22 DECEMBER 1994. - Besluit van de Waalse Regering tot toekenning, aan de erkende diensten voor gezins- en bejaardenhulp, van een aanvullende toelage van 5 frank per uur gepresteerd in 1994 ten voordele van gebruikers die in dunbevolkte gemeenten wonen (VERTALING).
Art. 1-8
Artikel 1. De diensten voor gezins- en bejaardenhulp genieten een aanvullende toelage van 5 frank per uur gepresteerd in 1994 ten voordele van gebruikers die in dunbevolkte gemeenten wonen.
Art.2. De in dit besluit bedoelde diensten voor gezins- en bejaardenhulp zijn de diensten erkend op basis van het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 16 december 1988 tot regeling van de erkenning van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en van de toekenning van toelagen aan deze diensten.
Art.3. Dunbevolkte gemeenten zijn gemeenten met een bevolkingsdichtheid van 120 inwoners per km2 of minder.
Art.4. De bevolkingsdichtheid wordt bepaald op grond van :
1° de door het Centraal Bestuur van het Kadaster van het Ministerie van Financiën meegedeelde oppervlakte van de gemeenten;
2° de cijfers van de werkelijke gemeentebevolking op 1 januari 1994, zoals bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 10 september 1994 door het Nationaal Instituut voor de Statistiek.
Art.5. Voor de toekenning van de toelage komen al de in 1994 verrichte activiteiten van gezins- of bejaardenhelpsters in aanmerking die bedoeld zijn in het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 16 december 1988 tot regeling van de erkenning van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en van de toekenning van toelagen aan deze diensten, met uitzondering van de activiteiten bedoeld in de artikelen 14, 15, 16 en 17 van dit besluit.
Art.6. Voor elke dienst mag het in aanmerking te nemen aantal uren niet hoger zijn dan het in 1994 vastgestelde contingent, overeenkomstig artikel 9 van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 16 december 1988 tot regeling van de erkenning van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en van de toekenning van toelagen aan deze diensten.
Art.7. De activiteit van gezins- of bejaardenhelpsters, gesubsidieerd door het interdepartementaal budgettair Fonds ter bevordering van de werkgelegenheid bedoeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet-commerciële sector, wordt voor de toekenning van de toelage onder de voorwaarden van dit besluit in aanmerking genomen. De in artikel 6 hierboven bedoelde limiet is niet van toepassing op deze uren.
Art. 8. De Minister van Sociale Actie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namur, 22 december 1994.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, KMO's, Externe Betrekkingen en Toerisme,
R. COLLIGNON
De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
W. TAMINIAUX