28 APRIL 1994. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 16 september 1991 betreffende de erkenning en de subsidiëring van " entreprises d'apprentissage professionnel " (EAP) (ondernemingen voor het aanleren van een beroep). <Vertaling>
Art. 1-5
Artikel 1. Artikel 3 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 16 september 1991 betreffende de erkenning en de subsidiëring van " entreprises d'apprentissage professionnel " wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Art. 3.
In afwijking van artikel 2, 1°, van dit besluit kan de EAP volgende personen aanvaarden :
1° jongeren die geen 18 jaar zijn en ingeschreven zijn bij een centrum voor alternerend onderwijs en vorming, mits het sluiten van een overeenkomst tussen de EAP en het centrum en het inwinnen van het advies van de arrondissementsraad voor jeugdzorg;
2° jongeren die voldoen aan de vereisten om in aanmerking te komen voor de wachttoelage;
3° jongeren die als gehandicapten uitkeringen genieten en ingeschreven zijn bij het " Fonds communautaire pour l'intégration sociale et professionnelle des handicapés " (Fonds van de Franse Gemeenschap voor de sociale integratie van de gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces);
4° personen ouder dan 25 jaar die aan de in artikel 2, 1°, bedoelde voorwaarden voldoen.
Het geheel van de in dit artikel bedoelde uitzonderingen mag niet meer dan 25 % betreffen van het aantal stagiairs die een opleiding volgen binnen een " EAP ". "
Art.2. In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt het woord " vergoeding " vervangen door het woord " bezoldiging ".
Art.3. Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Art. 8.
Zonder afbreuk te doen aan de sociale uitkeringen die de stagiairs genieten, moet de " EAP " hun tijdens de opleiding een minimale vergoeding van F 40 per opleidingsuur betalen. Die vergoeding is gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (basis : 1988). Bovendien moet de " EAP " hun tijdens de in artikel 2, 2°, bedoelde produktiefase van werkelijke arbeidsproeftijd een geleidelijk oplopende bezoldiging toekennen. "
Art.4. De Minister tot wiens bevoegdheden Beroepsopleiding behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994.
Namen, 28 april 1994.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, KMO's, Externe Betrekkingen en Toerisme,
R. COLLIGNON
De Minister van Technologische Ontwikkeling, Wetenschappelijk Onderzoek, Tewerkstelling en Beroepsopleiding,
A. LIENARD