30 DECEMBER 1993. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 juli 1967 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor vervoer door middel van leidingen van vloeibare koolwaterstoffen en/of vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen, andere dan deze beoogd door artikel 1, littera a), van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen.
Art. 1-19
Artikel 1. <wijzigingsbepaling van het artikel 1 van het koninklijk besluit van 25 juli 1967 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van vloeibare koolwaterstoffen en/of vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen, andere dan deze beoogd door artikel 1, littera a), van de wet van 12 april 1965, betreffende het vervoer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen, cn: 1967-07-25/30>
Art.2. <wijzigingsbepaling van het artikel 4 van KB 1967-07-25/30>
Art.3. <wijzigingsbepaling van het artikel 5 van KB 1967-07-25/30>
Art.4. <wijzigingsbepaling van het artikel 9 van KB 1967-07-25/30>
Art.5. <wijzigingsbepaling van het artikel 12 van KB 1967-07-25/30>
Art.6. <invoeging van een hoofdstuk IVbis met artikel 14bis in KB 1967-07-25/30>
Art.7. <wijzigingsbepaling van de artikelen 15 tot 18 van KB 1967-07-25/30>
Art.8. <wijzigingsbepaling van het artikel 28 van KB 1967-07-25/30>
Art.9. <wijzigingsbepaling van het artikel 30 van KB 1967-07-25/30>
Art.10. <wijzigingsbepaling van het artikel 31 van KB 1967-07-25/30>
Art.11. <wijzigingsbepaling van het artikel 37 van KB 1967-07-25/30>
Art.12. <wijzigingsbepaling van het artikel 46 van KB 1967-07-25/30>
Art.13. <wijzigingsbepaling van het artikel 50 van KB 1967-07-25/30>
Art.14. <wijzigingsbepaling van het artikel 54 van KB 1967-07-25/30>
Art.15. <wijzigingsbepaling van het artikel 56 van KB 1967-07-25/30>
Art.16. <wijzigingsbepaling van het artikel 60 van KB 1967-07-25/30>
Art.17. <opheffingsbepaling van het artikel 63 van KB 1967-07-25/30>
Art.18. Overgangsbepaling. De installaties voor vervoer van vloeibare koolwaterstoffen en/of hun derivaten, aangelegd in uitvoering van toelatingen voor vervoer van vloeibare koolwaterstoffen en/of hun derivaten door middel van leidingen, ongeacht of hun duur al dan niet reeds verlengd werd, die voor de eerste maal verleend werden vóór d inwerkingtreding van dit koninklijk besluit, alsook de installaties waarvoor de toelating aangevraagd werd vóór de inwerkingtreding van dit koninklijk besluit, blijven onderworpen aan de bepalingen van de wet van 12 april 1965 en zijn uitvoeringsbesluiten zoals zij van kracht en toepasselijk waren bij de voornoemde toekenning van de betreffende vervoertoelating of bij de datum vn indiening van de aanvraag, tenzij wat het artikels 14bis en de artikels 46, 50, 54, 56, 60 en 63 zoals respectievelijk ingevoegd en gewijzigd door dit koninklijk besluit betreft, die vanaf de inwerkingtreding van dit koninklijk besluit op de voormelde vervoerinstallaties toepasselijk zijn.
Indien echter de wanddikte van de betreffende vervoerleiding kleiner is dan deze bepaald in artikel 17 zoals gewijzigd door dit koninklijk besluit, dient de houder van de vervoertoelating een versterkt toezicht uit te oefenen, overeenkomstig artikel 46, derde lid, van het koninklijk besluit van 25 juli 1967 voornoemd, zoals gewijzigd door dit koninklijk besluit.
Art. 19. Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven, Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en van Economische Zaken zijn belast, ieder wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.