23 DECEMBER 1994. - Koninklijk besluit houdende opname van de taalinspectie inzake onderwijs in de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden.
Art. 1-8
Artikel 1. De taalinspectie inzake onderwijs wordt opgenomen in de diensten van de Eerste Minister - Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden.
Art.2. In artikel 21 van het koninklijk besluit van 16 september 1959 houdende statuut van de voorzitter van de Nationale Raad voor wetenschapsbeleid, van de secretaris-generaal en van het personeel van de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 september 1968 en 26 april 1994, wordt een vierde punt ingevoegd, luidend als volgt :
"4° het personeel van de taalinspectie inzake onderwijs wiens statuut wordt geregeld bij het koninklijk besluit van 30 november 1966 houdende het statuut van de taalinspectie inzake onderwijs."
Art.3. De huidige leden van het personeel van de taalinspectie inzake onderwijs worden ondergebracht bij het personeel bedoeld in artikel 21, 4°, van het koninklijk besluit van 16 september 1959 houdende statuut van de voorzitter van de Nationale Raad voor wetenschapsbeleid, van de secretaris-generaal en van het personeel van de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 september 1968 en 26 april 1994.
Art.4. Ieder personeelslid van de taalinspectie inzake onderwijs behoudt zijn hoedanigheid, zijn graad, zijn administratieve anciënniteit en zijn geldelijke anciënniteit.
Hij wordt bij de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden tewerkgesteld in een met zijn graad overeenstemmende betrekking.
Art.5. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 31 maart 1994 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Federale dienten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 april 1994, wordt een littera d) ingevoegd, luidend als volgt :
d) Personeel van de taalinspectie inzake onderwijs
Hoofdinspecteur..................... 2
Inspecteur.......................... 4
Art.6. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.7. Dit besluit heeft uitwerking op 1 mei 1994, met uitzondering van artikel 6 dat in werking treedt op 1 september 1995.
Art. 8. Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Onze Minister van Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 december 1994.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting,
H. VAN ROMPUY
De Minister van Wetenschapsbeleid,
J.-M. DEHOUSSE