14 MEI 1993. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst voor de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen in de streek van Kortrijk ressorteren.
Art. 1-7
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen in de streek van Kortrijk ressorteren.
Art.2. Bij gebrek aan werk wegens economische redenen mag de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden volledig geschorst worden, op voorwaarde dat de schorsing door aanplakking op een goed zichtbare plaats in de lokalen van de onderneming wordt bekendgemaakt ten minste zeven dagen vooraf, de dag van de aanplakking niet inbegrepen.
Wanneer de werknemer de dag van de aanplakking afwezig is, wordt hem de mededeling dezelfde dag bij aangetekende brief gezonden.
Art.3. De duur van de volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst mag zes maanden niet overschrijden.
Art.4. Mededeling van de bij artikel 2 bedoelde aanplakking of individuele kennisgeving moet door de werkgever, onder een bij de post aangetekende omslag, de dag zelf van de aanplakking of van de individuele kennisgeving worden gezonden aan het gewestelijk bureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van de plaats waar de onderneming is gevestigd.
Art.5. De bij artikel 2 bedoelde kennisgeving aan de werklieden en de bij artikel 4 bedoelde mededeling aan het gewestelijk bureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening moeten de datum vermelden waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst zal ingaan en de datum waarop die schorsing een einde zal nemen en de data waarop de werklieden werkloos zullen gesteld worden.
De bij artikel 4 bedoelde mededeling moet daarenboven vermelden :
1° de economische redenen die de volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigen;
2° hetzij de naam, de voornamen en het adres van de werkloos gestelde werklieden, hetzij de afdeling(en) van de onderneming waar de arbeid wordt geschorst.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1993 en houdt op van kracht te zijn op 1 juli 1993.
Art. 7. Onze Minister van Tewerkstelling e Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.