14 NOVEMBER 1991. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot vaststelling van de toelagen die voor het jaar 1990 moeten worden toegekend aan de door het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten erkende instellingen van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 1-7
Artikel 1. De totale toegelaten lasten voor het jaar 1990 zijn gelijk aan de aanvaarde lasten voor het jaar 1989 zoals voorzien in het besluit van het Verenigd College van 17 juli 1991 tot vaststelling van de toelagen die voor het jaar 1989 moeten worden toegekend aan de door het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten erkende instellingen van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Deze aanvaarde lasten worden verhoogd met een coëfficiënt van 1,055.
Art.2. De aldus bekomen bedragen worden aangepast door een aanwezigheidsdagencoëfficiënt.
Deze aanwezigheidsdagencoëfficiënt wordt bekomen door de volgende formule toe te passen :
(a + b)/2b
a = aanwezigheidsdagen 1990;
b = aanwezigheidsdagen 1989.
De aanwezigheidsdagencoëfficiënt zoals gedefinieerd in de voorgaande alinea wordt niet toegepast bij de instellingen waarvoor deze coëfficiënt gelijk is aan of hoger dan 1.
Art.3. De aan de instellingen toegekende toelage voor 1990 omvat de bedragen vastgesteld door artikel 2 na aftrekking van :
1° de financiële tegemoetkoming van de gehandicapten volgens de onkostenstaten van het jaar 1990 door de betrokken instellingen ingediend bij de administratie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, vóór 31 oktober 1991;
2° het bedrag van de uitgaven betreffende de personen waarvan de tenlasteneming niet voortvloeit uit de toepassing van het koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967 tot instelling van een Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten.
Art.4. Wanneer een instelling een persoon opneemt waarvan de tenlasteneming niet voortvloeit uit de toepassing van voornoemd koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967, wordt een verblijfkost per dag vastgesteld; dit bedrag is gelijk aan de verhouding tussen de totale toegelaten lasten voor het jaar 1990 en het aantal dagen effectieve aanwezigheid in 1990.
Onder dagen effectieve aanwezigheid worden verstaan de dagen effectieve aanwezigheid van de gehandicapte personen waarvan de tenlasteneming al dan niet voortvloeit uit de toepassing van het hierboven vermelde koninklijk besluit nr. 81 van 10 november 1967.
Art.5. Zonder afbreuk te doen aan de artikelen 2 en 3 kunnen de Ministers, Leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijnszorg, afwijken van de bepalingen van artikel 1 in volgende gevallen :
1. wanneer zich een wijziging in de erkenning van de instelling voordeed tijdens 1989 of 1990;
2° wanneer de instelling in 1989 of 1990 voor het eerst erkend werd;
3° wanneer bouw- of verbouwingswerken uitgevoerd werden gedurende 1989 of 1990.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1991.
Art. 7. De Ministers van Welzijnszorg zijn belast met de uitvoering van dit besluit.