Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

10 APRIL 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 mei 1994 betreffende de bestrijding van voor planten en voor plantaardige produkten schadelijke organismen.



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1994016095 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het artikel 1 x) van het koninklijk besluit van 3 mei 1994 betreffende de bestrijding van voor planten en voor plantaardige produkten schadelijke organismen wordt vervangen door de volgende bepalingen:
  "x) Gemeenschap : Europese Gemeenschap (op fytosanitair gebied) : omvat de Europese Economische Gemeenschap met uitsluiting van Ceuta en Mélilla.
  De door dit besluit voorziene bepalingen zullen van toepassing zijn op de Canarische Eilanden en de Franse overzeese departementen op een datum overeenkomend met een termijn van zes maanden vanaf de datum wanneer de lidstaten de toekomstige bepalingen inzake de bijlagen I tot V van de Richtlijn 77/93/EEG voor de bescherming van de Canarische Eilanden en de Franse overzeese departementen moeten toepassen."

Art.2. Het artikel 9 punt 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepalingen :
  "7. a) De Minister kan voorschrijven onder voorwaarden die hij bepaalt dat het binnenbrengen op en de verspreiding binnen het grondgebied van België van organismen in al dan niet geïsoleerde toestand die als schadelijk voor en plantaardige produkten worden beschouwd, doch niet in bijlagen I en II bij dit besluit zijn opgenomen, worden verboden of onderworpen aan een speciale toelating.
  b) De Minister kan voorschrijven onder voorwaarden die hij bepaalt dat het binnenbrengen op en de verspreiding binnen het grondgebied van België van bepaalde organismen, die in bijlage II bij dit besluit zijn opgenomen, maar waarvan de aanwezigheid werd vastgesteld op andere planten dan deze die in deze bijlage genoemd zijn, en waarvan wordt aangenomen dat ze schadelijk zijn voor de planten en plantaardige produkten, worden verboden of dat daarvoor een bijzondere vergunning is vereist.
  c) De Minister kan voorschrijven onder voorwaarden die hij bepaalt dat het binnenbrengen op en de verspreiding binnen het grondgebied van België van bepaalde organismen die in bijlagen I en II bij dit besluit opgenomen zijn, waarvan de aanwezigheid in geïsoleerde toestand werd vastgesteld en waarvan wordt aangenomen dat ze schadelijk zijn voor de planten en plantaardige produkten, worden verboden of dat daarvoor een bijzondere vergunning is vereist.
  d) De Minister kan afwijkingen toestaan onder voorwaarden die hij bepaalt ten opzichte van de verboden bepaald bij punten 1, 2, 5, 6 en punt 7a, b en c voor proefnemingen of wetenschappelijke doeleinden en voor de selectiedoeleinden op het niveau van variëteiten.
  e) De bepalingen van punt 7 a), b) en c) van dit artikel worden ook toegepast op de organismen die niet vermeld zijn door de Richtlijn 90/220/EEG van de Raad van 23 april 1990 inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu of door andere specifieke communautaire wetgevingen inzake de gewijzigde genetische organismen."

Art.3. (Errata, B.St. 21-10-1995, blz. 29791-2) Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  " 3. De Minister kan afwijkingen toestaan onder voorwaarden die hij bepaalt ten opzichte van de verboden bepaald bij punten 1 en 2 van dit artikel voor proefneming of wetenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden."

Art.4. ((Het artikel 11 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt :
  " 4. De punten 1, 2 en 3 van dit artikel gelden niet voor het verkeer van kleine hoeveelheden planten, plantaardige produkten, voedingsmiddelen of dierlijke voeders wanneer deze bestemd zijn voor gebruik door de eigenaar of bestemmeling voor niet-industriële en niet-commerciële doeleinden of voor verbruik tijdens het vervoer, op voorwaarde dat er geen gevaar bestaat voor verspreiding van schadelijke organismen.) (Errata, B.St. 21-10-1995, blz. 29791-2)
  5. De Minister kan afwijkingen toestaan onder voorwaarden die hij bepaalt ten opzichte van de verboden bepaald bij punten 1, 2 en 3 van dit artikel voor proefnemingen of wetenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden."

Art.5. Artikel 12 punt 4 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  "De punten 1, 2 en 3 van dit artikel gelden niet voor het verkeer van kleine hoeveelheden planten, plantaardige produkten, voedingsmiddelen of dierlijke voeders wanneer deze bestemd zijn voor gebruik door de eigenaar of ontvanger voor niet-industriële en nietcommerciële doeleinden of voor verbruik tijdens het vervoer, op voorwaarde dat er geen gevaar bestaat voor verspreiding van schadelijke organismen.".

Art.6. Artikel 14 punt 2 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  "c) De punten a) en b) gelden niet voor het verkeer van kleine hoeveelheden planten, plantaardige produkten, voedingsmiddelen of dierlijke voeders wanneer deze bestemd zijn voor gebruik door de eigenaar of ontvanger voor niet-industriële en niet-commerciële doeleinden of voor verbruik tijdens het vervoer, op voorwaarde dat er geen gevaar bestaat voor verspreiding van schadelijke organismen.".

Art.7. Het opschrift van het hoofdstuk V van hetzelfde besluit wordt vervangen door :
  "Hoofdstuk V. - Maatregelen gebonden aan invoer en doorvoer op het grondgebied van België van planten, plantaardige produkten of ander materiaal".

Art.8. Het artikel 17 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt :
  a) De volgende punten worden toegevoegd :
  "4bis. Op voorwaarde dat er geen gevaar bestaat voor verspreiding van schadelijke organismen :
  - de punten 2 en 3 van dit artikel gelden niet wanneer de planten, plantaardige produkten of ander materiaal rechtstreeks worden overgebracht naar een andere plaats in de Gemeenschap via het grondgebied van een derde land;
  - de punten 2 en 3 van dit artikel en artikel 10 punt 1 zijn niet van toepassing bij doorvoer over het grondgebied van de Gemeenschap;
  - de punten 2 en 3 van dit artikel zijn niet van toepassing voor het verkeer van kleine hoeveelheden planten, plantaardige produkten, voedingsmiddelen of dierlijke voeders wanneer deze bestemd zijn voor gebruik door de eigenaar of ontvanger voor nietindustriële en niet-commerciële doeleinden of voor verbruik tijdens het vervoer.
  4ter. De Minister kan afwijkingen toestaan onder voorwaarden die hij bepaalt van de bepalingen ten opzichte van de verboden bepaald bij de punten 2 en 3 van dit artikel voor proefnemingen of wetenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden.
  b) Punt 10 wordt aangevuld als volgt :
  "In geval van een terugtrekking als genoemd in het eerste lid, tweede streepje of een weigering als genoemd in het eerste lid, vierde streepje, vernietigt de Dienst de fytosanitaire certificaten of de sanitaire certificaten voor wederuitvoer die worden getoond wanneer de platen, plantaardige produkten of ander materiaal voor binnenbrenging op het grondgebied van België worden voorgelegd.
  Bij de nietigverklaring krijgt het certificaat op de voorkant, duidelijk zichtbaar, een driehoekige rode stempel met de vermelding Certificaat nietig verklaard" van de Dienst en geeft deze zijn coördinaten aan en de datum van weigering."

Art.9. Het artikel 19 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepalingen :
  "Artikel 19. § 1. De Dienst kan op eigen verzoek gemachtigd worden om afwijkingen toe te staan onder voorwaarden die hij bepaalt :
  - op artikel 10 punt 1 betreffende bijlage III delen A en B, onverminderd het bepaalde in artikel 10 punt 3, alsmede op artikel 11 punt 1 en op artikel 17 punt 2 a) derde streepje voor wat betreft de andere eisen die genoemd worden in bijlage IV ,deel A, rubriek 1, en deel B;
  - op artikel 17 punt 2 b) in het geval van hout, indien gelijkwaardige waarborgen worden gegeven,
  op voorwaarde dat is vastgesteld dat het risico van verspreiding van schadelijke organismen wordt ondervangen door een of meer van de volgende factoren :
  - de oorsprong van de planten of plantaardige produkten;
  - een passende behandeling;
  - speciale voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van de planten of plantaardige produkten.
  Elke toelating geldt individueel voor iedereen of voor een deel van het grondgebied van de Gemeenschap onder de voorwaarden die rekening houden met verspreidingsrisico's van schadelijke organismen door het betreffende produkt in de beschermde gebieden, of in bepaalde regio' s rekening houdend met de verschillen in landbouw en ecologische omstandigheden.
  § 2. Voor afwijkingen als bedoeld in § 1, wordt voor elk afzonderlijk geval een officiëel verslag geëist, dat aantoont dat aan de voorwaarden voor het verlenen van de afwijking is voldaan."

Art.10. Het artikel 24 van dezelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
  "Artikel 24. Voor de registratie van personen, zoals bedoeld in artikel 13 punt van 5 van dit besluit, voor het afleveren van een fytosanitair certificaat, een fytosanitair certificaat van herverzending, van een plantenpaspoort, van een vervangingsplantenpaspoort en voor de realisatie van de fytosanitair toezichten van de betrokken planten dient een vergoeding, vastgesteld door de Koning, betaald te worden, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 maart 1993 betreffende de oprichting van een Begrotingsfonds voor de produktie en de bescherming van planten en plantaardige produkten."

Art.11. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendmaakt.

Art. 12. Onze Minister van de Kleine en Middelgrote Onderne- mingen en Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 april 1995.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw,
  A. BOURGEOIS