Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

8 DECEMBER 1993. - Besluit van de Regering houdende vastlegging van overgangsbepalingen voor het decreet van 23 maart 1992 houdende toekenning van toelagen voor de personeelskosten van de erkende [...] creatieve ateliers [...]. <DDG2011-12-06/02, art. 70, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2012> (Vertaling). (NOTA : Opgeheven bij BDG2008-12-23/42, art. 11, 3°; ED 01-01-2009 , maar werd ongedaan gemaakt bij BDG2009-03-12/55, art. 4) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 03-10-1996 en tekstbijwerking tot 13-01-2012)



Inhoudstafel:


Art. 1-6
BIJLAGE.
Art. N1-N2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1996033106  2009201886 



Artikels:

Artikel 1.Bij ontstentenis van een collectieve overeenkomst van het bevoegd paritair comité gelden de referentiewedden voor de jaren 1992 en 1993, opgenomen in artikel 2 van het decreet van 23 maart 1992 houdende toekenning van toelagen voor de personeelskosten van de erkende [1 ...]1 creatieve ateliers [1 ...]1 slechts als basis voor de berekening van het subsidieerbaar gedeelte van de personeelskosten.
  ----------
  (1)<DDG 2011-12-06/02, art. 70, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2012>

Art.2.[1 Voor de berekening van de subsidies geldt de daadwerkelijk uitbetaalde eindejaarsgratificatie tot een door de bevoegde minister vastgelegd maximaal bedrag en :
   1. vanaf 1 januari 2008 de loontabel die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd en
   2. vanaf 1 januari 2009 de loontabel die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd.]1
  ----------
  (1)<BDG 2009-03-12/55, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 02-10-2009>

Art.3. Het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap zendt jaarlijks aan de betrokken organisaties de aan het indexcijfer aangepaste weddenschaal.

Art.4. Dit besluit is van toepassing tot de totstandkoming van een collectieve overeenkomst in het kader van het paritair comité voor de socio-culturele sector, dat nog op te richten is.

Art.5. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1992.

Art.6. De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur, Jeugd en Wetenschappelijk Onderzoek en de Minister van Media, Volwassenenvorming, Gehandicaptenbeleid, Sociale Hulp en Beroepsomscholing zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
  Eupen, 8 december 1993.
  Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
  De Minister-voorzitter, Minister van Financiën, Gezondheid en Gezin, Sport en Toerisme,
  J. MARAITE
  De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur, Jeugd en Wetenschappelijk Onderzoek,
  B. GENTGES
  De Minister van Media, Volwassenenvorming, Gehandicaptenbeleid, Sociale Hulp en Beroepsomscholing,
  K.-H. LAMBERTZ

BIJLAGE.
Art. N1.[1 Bijlage 1 - Loontabel volgens artikel 2, nr. 1


AnciënniteitBasisloon bruto Animator D.G.
  
015.626,72
  
116.123,03
  
216.744,54
  
317.366,03
  
417.987,53
  
518.879,47
  
618.879,47
  
719.782,88
  
819.782,88
  
920.686,29
  
1020.686,29
  
1121.589,72
  
1221.589,72
  
1322.493,13
  
1422.493,13
  
1523.396,56
  
1623.396,56
  
1724.299,97
  
1824.299,97
  
1925.203,39
  
2025.203,39
  
2126.106,81
  
2226.106,81
  
2327.010,23
  
2427.010,23
  
2527.913,65
  
2627.913,65
  
2727.913,65
  
2827.913,65
  
2927.913,65
  
3027.913,65
  
3127.913,65
]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BDG 2009-03-12/55, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 02-10-2009>


Art. N2.[1 Bijlage 2 - Loontabel volgens artikel 2, nr. 2


AnciënniteitBasisloon bruto Animator D.G.
  
015.868,22
  
116.536,85
  
217.008,36
  
317.609,67
  
418.081,18
  
518.887,65
  
618.887,65
  
720.210,44
  
820.210,44
  
921.028,20
  
1021.116,43
  
1121.934,20
  
1221.934,20
  
1322.751,95
  
1422.751,95
  
1523.569,71
  
1624.025,66
  
1724.843,41
  
1824.843,41
  
1925.661,17
  
2025.661,17
  
2126.478,94
  
2226.478,94
  
2327.296,69
  
2427.296,69
  
2528.114,45
  
2628.114,45
  
2728.246,82
  
2828.246,82
  
2928.246,82
  
3028.246,82
  
3128.246,82
]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BDG 2009-03-12/55, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 02-10-2009>