Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

7 OKTOBER 1993. - Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 11 van het koninklijk besluit van 18 september 1992 betreffende de benamingen en de eigenschappen van vaste minerale brandstoffen en de levering voor huisbrand.



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder :
  1° comité : het raadgevend comité bedoeld bij artikel 11 van het koninklijk besluit van 18 september 1992 betreffende de benamingen en de eigenschappen van vaste minerale brandstoffen en de levering voor huisbrand;
  2° vulbedrijf : het vulbedrijf voor vaste minerale brandstoffen voor huisbrand;
  3° Minister : de Minister van Economische Zaken.

Art.2. Het comité is samengesteld uit tien leden :
  - twee leden die zijn afgevaardigd door de Administratie voor Energie van het Ministerie van Economische Zaken;
  - twee leden die zijn afgevaardigd door de Administratie van de Handel van het Ministerie van Economische Zaken;
  - twee leden die zijn afgevaardigd op voorstel van de meest representatieve organisaties van kleinhandelaars in vaste minerale brandstoffen;
  - twee leden die zijn afgevaardigd op voorstel van de meeste representatieve organisaties van groothandelaars in vaste minerale brandstoffen;
  - twee leden die zijn afgevaardigd op voorstel van de meest representatieve organisaties van invoerders van vaste minerale brandstoffen.
  Er worden evenveel plaatsvervangende leden als effectieve leden benoemd.

Art.3. Het voorzitterschap wordt waargenomen door een afgevaardigde van de Administratie voor Energie van het Ministerie van Economische Zaken.
  De voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar. Zij blijven hun mandaat uitoefenen tot hun opvolgers zijn aangewezen.
  De mandaten van de voorzitter en de leden verstrijken echter bij overlijden, ontslag of burgerlijke onbekwaamheid. Het lid dat de hoedanigheid verliest op grond waarvan het is benoemd, wordt als ontslagnemend beschouwd. Het lid dat in de plaats komt van het ontslagnemend lid voltooid het mandaat van deze laatste.

Art.4. § 1. Het comité stelt zijn reglement van orde vast en legt het ter goedkeuring voor aan de Minister.
  De voorzitter stelt de datum, het uur en de plaats van de vergaderingen vast.
  De leden van het comité kunnen de voorzitter voorstellen het vulbedrijf dat de afwijking aanvraagt uit te nodigen mondeling of schriftelijk inlichtingen te verstrekken.
  De adviezen worden uitgebracht bij meerderheid van stemmen; in geval van staking van stemmen, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
  Alleen de effectieve leden en hun plaatsvervangers hebben een beraadslagende stem.
  § 2. Het secretariaat van het comité wordt waargenomen door ambtenaren van de Administratie voor Energie van het Ministerie van Economische Zaken.

Art.5. § 1. De vraag tot afwijking wordt samen met de documenten tot staving bij een ter post aangetekende brief toegestuurd aan de Minister.
  § 2. De vraag tot afwijking wordt aan het comité voor advies voorgelegd.
  § 3. Wanneer het comité gunstig heeft geadviseerd over de vraag tot afwijking, wordt dat advies meegedeeld aan de Minister die vervolgens een beslissing neemt.
  Wanneer het comité ongunstig heeft geadviseerd over de vraag tot afwijking, wordt het advies van het comité samen met de redenen waarop het steunt, aan het betrokken vulbedrijf meegedeeld bij een ter post aangetekende brief. Het vulbedrijf beschikt over een termijn van vijftien dagen om het comité zijn opmerkingen te laten geworden. Na het verstrijken van die termijn worden het advies van het comité, de eraan ten grondslag liggende redenen, alsmede de eventuele opmerkingen van het vulbedrijf, meegedeeld aan de Minister die vervolgens over de vraag tot afwijking beslist. De beslissing is met redenen omkleed en wordt bij een ter post aangetekende brief aan het betrokken vulbedrijf medegedeeld.

Art.6. De afwijking wordt toegestaan voor een periode van drie jaar. De aanvraag tot vernieuwing van de afwijking wordt ingediend ten laatste drie maanden vóór het verstrijken van de afwijkingstermijn, overeenkomstig de bepalingen van artikel 5 van dit besluit.

Art. 7. Wanneer de Minister voornemens is een toegestane afwijking te herroepen, geeft hij daarvan bij een ter post aangetekende brief kennis aan het vulbedrijf. Het vulbedrijf beschikt over een termijn van vijftien dagen om de Minister zijn opmerkingen te laten geworden.
  De beslissing houdende herroeping van de afwijking wordt genomen nadat de Minister het advies van het comité heeft ingewonnen en moet met redenen zijn omkleed. Zij wordt bij een ter post aangetekende brief aan het vulbedrijf betekend.