22 DECEMBER 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde.
Art. 1-23
Artikel 1. Artikel 1, § 6, 1°, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"1° "intracommunautair goederenvervoer" : vervoer van goederen waarvan de plaats van vertrek en de plaats van aankomst op het grondgebied van twee verschillende Lid-Staten zijn gelegen. Met intracommunautair goederenvervoer wordt gelijkgesteld goederenvervoer waarvan de plaats van vertrek en die van aankomst in België zijn gelegen, wanneer dit vervoer rechtstreeks samenhangt met goederenvervoer waarvan de plaats van vertrek en die van aankomst op het grondgebied van twee verschillende Lid-Staten zijn gelegen;".
Art.2. Artikel 10, § 2, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"§ 2. Wordt eveneens als een levering in de zin van § 1 beschouwd de eigendomsoverdracht van een goed ingevolge een vordering door of namens de overheid en, meer algemeen, ingevolge een wet, een decreet, een ordonnantie, een besluit of een administratieve verordening.".
Art.3. In artikel 12bis, tweede lid, van hetzelfde wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) 4° wordt opgeheven;
B) 5° en 6° worden respectievelijk vervangen door de volgende bepalingen :
"5° de verrichting van een dienst voor de belastingplichtige in verband met werkzaamheden betreffende dat goed, die daadwerkelijk worden uitgevoerd in de Lid-Staat van aankomst van de verzending of het vervoer van het goed, voor zover de goederen na bewerking opnieuw worden verzonden naar deze belastingplichtige in België waarvandaan zij oorspronkelijk waren verzonden of vervoerd;
6° het tijdelijk gebruik van dat goed op het grondgebied van de Lid-Staat van aankomst van de verzending of het vervoer van het goed, ten behoeve van een dienstverrichting door de in België gevestigde belastingplichtige;".
Art.4. Artikel 18, § 1, tweede lid, 1°, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"1° een materieel of intellectueel werk waaronder het maakloonwerk.
Onder maakloonwerk wordt verstaan het vervaardigen of samenstellen van een roerend goed door een opdrachtnemer door middel van materialen en voorwerpen die daartoe door de opdrachtgever aan de opdrachtnemer zijn verstrekt, ongeacht of de opdrachtnemer al dan niet een deel van de gebruikte materialen heeft verstrekt;".
Art.5. Artikel 21, § 3, 2°, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"2° wanneer het gaat om een materieel werk of een expertise die betrekking hebben op een ander goed dan een uit zijn aard onroerend goed :
a) de plaats waar het goed zich bevindt op het ogenblik dat de dienst materieel wordt verricht;
b) in afwijking van a, op het grondgebied van de Lid-Staat die aan de ontvanger het BTW-identificatienummer heeft toegekend waaronder de dienst aan hem is verleend wanneer de dient wordt verstrekt aan een ontvanger die voor de BTW is geïdentificeerd in een andere Lid-Staat dan die waarin de dienst materieel wordt verricht. Deze afwijking is niet van toepassing indien de goederen niet zijn verzonden of vervoerd buiten de Lid-Staat waar de dienst materieel is verricht;".
Art.6. In artikel 23, § 4, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992 en bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) op het einde van de tweede deelzin worden tussen de woorden "dat goed" en de dubbele punt de woorden " overeenkomstig de douanewetgeving" ingevoegd;
B) in 1°, 4°, 6° en 7°, worden de woorden "een douaneregeling" vervangen door de woorden "een regeling".
Art.7. Artikel 25bis, § 2, 2°, van hetzelfde wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, wordt opgeheven.
Art.8. In artikel 25quinquies, § 3, derde lid, 6°, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de woorden "§ 1, 4°" vervangen door de woorden "§ 1, 2°".
Art.9. In artikel 34, § 2, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) in 2° worden de woorden "tot op de plaats van bestemming in het binnenland" vervangen door de woorden " tot op de eerste plaats van bestemming van de goederen in België";
B) § 2, 2°, wordt aangevuld met de volgende bepaling :
"In de maatstaf van heffing moeten eveneens de in 2° bedoelde bijkomende kosten worden opgenomen wanneer zij voortvloeien uit het vervoer naar een andere plaats van bestemming in de Gemeenschap, indien deze plaats bekend is op het tijdstip waarop het belastbaar feit plaatsvindt.".
Art.10. In artikel 39 van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) in § 1, 2°, worden de woorden "en onder voorbehoud van wat is bepaald in 4° hierna" vervangen door de woorden "en van de door een reiziger in zijn persoonlijke bagage meegenomen goederen".
B) in § 1, 4°, worden de woorden "een reiziger met woonplaats of gewone verblijfplaats in het buitenland"' vervangen door de woorden "een niet in de Gemeenschap gevestigde reiziger".
C) in § 2, 1°, worden de woorden "of onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot" geschrapt.
Art.11. Een artikel 39quater, luidend als volgt, wordt in hetzelfde wetboek ingevoegd :
" Artikel 39quater. § 1. Van de belasting zijn vrijgesteld onder de door de Koning bepaalde beperkingen en voorwaarden :
1° de invoeren, de intracommunautaire verwervingen en de leveringen van goederen die worden geplaatst onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot;
2° de leveringen van goederen geplaatst onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, met handhaving van die regeling;
3° de diensten andere dan die vrijgesteld bij toepassing van de artikelen 41 en 42, die betrekking hebben op goederen die het voorwerp uitmaken van de in 1° bedoelde handelingen of die zich bevinden onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot.
§ 2. In de zin van onderhavig artikel worden als andere entrepots dan douane-entrepots beschouwd :
1° voor accijnsprodukten, de in België gelegen plaatsen die aangemerkt worden als belastingentrepots in de zin van artikel 4, b, van de Richtlijn 92/12/EEG;
2° voor andere goederen dan accijnsprodukten, de in België gelegen plaatsen dit als zodanig door de Koning worden aangemerkt.".
Art.12. In artikel 40 van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) § 1, 1°, c, en 3°, en § 2, 1°, b, en 2°, b, worden geschrapt;
B) in § 3 worden de woorden "bedoeld in § 1, 1°, b en c, 2° en 3°" vervangen door de woorden "bedoeld in § 1, 1°, b, en 2°".
Art.13. In artikel 41, § 1, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992 en het koninklijk besluit van 7 maart 1994, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) op het einde van 7° wordt de puntkomma vervangen door een punt;
B) 8° wordt opgeheven.
Art.14. In artikel 48, § 2, laatste zin, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, worden de woorden "tien" en "tiende" respectievelijk vervangen door de woorden "vijftien" en "vijftiende".
Art.15. In artikel 51, § 2, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) in 1°, b, worden tussen de woorden " artikel 21, § 3," en "3°bis" de woorden "2°, b," ingevoegd;
B) op het einde van 2° wordt het punt vervangen door een puntkomma;
C) § 2 wordt aangevuld als volgt :
"3° door de medecontractant wanneer het gaat om leveringen van goederen of diensten als bedoeld in de artikelen 39, § 2, en 39quater;
4° door degene die de goederen onttrekt aan één van de regelingen bedoeld in de artikelen 39, § 2, en 39quater"'.
Art.16. Artikel 51bis van hetzelfde wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, wordt aangevuld met de volgende paragraaf :
"§ 3. In de regeling entrepot ander dan douane-entrepot, zijn de depothouder, degene die zich belast met het Vervoer van de goederen .
uit het entrepot alsook, in voorkomend geval, zijn lastgever, tegenover de Staat hoofdelijk gehouden tot voldoening van de belasting met de persoon die er krachtens de artikelen 51, § 1, 1° en 2°, § 2, 3° en 4°, of 52, § 1, tweede lid, schuldenaar van is.".
Art.17. In artikel 52, § 1, tweede lid, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, worden de woorden "De Koning wijst aan" vervangen door de woorden "Onverminderd artikel 51bis, § 3, wijst de Koning aan".
Art.18. In artikel 53sexies, § 1, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) in 1° worden de woorden er, andere aan die bedoeld in 2° hierna," geschrapt;
B) 2° en 3° worden geschrapt en 4° wordt 2°.
Art.19. In artikel 54bis, § 1, van hetzelfde wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
A) in het eerste lid wordt het cijfer "4°" vervangen door het cijfer "5°".
B) het tweede lid wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Iedere belastingplichtige moet een register houden om de goederen te kunnen identificeren die hem vanuit een andere Lid-Staat werden toegezonden door of voor rekening van een in die andere Lid-Staat voor BTW-doeleinden geïdentificeerde belastingplichtige en die voorwerp zijn van een in artikel 21, § 3, 2°, bedoelde dienstverrichting.".
Art.20. In artikel 55, eerste lid, van hetzelfde wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de woorden "artikel 51, § 2" vervangen door de woorden "artikel 51, § 2, 1° en 2°".
Art.21. Een artikel 108, luidend als volgt, wordt in hetzelfde Wetboek ingevoegd :
"Artikel 108. § 1. Wanneer goederen :
- voor 1 januari 1996 in België zijn ingevoerd,
en - vanaf hun invoer in België werden geplaatst onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot,
en - niet voor 1 januari 1996 aan die regeling zijn onttrokken,
blijven de bepalingen die van toepassing waren op het tijdstip dat de goederen onder die regeling werden geplaatst van toepassing gedurende het verblijf onder die regeling, onder voorbehoud van de bepalingen van § 2.
§ 2. De goederen bedoeld in § 1 moeten uiterlijk op 31 december 1996 ten verbruik worden aangegeven.".
Art.22. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1996.
Art. 23. Onze Vice Eerste Minister, Minister van Financiën en Buiten- landse Handel is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 december 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister,
Minister van Financiën en Buitenlandse Handel,
Ph. MAYSTADT