29 MAART 1995. - Koninklijk besluit dat, voor de vergelijkende examens van het jaar 1995, het aantal aanvullingsofficieren die als beroepsofficier mogen overgaan, het aantal hulpofficieren die als beroeps- of aanvullingsofficier mogen overgaan en het aantal beroepsonderofficieren die als aanvullingsofficier mogen overgaan, bepaalt .
Art. 1-8
Artikel 1. Het maximum aantal aanvullingsofficieren die kunnen opgenomen worden als beroepsofficier wordt voor het jaar 1995 vastgesteld op vijfendertig.
Art.2. Het totaal van vijfendertig bepaald in het artikel 1 van dit besluit bestaat uit :
1. zeventien plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Franse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1935.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) Landmacht : korps van de infanterie, één; korps van de pantsertroepen, één; korps van de artillerie, één; korps van het lichte vliegwezen, één; korps van de genie, één; korps van de transmissietroepen, één; korps van de logistiek, één; korps van de administratie, één;
b) Luchtmacht : korps van het varend personeel, één; korps van het niet-varend personeel, één;
c) Zeemacht : korps van de dekofficieren, één;
d) Medische Dienst : korps van de geneesheren, vier; korps van de apothekers, één; korps van de troepen van de medische dienst, één.
2. achttien plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Nederlandse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1935.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) Landmacht: korps van de infanterie, één; korps van de pantser-troepen, één; korps van de artillerie, één; korps van het lichte vliegwezen, één; korps van de genie, één; korps van de transmissietroepen, één; korps van de logistiek, één; korps van de administratie, één;
b) Luchtmacht : korps van het varend personeel, één; korps van het niet-varend personeel, één;
c) Zeemacht : korps van de officieren-technici, één; korps van de officieren van de diensten, één;
d) Medische Dienst : korps van de geneesheren, vier ; korps van de apothekers, één; korps van de troepen van de medische dienst, één.
Art.3. Het maximum aantal hulpofficieren die kunnen opgenomen worden in het beroeps- of aanvullingskader wordt voor het vergelijkend examen van het jaar 1995 vastgesteld op negen.
Art.4. Het totaal van negen bepaald in het artikel 3 van dit besluit bestaat uit :
1. vier plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Franse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1935.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) naar het beroepskader :
korps van het varend personeel, drie;
b) naar het aanvullingskader :
korps van het varend personeel, één.
2. vijf plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Nederlandse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1938.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) naar het beroepskader :
korps van het varend personeel, drie;
b) naar het aanvullingskader :
korps van het varend personeel, twee.
Art.5. Het maximum aantal beroepsonderofficieren die kunnen worden opgenomen als aanvullingsofficier, wordt voor het vergelijkend examen van het jaar 1995 vastgesteld op vijfentwintig.
Art.6. Het totaal van vijfentwintig bepaald in het artikel 5 van dit besluit bestaat uit :
1. elf plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Franse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1938.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) Landmacht : korps van de infanterie, één; korps van de pantsertroepen, één; korps van de artillerie, één; korps van het lichte vliegwezen, één; korps van de genie, één; korps van de transmissietroepen, één; korps van de logistiek, één; korps van de administratie, één;
b) Luchtmacht : korps van het niet-varend personeel, drie.
2. veertien plaatsen voorbehouden aan kandidaten die voldaan hebben aan het examen over de grondige kennis van de Nederlandse taal, op basis van artikel 2 van de wet van 30 juli 1938.
Deze plaatsen worden als volgt verdeeld :
a) Landmacht, korps van de infanterie, één; korps van de pantsertroepen, één; korps van de artillerie, één; korps van het lichte vliegwezen, één; korps van de genie, één; korps van de transmissietroepen, één; korps van de logistiek, één; korps van de administratie, één;
b) Luchtmacht : korps van het niet-varend personeel, vier;
c) Zeemacht : korps van de officieren technici, twee.
Art.7. In een zelfde wedstrijd voor overgang mogen niet bezette plaatsen overdragen worden, tot uitputting van het aantal plaatsen, volgens de hierna volgende prioriteitsregel :
- in eenzelfde korps, naar het ander taalstelsel;
- naar een ander korps, met behoud van het taalstelsel;
- naar een ander korps, in het ander taalstelsel.
Art. 8. Onze Minister van, Landsverdediging is belast met de uitvoe- ring van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 maart 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Landsverdediging,
K. PINXTEN