7 APRIL 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 november 1993 op de instellingen voor belegging in schuldvorderingen.
Art. 1-23
Artikel 1. In artikel 2, § 1 en § 2, van het koninklijk besluit van 29 november 1993 op de instellingen voor belegging in schuldvorderingen (hierna het "koninklijk besluit" genoemd) wordt een 4° toegevoegd dat als volgt luidt :
"4° de keuze van de toezichtsvennootschap is aanvaard."
Art.2. In artikel 3, § 1 van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In artikel 3, § 1, 1°, worden de volgende woorden toegevoegd :
"of een instelling met rechtspersoonlijkheid naar buitenlands recht die voldoet aan de in deze paragraaf gestelde bijzondere vereisten";
2° Artikel 3, § 1, 3°, wordt vervangen door de volgende tekst :
"dat zij beschikt over een volgestort kapitaal van tenminste 5 miljoen BF en dat haar eigen vermogen volstaat om haar werkingskosten gedurende ten minste zes maanden te dekken; "
3° In artikel 3, § 1, 10°, worden de woorden "instellingen voor belegging in schuldvordering" vervangen door de woorden "beleggingsinstellingen zoals bedoeld in Boek III van de wet ;>>;
4° Artikel 3, § 1, 11°, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"dat zij, in naam en voor rekening van de instelling voor belegging in schuldvorderingen, een contract heeft afgesloten met een ratingagentschap en met een toezichtsvennootschap die elk over de nodige middelen beschikken in menselijk, technisch en financieel opzicht om hen toe te laten hun respectieve opdrachten goed te volbrengen; deze contracten moeten door de Commissie voor het Bank- en Financiewezen zijn aanvaard;
".
Art.3. In artikel 4, § 1, 11°, van het koninklijk besluit worden tussen de woorden "de bewaarder," en "het ratingagentschap", de woorden "de toezichtsvennootschap," ingevoegd.
Art.4. In artikel 5, § 1, lid 2 en § 2 van het koninklijk besluit worden de woorden "de hele levensduur van de instelling voor belegging in schuldvorderingen" vervangen door de woorden "de gehele duur van de effectiseringsverrichting".
Art.5. Artikel 10 van het koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"In het beheersreglement of in de statuten van de instelling voor belegging in schuldvorderingen wordt bepaald dat in geval de toezichtsvennootschap opmerkingen heeft over of voorbehoud maakt tegen wijzigingen in het aflossingsplan voor de schuldvorderingen, in de toegepaste rentevoeten en in de waarborgen verbonden aan de schuldvorderingen, de raad van bestuur of, in voorkomend geval, de zaakvoerders van de beheersvennootschap van het fonds voor belegging in schuldvorderingen of de raad van bestuur of, in voorkomend geval, de zaakvoerders van de V.B.S., voorafgaandelijk het akkoord van de deelnemers en de obligatiehouders met die wijzigingen moeten bekomen.".
Art.6. In artikel 12 van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In artikel 12, 1°, worden de woorden "van de deelnemers of obligatiehouders verplicht is:
" vervangen door de woorden "verplicht is of kan gebeuren:
";
2° In artikel 12, 5°, worden de woorden "die verplicht is gesteld in het beheersreglement of de statuten" vervangen door de woorden <<overeenkomstig het beheersreglement, de statuten of de emissievoorwaarden" en de woorden "de bewaarder" worden vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap".
Art.7. In artikel 16 van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In artikel 16, eerste lid, in fine worden de woorden "voor de bewaring van haar contanten, effecten en andere financiële instrumenten" toegevoegd ;
2° Artikel 16, tweede lid, wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Enkel de bemiddelaars als bedoeld in artikel 3, 1° en 20, van de wet en buitenlandse kredietinstellingen en beursinstellingen die een vergunning hebben verkregen van een daartoe bevoegde overheid van de Lid-Staat van de Europese Gemeenschap waar hun maatschappelijke zetel is gevestigd, mogen optreden als bewaarder voor een instelling voor belegging in schuldvorderingen.".
Art.8. In Titel I, Hoofdstuk I van het koninklijk besluit wordt na Afdeling 4 een Afdeling 5 toegevoegd die als volgt luidt :
"Afdeling 5 - Aanvaarding van de toezichtsvennootschap.
Artikel 19bis.
Elke instelling voor belegging in schuldvorderingen doet een beroep op een toezichtsvennootschap, die noch de cedent, noch een met de cedent verbonden onderneming is in de zin van het koninklijk besluit van 8 oktober 1976.
Artikel 19ter. § 1. De keuze van de toezichtsvennootschap wordt door de Commissie voor het Bank- en Financiewezen pas aanvaard wanneer is bewezen dat zij op grond van haar financiële en technische organisatie in staat is de werkzaamheden van toezichtsvennootschap uit te oefenen.
De Commissie voor het Bank- en Financiewezen kan haar aanvaarding herroepen; artikel 121 van de wet is van toepassing.
§ 2. Bij vervanging van de toezichtsvennootschap moet de Commissie voor het Bank- en Financiewezen vooraf op de hoogte worden gebracht. Zij geeft kennis van haar goedkeuring of weigering van vervanging;
artikel 121 van de wet is van toepassing.
Artikel 19quater. Buiten de in het contract met de instelling voor belegging in schuldvorderingen, uitdrukkelijk bepaalde vergoeding, mag de toezichtsvennootschap geen vergoedingen, schadeloosstelling, provisie of voordeel ontvangen voor de verrichtingen die zij uitvoert in het kader van haar opdracht.".
Art.9. In artikel 22 van het koninklijk besluit worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap".
Art.10. Artikel 25 van het koninklijk besluit wordt opgeheven.
Art.11. In Titel I, Hoofdstuk II, Onderafdeling 3 van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In de titel worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap";
2° Artikel 27 wordt vervangen door de volgende bepaling :
"De toezichtsvennootschap moet er zich van vergewissen dat de verkoop, de uitgifte, de inkoop en de terugbetaling van rechten van deelneming overeenkomstig de wet, de uitvoeringsbesluiten en het beheersreglement of de statuten geschieden";
3° Artikel 28 wordt opgeheven;. _
4° In artikel 29 worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap";
5° In artikel 30 worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap" en wordt het woord "hij" vervangen door het woord "zij";
6° In artikel 31 worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap" en het woord "zijn" vervangen door het woord "haar".
Art.12. Artikel 35 van het koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Artikel 35. § 1. Noch de beheersvennootschap noch de toezichtsvennootschap noch een onderneming verbonden met de beheersvennootschap of met de toezichtsvennootschap in de zin van het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 mogen als tegenpartij optreden voor verrichtingen van de instelling voor belegging in schuldvorderingen.
§ 2. Paragraaf 1 is niet van toepassing :
1° op verrichtingen die op een effectenbeurs of op een andere gereglementeerde markt worden verricht;
2° op de cedent in het geval dat de Commissie voor het Bank- en Financiewezen haar toestemming heeft verleend in overeenstemming met artikel 3, § 2, van dit besluit;
3° op de toezichtsvennootschap en de met de toezichtsvennootschap verbonden ondernemingen wat betreft de activiteiten die kaderen binnen een aanstelling als bewaarder in de zin van artikel 16 van dit besluit.".
Art.13. Artikel 37 van het koninklijk besluit wordt opgeheven.
Art.14. In artikel 39 van het koninklijk besluit wordt tussen de woorden "elke" en "uitgifte" en de woorden "elke" en "verhandeling", het woord "publieke" ingevoegd.
Art.15. Artikel 41 van het koninklijk besluit wordt opgeheven.
Art.16. In artikel 51, § 1, van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In artikel 51, § 1, tweede lid worden de woorden "en heeft het voorwerp uitgemaakt van een cessie op een bepaalde datum" geschrapt;
2° Artikel 51, § 1, derde lid wordt geschrapt.
Art.17. Aan artikel 52, § 1, van het koninklijk besluit wordt een tweede lid toegevoegd dat luidt :
"Mits toestemming van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen kan de instelling voor belegging in schuldvorderingen ook schuldvorderingen verwerven die niet aan de in het eerste lid gestelde voorwaarden voldoen als kan worden aangetoond dat de instelling voor belegging in schuldvorderingen terzake over afdoende contractuele waarborgen beschikt.".
Art.18. In artikel 53 van het koninklijk besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° Artikel 53, § 1, wordt vervangen door de volgende tekst :
"§ 1. De instelling voor belegging in schuldvorderingen kan slechts liquiditeiten aanhouden :
- die door de schuldvorderingsportefeuille zijn gerealiseerd;
- die niet door de schuldvorderingsportefeuille zijn gerealiseerd in de mate waarin deze liquiditeiten uitsluitend bestemd zijn om de werkingskosten/of risico's in de tekortkomingen van de betalingen te dekken.";
2° In artikel 53, § 2 worden na "137" de woorden "van de wet" toegevoegd.
Art.19. In artikel 54 van het koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In artikel 54, eerste lid worden vóór het woord " termijnovereenkomsten" de woorden "swaps of" toegevoegd;
2° In het voorlaatste streepje wordt het woord "steeds" vervangen door de woorden "blijkens haar financieel plan of haar financiële plannen bedoeld in artikel 5 van dit besluit,";
3° Het laatste streepje van artikel 54 wordt geschrapt.
Art.20. In artikel 55 van het koninklijk besluit worden de woorden "die verplicht is gesteld in het beheersreglement of de statuten" vervangen door "overeenkomstig het beheersreglement, de statuten of de emissievoorwaarden".
Art.21. In artikel 56 van het koninklijk besluit worden de woorden "de bewaarder" vervangen door de woorden "de toezichtsvennootschap".
Art.22. In de Bijlage bij het koninklijk besluit, Schema P, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° In 1.4. worden na de woorden "de bewaarder" de woorden ", de toezichtsvennootschap" toegevoegd;
2° In 1.17. worden na de woorden "de bewaarder" de woorden ", de toezichtsvennootschap" toegevoegd;
3° In 3.18. worden na de woorden "de bewaarder" de woorden ",de toezichtsvennootschap" toegevoegd;
4° Na 4. wordt een "4bis." toegevoegd dat als volgt luidt :
"4bis. Gegevens met betrekking tot de toezichtsvennootschap;
4bis. 1. Naam of firma, rechtsvorm, zetel van de vennootschap en hoofdkantoor, indien afwijkend van de zetel van de vennootschap;
4bis. 2. Voornaamste werkzaamheden";
5° In 6. wordt het woord "noteringsagentschap" vervangen door het woord "ratingagentschap".
Art. 23. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 7 april 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
Ph. MAYSTADT