wat het aantal ten laste genomen personen ook moge zijn.
Dat deel verschilt naar gelang van het stelsel van de instelling en van het aantal begunstigden dat in aanmerking komt voor de berekening van de toelage.
Het bedraagt :
- 291 020 frank voor de internaten en de tehuizen voor volwassenen waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage toegekend wordt, lager is dan of gelijk is aan 60;
- 253 126 frank voor de internaten en de tehuizen voor volwassenen waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage toegekend wordt hoger is dan 60;- 184 597 frank voor de semi-internaten voor niet-schoolgaande jongeren en de dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage toegekend wordt, lager is dan of gelijk is dan 60;
175 806 frank voor de semi-internaten, die tegelijkertijd schoolgaand en niet-schoolgaande jongeren opnemen, waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage toegekend wordt, lager is dan of gelijk is aan 60;
147 912 frank voor de semi-internaten en de dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage toegekend wordt, hoger is dan 60."
Art.2. De bedragen vastgesteld bij koninklijk besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 9 februari 1987 genomen ter uitvoering van koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967 tot instelling van ten Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten, gewijzigd bij de besluiten van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 16 november 1987, 24 februari 1989, 25 februari 1989, 13 november 1989, 12 juni 1990, 26 juni 1990, 14 januari 1991, 11 juni 1991, 4 september 1991, 16 november 1992, bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 10 november 1993, vermeld in het beschikkend gedeelte ervan, worden als volgt aangepast :
1° bezoldigingsbedragen vastgesteld in artikel 36, § 3, en artikel 43bis :
- 12 028 frank toevoegen aan het bedrag bestemd voor de psychologen, het paramedisch en bijzonder personeel;
- 11 831 frank toevoegen aan het bedrag bestemd voor de opvoeders van klassen I en II A en de hoofdopvoeders;
- 13 000 frank toevoegen aan het bedrag bestemd voor de opvoeders van klassen II B en III, de kinderverzorgsters en het ermee gelijkgestelde personeel;
- 11 932 frank toevoegen aan het bedrag bestemd voor de groepschefs;
- 18 240 frank toevoegen aan het in artikel 43bis vermelde bedrag.
Deze bedragen moeten vermenigvuldigd worden met een breuk waarvan de teller 131,9552 en de noemer 100 is.
2° bedrag van de werkingstoelage, dat in bijlage VIII is vastgesteld; dit bedrag moet vermenigvuldigd worden met :
- een breuk waarvan de teller 119,52 en de noemer 100 is.
Art.3. In artikel 36, § 3, van hetzelfde besluit, wordt alinea 2 door de volgende bepaling vervangen : "Deze bedragen worden verhoogd met de wettelijke werkgeverslasten en de aanvullende lasten die forfaitair op een percentage van de gemiddelde jaarlijkse bezoldigingen hierboven bepaald. De Minister stelt het percentage vast waarmee rekening moet worden gehouden :
- m.b.t. privé-instellingen :
a) voor internaten en tehuizen voor volwassenen : 58,15 %
b) voor semi-internaten en dagcentra : 54,15 %
- m.b.t. openbare instellingen :
a) voor internaten en tehuizen voor volwassenen : 49,88 %
b) voor semi-internaten en dagcentra : 45,88 %."
Art.4. In artikel 50bis van hetzelfde besluit, wordt alinea 2 door de volgende bepaling vervangen :
"Voor het jaar 1995 wordt die coëfficiënt als volgt vastgesteld :
- 100 % voor semi-internaten voor niet-schoolgaande jongeren;
- 85 % voor dagcentra;
- 82 % voor tehuizen voor niet-werkende volwassen, te weten bezigheidstehuizen en nursing;
- 82 % voor internaten en tehuizen voor werkende volwassenen;
- 70 % voor semi-internaten voor schoolgaande jongeren en semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren."
Art.5. Artikel 54, § 1, van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen :
" Art. 54. § 1. De in 1995 toegekende enveloppe wordt vastgesteld op 106,39 % van de in 1994 aan instellingen met een internaatstelsel toegekende enveloppe en op 103,14 % van de in 1994 aan instellingen met een semi-internaatstelsel toegekende enveloppe;
Maar:
-1° de instellingen die in 1995 aanspraak maken op een enveloppe die theoretisch hoger is dan de enveloppe van 1994, verhoogd in de mate vermeld in de eerste alinea, krijgen een enveloppe met het bedrag waarop ze in 1995 aanspraak kunnen maken.
In afwijking van voornoemde alinea krijgen de semi-internaten voor schoolgaande jongeren en de semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren een enveloppe waarvan het bedrag beperkt is tot het bedrag van de in 1994 toegekende toelage, verhoogd in de bovenvermelde mate; in het geval van semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren wordt de enveloppe van die instellingen niettemin vastgesteld op het bedrag waarop ze voor 1995 aanspraak kunnen maken naar verhouding van de gemiddelde bezetting van de niet-schoolgaande jongeren;
2° de instellingen die voor 1995 enkel aanspraak kunnen maken op een enveloppe die lager is dan of gelijk is aan de in 1994 toegekende enveloppe, verhoogd in de bovenvermelde mate, krijgen een enveloppe vastgesteld op het bedrag van de in 1994 toegekende toelage, verhoogd in die mate, voor zover de gemiddelde bezetting, zoals bepaald in artikel 35 van dit besluit, niet lager is dan 90 % van de in 1994 gesubsidieerde capaciteit
3° de instellingen waarvan de gemiddelde bezetting, zoals bepaald in artikel 35 van dit besluit, lager is dan 90 % van de in 1994 gesubsidieerde capaciteit, krijgen een enveloppe die is vastgesteld op minstens 90 % van de in 1994 toegekende enveloppe.
In geen geval :
1° mag de toegekende enveloppe hoger zijn dan 115 % van de enveloppe waarop de instellingen aanspraak kunnen maken;
2° mag het deel van de toegekende enveloppe bestemd om de kosten van het opvoedend personeel te dekken, hoger zijn dan het deel dat uit de verrichte berekening zou voortvloeien zonder toepassing van de in artikel 50bis vermelde coëfficiënten."
Art.6. Artikel 54, § 2, van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen :
"Art. 54. § 2. Het getal 60, vanaf hetwelke het bedrag van de werkingstoelage verschilt, wordt voor 1995 vastgesteld naar verhouding van de gemiddelde bezetting, zoals bepaald in artikel 35 van dit besluit."
Art.7. Artikel 55, § 3, van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen:
"Art. 55. § 3. De werkelijke verstrekkingen van de geneesheren worden in 1995 in overweging genomen binnen de perken van de toelagen die hen in 1986 zijn toegekend."
Art.8. Artikel 55bis wordt met de volgende bepaling aangevuld :
"Art. 55bis. e) voor het jaar 1995. De voorwaarden zijn gelijk aan die voorzien voor het jaar 1994."
Art.9. Artikel 56 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen :
"Art. 56. Zolang de bepalingen betreffende de vaststelling van voor 1996 geldende enveloppe niet vastliggen, zullen de overeenkomstig artikel 36, § 4, gestorte maandelijkse voorschotten vanaf 1 januari 1996 op basis van de in 1995 toegekende enveloppe uitbetaald worden."
Art.10. In hoofdstuk 1, § 2, punt 1, van de bijlage 1 bij hetzelfde besluit worden de vermelde bedragen als volgt gewijzigd :
- het bedrag van 22 524 frank wordt 22 980 frank;
- het bedrag van 1 877 frank wordt 1 915 frank.
Art.11. Artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 18 juli 1994 tot wijziging van het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 9 februari 1987, genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten, waarbij een artikel 54bis is ingevoegd, wordt opgeheven.
Art.12. Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.
Art.13. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995.
Art. 14. De Minister tot wiens bevoegdheden het Gehandicaptenbeleid behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 23 maart 1995.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, K.M.O.'s, Externe Betrekkingen en Toerisme,
R. COLLIGNON
De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
W. TAMINIAUX