Details





Titel:

17 OKTOBER 1994. - [Koninklijk besluit betreffende de omzetting van het moederschapsverlof bij overlijden of hospitalisatie van de moeder] <KB2022-10-07/11, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-07-2014 en tekstbijwerking tot 31-10-2022)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2022205858 



Artikels:

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder :
  - vader van het kind : de mannelijke werknemer die een afstammingsband ten overstaan van het kind aantoont en die een overeenkomst heeft welke onder het toepassingsgebied valt van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten [2 ...]2;
  [2 - meemoeder van het kind: de vrouwelijke werknemer, andere dan de moeder, die een afstammingsband ten overstaan van het kind aantoont en die een overeenkomst heeft welke onder het toepassingsgebied valt van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten;]2
  - hospitalisatie : het verblijf in een ziekenhuis in de zin van de wet op de ziekenhuizen van 23 december 1963, gecoördineerd door het koninklijk besluit van 7 augustus 1987;
  - wet : de arbeidswet van 16 maart 1971.
  [1 Voor de toepassing van dit besluit wordt de werknemer die voldoet aan de voorwaarden bepaald door en krachtens artikel 30, § 2, [2 derde tot zevende lid]2, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gelijkgesteld met de vader [2 of de meemoeder]2 van het kind.]1
  ----------
  (1)<KB 2014-07-08/01, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 28-07-2014>
  (2)<KB 2022-10-07/11, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>

Art.2.Bij het overlijden of de hospitalisatie van de moeder gedurende de periodes van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, bedoeld in artikel 39 van de wet, kan [1 de vader of de meemoeder op zijn of haar verzoek, omgezet moederschapsverlof nemen om de opvang van het kind te verzekeren, op voorwaarde dat hij of zij]1 de hoedanigheid van gerechtigde heeft in de zin van artikel 86, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994.
  ----------
  (1)<KB 2022-10-07/11, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>

Art.3.§ 1. Bij het overlijden van de moeder, is de duur van het [1 omgezet moederschapsverlof]1 ten hoogste het resterende deel van het moederschapsverlof, bedoeld in artikel 39 van de wet, dat de moeder nog niet heeft opgenomen.
  § 2. De werknemer die dit verlof wenst te nemen, brengt er zijn werkgever schriftelijk van op de hoogte binnen zeven dagen te rekenen vanaf het overlijden van de moeder.
  Dit geschrift vermeldt de aanvangsdatum van het [1 omgezet moederschapsverlof]1 en de vermoedelijke duur van de afwezigheid.
  ----------
  (1)<KB 2022-10-07/11, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>

Art.4.§ 1. Bij hospitalisatie van de moeder, zal de vader [2 of de meemoeder]2 het [1 omgezet moederschapsverlof]1 kunnen nemen voor zover volgende voorwaarden vervuld zijn :
  - het [1 omgezet moederschapsverlof]1 kan geen aanvang nemen vóór de zevende dag na de geboorte van het kind;
  - de pasgeborene moet het ziekenhuis verlaten hebben;
  - de hospitalisatie moet langer duren dan zeven dagen.
  § 2. Dit [1 omgezet moederschapsverlof]1 neemt een einde op het ogenblik dat de ziekenhuisopname van de moeder wordt beëindigd en uiterlijk bij het verstrijken van het deel van het moederschapsverlof, bedoeld in artikel 39 van de wet, dat nog niet door de moeder is opgenomen.
  § 3. De werknemer die dit verlof wenst op te nemen, brengt er zijn werkgever schriftelijk van op de hoogte vóór de aanvang van het [1 omgezet moederschapsverlof]1. Dit geschrift vermeldt de aanvangsdatum van het verlof en de vermoedelijke duur van de afwezigheid. Een medisch getuigschrift dat een hospitalisatie van meer dan zeven dagen van de moeder bevestigt, moet eveneens zo vlug mogelijk aan de werkgever worden medegedeeld.
  ----------
  (1)<KB 2022-10-07/11, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>
  (2)<KB 2022-10-07/11, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>

Art.5.[1 De vergoeding bedoeld in artikel 39, tiende lid, van de Arbeidswet van 16 maart 1971, mag niet worden samen genoten met andere vergoedingen die zijn bepaald in het kader van een bijzondere beschermingsprocedure tegen ontslag.]1
  ----------
  (1)<KB 2014-07-08/01, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 28-07-2014>

Art.6.Gedurende het [1 omgezet moederschapsverlof]1, bedoeld in artikel 4, blijft de werkneemster genieten van de bescherming tegen ontslag voorzien in artikel 40 van de wet, onder dezelfde modaliteiten en voorwaarden inzake termijn.
  ----------
  (1)<KB 2022-10-07/11, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 10-11-2022>

Art.7. dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 8. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.