12 AUGUSTUS 1994. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 december 1987 tot uitvoering van de artikelen 42, tweede lid, 45 en 45bis van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971.
Art. 1-6
Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 24 december 1987 tot uitvoering van de artikelen 42, tweede lid, 45 en 45bis van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 wordt vervangen door het volgende opschrift :
" Koninklijk besluit van 24 december 1987 tot uitvoering van artikel 42, tweede lid, van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, betreffende de uitbetaling van de jaarlijkse vergoedingen, van de renten en van de bijslagen. "
Art.2. Artikel 1, 3°, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" 3° het Fonds : de instelling bedoeld in artikel 57 van de wet, wanneer zij optreedt in het kader van de artikelen 58, § 1, 17°, of 58bis, § 1, 2° of 4°, van de wet. "
Art.3. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" De vervallen jaarlijkse vergoedingen, de vervallen renten alsmede bijslagen bedoeld in artikel 27bis van de wet worden per maand en per twaalfde door de verzekeraar uitbetaald. De vervallen jaarlijkse vergoedingen, desgevallend verminderd overeenkomstig artikel 24, derde lid, van de wet en berekend op een graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 pct., worden met uitzondering van de jaarlijkse vergoedingen zoals bedoeld in artikel 45quater van de wet, per kwartaal en per vierde door de verzekeraar uitbetaald.
Voor de ongevallen bedoeld bij artikel 45quater van de wet worden de jaarlijkse vergoedingen, verminderd overeenkomstig artikel 24, derde lid, van de wet, door de verzekeraar vóór de definitieve regeling en door het Fonds na de definitieve regeling van het ongeval, één keer per jaar, in de loop van het vierde kwartaal uitbetaald.
Onder definitieve regeling van het ongeval wordt verstaan hetzij de bekrachtiging van de overeenkomst door het Fonds voor arbeidsongevallen hetzij het in kracht van gewijsde treden van de gerechtelijke beslissing die de jaarlijkse vergoedingen vaststelt. "
Art.4. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : " De bedragen, verschuldigd aan de getroffenen wier rente berekend wordt op een graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 pct. worden als volgt uitbetaald :
a) voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988, keert het Fonds één keer per jaar, in de loop van het vierde kwartaal, de vervallen en eventueel overeenkomstig artikel 24, derde lid, van de wet, verminderde renten uit, alsmede de bijslagen toegekend op grond van artikel 27ter van de wet;
b) voor de ongevallen overkomen vanaf 1 januari 1988 met uitzondering van de ongevallen bedoeld in artikel 45quater van de wet, wordt de waarde van de lijfrente, verminderd overeenkomstig artikel 24, derde lid, van de wet, door de verzekeraar in kapitaal aan de getroffene uitgekeerd binnen de maand na het verstrijken van de herzieningstermijn;
c) voor de ongevallen overkomen vanaf 1 januari 1988 en waarvoor de vaststelling van de blijvende arbeidsongeschiktheidsgraad van minder dan 10 pct. gebeurt bij hetzij een bekrachtiging van de overeenkomst met datum van 1 januari 1994, hetzij bij een gerechtelijke beslissing die op datum vanaf 1 januari 1994 in kracht van gewijsde treedt, wordt de waarde van de rente, verminderd overeenkomstig artikel 24, derde lid, van de wet, door het Fonds één keer per jaar, in de loop van het vierde kwartaal uitgekeerd. "
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1994, met uitzondering van artikel 1 dat in werking treedt op 1 januari 1994.
Art. 6. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 12 augustus 1994.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken,
Mevr. M. DE GALAN