18 JULI 1994. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 9 februari 1987, genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit nr 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten.
Art. 1-11
Bijlage.
Art. N1
Artikel 1. De bedragen vastgesteld bij besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 9 februari 1987, genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit nr 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten, gewijzigd bij de besluiten van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 16 november 1987, 24 februari 1989, 25 februari 1989, 13 november 1989, 12 juni 1990, 26 juni 1990, 14 januari 1991, 11 juni 1991, 4 september 1991, 16 november 1992, en bij besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 10 november 1993 en vermeld in haar bepalend gedeelte, worden aangepast als volgt :
1° Subsidiebedragen bedoeld in artikel 36, § 2, vierde lid :
- 62 962 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor internaten en tehuizen voor volwassenen waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage wordt toegekend, lager dan of gelijk is aan 60;
- 53 721 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor internaten en tehuizen voor volwassenen waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage wordt toegekend, lager dan of gelijk is aan 60;
- 42 359 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor semi-internaten en dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage wordt toegekend, lager dan of gelijk is aan 60;
- 35 012 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor semi-internaten en dagcentra waarvan het aantal ten laste genomen personen voor wie een toelage wordt toegekend, lager dan of gelijk is aan 60.
2° Bezoldigingsbedragen bedoeld in artikel 36, § 3, en artikel 43bis :
- 12 028 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor psychologen, paramedisch en bijzonder personeel;
- 11 831 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor opvoeders klassen I en II A en hoofdopvoeders;
- 13 000 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor opvoeders klassen II B en III, kinderverzorgsters en ermee gelijkgesteld personeel;
- 11 982 F toevoegen aan het bedrag bestemd voor groepschefs;
- 18 240 F toevoegen aan het in artikel 43bis bedoelde bedrag.
Deze bedragen moeten worden vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 129,3678 en de noemer 100 is.
3° Bedragen van de werkingssubsidie en de bijdrage bedoeld in bijlage VIII; deze bedragen moeten worden vermenigvuldigd :
a) wat de werkingssubsidie betreft :
- met een breuk waarvan de teller 117,18 en de noemer 100 is;
b) wat de bijdrage betreft :
- met een breuk waarvan de teller 117,17 en de noemer 100 is.
4° Bedragen van de werkingssubsidie bestemd voor andere kosten dan de personeelskosten bedoeld in artikel 36, § 2, tweede lid :
- deze bedragen moeten worden vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 119,5198 en de noemer 100 is.
5° Andere subsidiebedragen (artikel 37, § 1, artikel 38, § 1 tot § 3, artikel 43, artikel 45) :
- deze bedragen moeten worden vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 119,51 en de noemer 100 is.
Art.2. In artikel 50bis van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door de volgende bepaling :
" Voor 1994 zijn de toekenningscoëfficiënten van de subsidie voor kosten van opvoedend personeel degenen die zijn vastgesteld voor 1993.
In afwijking van het vorige lid wordt de coëfficiënt op 82 % gebracht voor tehuizen voor niet-werkende volwassenen die zich ertoe verbinden in 1994 een percentage opvoedend personeel tewerk te stellen dat gelijk is aan minstens 5 % van het op 31 december 1993 tewerkgestelde personeelsbestand. "
Art.3. Artikel 54, § 1, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Artikel 54. § 1. De in 1994 toegekende enveloppe wordt vastgesteld op 102,41 % van de in 1993 toegekende enveloppe.
Maar :
1° de enveloppe van de instellingen die voor 1994 aanspraak maken op een enveloppe die theoretisch hoger is dan die van 1993 en vermeerderd is in de mate bedoeld in het eerste lid, wordt vastgesteld op het bedrag waarop ze voor 1994 aanspraak kunnen maken.
In afwijking van het vorige lid wordt de enveloppe voor semi-internaten voor schoolgaande jongeren en semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren beperkt tot het bedrag van de in 1993 toegekende subsidie die in voornoemde verhouding wordt vermeerderd. De enveloppe voor semi-internaten voor schoolgaande en niet-schoolgaande jongeren wordt echter beperkt tot het bedrag waarop ze voor 1994 in evenredigheid met de gemiddelde bezetting van niet-schoolgaande jongeren aanspraak kunnen maken;
2° de enveloppe van de instellingen die voor 1994 slechts aanspraak kunnen maken op een enveloppe die kleiner dan of gelijk is aan die toegekend in 1993 en in de bovenvermelde verhouding wordt vermeerderd, wordt vastgesteld op het bedrag van de subsidie toegekend in 1993 en in die verhouding vermeerderd, op voorwaarde dat de in artikel 35 van dit besluit bedoelde gemiddelde bezetting niet kleiner is dan 90 % van de in 1993 gesubsidieerde capaciteit;
3° de enveloppe van de instellingen waarvan de in artikel 35 van dit besluit bedoelde gemiddelde bezetting kleiner is dan 90 % van de in 1993 gesubsidieerde capaciteit wordt vastgesteld op minstens 90 % van de in 1993 toegekende enveloppe.
Het deel van de toegekende enveloppe dat bestemd is om de kosten van het opvoedend personeel te dekken, mag in geen geval groter zijn dan het deel dat zou resulteren uit de berekening gemaakt zonder toepassing van de coëfficiënten waarvan sprake in artikel 50bis. "
Art.4. Artikel 54, § 2, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Artikel 54. § 2. Het aantal 60 vanaf hetwelke het bedrag van de werkingssubsidie verschilt, wordt voor 1994 in verhouding tot de gemiddelde bezetting vastgelegd, zoals bepaald in artikel 35 van dit besluit. "
Art.5. Artikel 55, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Artikel 55. § 3. De werkelijke verstrekkingen van de geneesheren worden voor 1994 in aanmerking genomen binnen de perken van de subsidies die hen in 1986 werden toegekend. "
Art.6. Artikel 55bis wordt aangevuld met de volgende bepaling :
" Artikel 55bis. e) voor het jaar 1994. De voorwaarden zijn dezelfde als die van 1993. "
Art.7. Artikel 56 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Artikel 56. Zolang de beschikkingen voor de vastlegging van de in 1995 toe te passen enveloppe niet bepaald zijn, zullen de krachtens artikel 36, § 4, te verlenen maandelijkse voorschotten vanaf 1 januari 1995 worden uitbetaald op basis van de in 1994 toegekende enveloppe. "
Art.8. De bedragen vermeld in hoofdstuk I, § 2, punt 1, van bijlage I bij hetzelfde besluit worden vervangen als volgt :
- het bedrag 20 200 wordt vervangen door het bedrag 22 524;
- het bedrag 1 684 wordt vervangen door het bedrag 1 877.
Art.9. De in bijlage V bij hetzelfde besluit vermelde weddeschalen worden vanaf 1 november 1993 door de in bijlage bij dit besluit vermelde weddeschalen vervangen.
Art.10. Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet, overeenkomstig artikel 138 ervan.
Art.11. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1994, met uitzondering van artikel 9 dat op 1 november 1993 van kracht wordt.
Namen, 18 juli 1994.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, K.M.O.'s, Externe Betrekkingen en Toerisme,
R. COLLIGNON
De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
W. TAMINIAUX
Bijlage.
Art. N1. Bijlage 1. WEDDESCHALEN FONDS 81 - NOVEMBER 1993. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30/09/1994, p. 24726 tot 24728>