20 JULI 1994. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 februari 1981 tot regeling, voor het Vlaams Gewest, van de erkenning en de subsidiëring van natuurreservaten.
Art. 1-3
Artikel 1. § 1. Artikel 11, § 1, van het koninklijk besluit van 3 februari 1981 tot regeling, voor het Vlaams Gewest, van de erkenning en de subsidiëring van natuurreservaten wordt vervangen door de volgende bepalingen :
" § 1. Elk erkend natuurreservaat kan een jaarlijkse subsidie krijgen die wordt berekend op grond van :
- het eventuele huurgeld;
- de uitgaven van elke aard met betrekking tot het beheer, het toezicht en de uitrusting van het natuurreservaat;
- de kostprijs voor uitzonderlijke beheersmaatregelen bedoeld in artikel 15 van dit besluit. "
§ 2. Artikel 12 van hetzelfde koninklijk besluit wordt opgeheven.
§ 3. Artikel 14 van hetzelfde koninklijk besluit wordt door de volgende bepalingen vervangen :
" Voor de reële uitgaven met betrekking tot de in een erkend natuurreservaat uitgevoerde werkzaamheden en de reële uitgaven van elke aard in verband met het toezicht, het beheer en de educatieve uitbouw van het natuurreservaat, krijgt de (bezetter) een vaste subsidie van zesduizend frank per hectare en per jaar. (Erratum, B.St. 05-01-1995, p. 102) "
§ 4. Artikel 15 van hetzelfde koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepalingen :
" Op gemotiveerd verzoek van de (bezetter) en met akkoord van de eigenaar, na gunstig advies van de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud, kan de minister voor een erkend reservaat een eenmalige subsidie toekennen voor door hem aanvaarde uitzonderlijke beheersmaatregelen in dit reservaat. (Erratum, B.St. 05-01-1995, p. 102)
Binnen de perken van de begroting mag deze subsidie niet meer bedragen dan 50 % van de uitgaven die de minister voor die maatregel aanvaard heeft, met een maximum van tienduizend frank per hectare. "
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994.
Art. 3. De Vlaamse minister bevoegd voor het natuurbehoud en de landinrichting is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 juli 1994.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Huisvesting,
N. DE BATSELIER