30 DECEMBER 1993. - Koninklijk besluit waarbij een halfjaarlijkse statistiek van de kredietovereenkomsten bedoeld door de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet wordt voorgeschreven. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-01-1994 en tekstbijwerking tot 29-10-1999)
Art. 1-12
Bijlagen.
Art. N1, N2, N3, N4
Artikel 1. Het Nationaal Instituut voor de Statistiek maakt een halfjaarlijkse statistiek op, afgesloten op 30 juni en 31 december, van de kredietovereenkomsten bedoeld door de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet.
Art.2. De statistiek wordt opgemaakt op grond van de inlichtingen verstrekt met behulp van de vragenlijsten I, II, III en IV die met de bij dit besluit gevoegde modellen overeenkomen.
Art.3. De vragenlijsten dienen te worden ingevuld door iedere kredietgever die de erkenning draagt van de Minister van Economische Zaken tot het sluiten van de kredietovereenkomsten die het voorwerp uitmaken van de betreffende vragenlijst.
Art.4. De vragenlijst 1 moet worden ingevuld door diegenen bepaald in artikel 3 die leningen op afbetaling afsluiten. De lening op afbetaling is elke kredietovereenkomst, ongeacht de benaming of de vorm, waarbij geld of een ander betaalmiddel ter beschikking wordt gesteld van de consument, die zich ertoe verbindt de lening terug te betalen door periodieke stortingen.
De vragenlijst II moet worden ingevuld door diegenen bepaald in artikel 3 en die verkopen op afbetaling afsluiten. De verkoop op afbetaling is elke kredietovereenkomst, ongeacht de benaming of de vorm, welke normaal leidt tot de verkrijging van lichamelijke roerende goederen of levering van diensten en waarvan de prijs betaald wordt in ten minste drie betalingen, door middel van periodieke stortingen waaronder het voorschot niet is begrepen.
De vragenlijst III moet worden ingevuld door diegenen bepaald in artikel 3 en die financieringshuren afsluiten. De financieringshuur is elke kredietovereenkomst, ongeacht de benaming of de vorm, waarbij de ene partij zich ertoe verbindt de andere het genot van een lichamelijk roerend goed te verschaffen tegen een bepaalde prijs, waarbij de laatstgenoemde zich verbindt periodiek te betalen en waarin, eveneens expliciet of stilzwijgend, een koopaanbod is vervat. De verhuurder wordt beschouwd als kredietgever.
De vragenlijst IV moet worden ingevuld door diegenen bepaald in artikel 3 en die kredietopeningen afsluiten. De kredietopening is elke kredietovereenkomst waarbij koopkracht, geld of gelijk welk ander betaalmiddel ter beschikking wordt gesteld van de consument die ervan gebruik kan maken door middel van geldopname - door gebruik van een betaal- of legitimatiekaart of op een andere wijze - en tot terugbetaling gehouden is op de datum van zijn keuze.
Art.5. De kredietgevers bedoeld in artikel 3 zijn ertoe gehouden semestrieel de hun gevraagde inlichtingen te verstrekken op de vragenformulieren die hun kosteloos geleverd worden. Zij kunnen hun statistische aangifte doen op een elektronische informatiedrager of onder andere vorm op voorwaarde hierop al de gegevens in dezelfde vorm van de vragenlijst weer te geven. Al de technische specificaties van de informatiedrager moeten vooraf met het Nationaal Instituut voor de Statistiek overeengekomen worden.
De behoorlijk ingevulde vragenlijsten moeten voor de 25ste van de maand volgend op het semester waarop de inlichtingen betrekking hebben, worden toegezonden aan het Nationaal Instituut voor de Statistiek.
Art.6. Met toepassing van de artikelen 5 en 6 van de wet van 4 juli 1962, kunnen de bekomen individuele inlichtingen door het Nationaal Instituut voor de Statistiek ter beschikking van de Administratie van de Handel van het Ministerie van Economische Zaken en van de Economische Algemene Inspectie worden gesteld.
Art.7. Overtreding van de bepalingen van dit besluit wordt opgespoord, vastgesteld, vervolgd en gestraft, overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 19 tot 23 van de wet van 4 juli 1962.
Art.8. De bijlagen bij dit besluit kunnen worden gewijzigd door de Minister die de Statistiek in zijn bevoegdheid heeft.
Art.9. De informatie die krachtens dit besluit wordt verzameld, mag voor andere vormen van statistische verwerking worden verbruikt.
Art.10. Het koninklijk besluit van 8 februari 1964 waarbij een halfjaarlijkse statistiek van de verkopen en leningen op afbetaling van en van de hiermede gelijkgestelde verrichtingen wordt voorgeschreven gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 april 1972, het koninklijk besluit van 17 april 1962 waarbij een halfjaarlijkse statistiek van de persoonlijke leningen of leningen onder handtekening wordt voorgeschreven gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 april 1972 en het koninklijk besluit van 26 januari 1976, en het koninklijk besluit van 3 mei 1972 waarbij een halfjaarlijkse statistiek van de kredieten onder waarborg van de bank- en kredietkaarten wordt voorgeschreven, worden opgeheven.
Art.11. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994.
Art.12. Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Bijlagen.
Art. N1. Bijlage 1. I. STATISTIEK VAN DE LENINGEN OP AFBETALING. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20/01/1994, p. 1143 tot 1144>
Gewijzigd bij :
<MB 1999-09-30/36, art. 2; Inwerkingtreding : 01-01-1999, p. 40819-40820 en 40845-40846>
Art. N2. Bijlage 2. II. STATISTIEK VAN DE VERKOPEN OP AFBETALING. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20/01/1994, p. 1148 tot 1150> Gewijzigd bij :
<MB 1999-09-30/36, art. 2; Inwerkingtreding : 01-01-1999, p. 40825-40827 en 40851-40853>
Art. N3. Bijlage 3. III. STATISTIEK VAN DE FINANCIERINGSHUUR. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20/01/1994, p. 1154 tot 1156>
Gewijzigd bij :
<MB 1999-09-30/36, art. 2; Inwerkingtreding : 01-01-1999, p. 40832-40834 en 40858-40861>
Art. N4. Bijlage 4. IV. STATISTIEK VAN DE KREDIETOPENING. <Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20/01/1994, p. 1161 tot 1164>
Gewijzigd bij :
<MB 1999-09-30/36, art. 2; Inwerkingtreding : 01-01-1999, p. 40839-40841 en 40865-40867>