Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

15 DECEMBER 1993. - Besluit van de Vlaamse Executieve tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Executieve van 4 november 1992 tot bepaling van de samenstelling en de werking van de kabinetten van de Vlaamse ministers.



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1993036344 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Executieve van 4 november 1992 tot bepaling van de samenstelling end e werking van de kabinetten van de Vlaamse ministers wordt vervangen door de volgende bepalingen:
  "Artikel 3. § 1. De leden van de Vlaamse regering kunnen voor het vervullen van specifieke opdrachten waarvoor een bijzondere deskundigheid vereist is beroep doen op experten die worden gedetacheerd vanuit een openbare dienst, vanuit een gesubsidieerde onderwijsinstelling, vanuit een private onderneming of die worden aangesteld.
  § 2. Per kabinet wordt binnen de grenzen van de ingeschreven personeelskredieten een maximum van 24 manmaanden per jaar toegekend, te verdelen over één of meerdere experten, al dan niet met een voltijdse opdracht belast. Artikel 2, § 4, is toepasselijk op de experten."

Art.2. In artikel 6, § 1, 1°, worden na de woorden "de bezoldiging van het personeelslid" de woorden "berekend volgens de bepalingen die in de instelling van herkomst op hem van toepassing zijn, met inbegrip van het vakantiegeld en de eindejaarstoelage" toegevoegd.
  Artikel 6, § 2, 1°, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling:
  "1° Indien de werkgever ermee instemt de betaling van de wedde voort te zette, verkrijgt de belanghebbende de kabinetstoelage bedoeld in artikel 7.
  Het bedrag dat aan de werkgever moet worden terugbetaald, wordt geplafonneerd tot het bedrag van de als wedde geldende kabinetstoelage bedoeld in artikel 8, waarop het personeelslid recht zou hebben. De bevoegde Vlaamse minister stort de bezoldiging van het personeelslid, eventueel verhoogd met de werkgeversbijdragen, aan de instelling van oorspring terug, in voorkomend geval beperkt tot het voornoemd bedrag waarop het personeelslid recht heeft".

Art.3. In artikel 7, eerste lid van hetzelfde besluit worden na de woorden "artikel 6, § 1, 1°" de woorden "en artikel 6, § 2,1°" toegevoegd.
  Aan artikel 7 van hetzelfde besluit wordt een lid toegevoegd dat luidt als volgt:
  "Met uitzondering van het bedrag voorzien voor de kabinetschef, kiest de Vlaamse minister onder de in het eerste lid vermelde bedragen vrij het bedrag van de kabinetstoelage voor de in artikel 3 bedoelde experten".

Art.4. Aan artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de volgende bepaling toegevoegd: "expert: schalen van niveau 1 of niveau 2+".

Art. 5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1994, met uitzondering van artikel 2, eerste lid, dat uitwerking heeft met ingang van 22 januari 1992.
  Brussel, 15 december 1993.
  De minister-president van de Vlaamse regering en de Vlaamse minister van Economie, KMO, Wetenschapsbeleid, Energie en Externe Betrekkingen,
  L. VAN DEN BRANDE
  De minister vice-president van de Vlaamse regering en Vlaamse minister van Leefmilieu en Huisvesting,
  N. DE BATSELIER
  De Vlaamse minister van Openbare Werken, Ruimtelijke Ordening en Binnenlandse Aangelegenheden,
  Th. KELCHTERMANS
  De Vlaamse minister van Cultuur en Brusselse Aangelegenheden,
  H. WECKX
  De Vlaamse minister Van Onderwijs en Ambtenarenzaken,
  L. VAN DEN BOSSCHE
  De Vlaamse minister van Verkeer, Buitenlandse Handel en Staatshervorming,
  J. SAUWENS
  De Vlaamse minister van Tewerkstelling en Sociale Aangelegenheden,
  Mevr. L. DETIEGE
  De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Gezondheidsinstellingen, Welzijn en Gezin,
  Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER