28 DECEMBER 1992. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de grondslag voor de berekening van de verzekeringstegemoetkoming voor sommige geneeskundige verstrekkingen van de geneesheren.
Art. 1-5
Artikel 1. Als grondslag voor de berekening van de verzekeringstegemoetkomingen die krachtens artikel 25 van de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering zijn verschuldigd voor de verstrekkingen van de geneesheren, met uitzondering van de in de artikelen 2 en 3 bedoelde verstrekkingen, worden de honorariumtarieven in aanmerking genomen die op 31 december 1992 van toepassing zijn, ter uitvoering van het nationaal akkoord geneesheren-ziekenfondsen van 18 december 1990.
Art.2. In afwijking van artikel 1 worden als grondslag voor de berekening van de verzekeringstegemoetkomingen de honorariumtarieven in aanmerking genomen die op 31 december 1992 van toepassing zijn, ter uitvoering van het in artikel 1 bedoelde akkoord, verhoogd met 6 % voor :- de raadplegingen, (codenummers 101010 tot 102152), en adviezen (codenummer 109012) van algemeen geneeskundigen en van geneesherenspecialisten, alsmede voor de psychotherapeutische behandelingen, bedoeld in artikel 2 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering;- de verstrekkingen inzake toezicht op de in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, bedoeld in artikel 25 van de bijlage bij bovengenoemd koninklijk besluit.
Art.3. In afwijking van artikel 1 worden als grondslag voor de berekening van de verzekeringstegemoetkomingen in aanmerking genomen, mits een verhoging van 5 % wordt toegepast :- de honorariumtarieven die op 31 december 1992 van toepassing zijn ter uitvoering van het in artikel 1 bedoelde akkoord voor :1. het bezoek bij de zieke thuis door de algemeen geneeskundige, dat in artikel 2 van de bijlage bij bovengenoemd koninklijk besluit is vermeld onder het codenummer 103110,2. het bezoek bij de zieke thuis, door de geneesheer, houder van een getuigschrift van aanvullende opleiding, dat in artikel 2 van de bijlage bij bovengenoemd koninklijk besluit is vermeld onder het codenummer 103132,3. de verstrekkingen die onder punt II.B. van artikel 2 van de bijlage bij bovengenoemd koninklijk besluit zijn vermeld onder de codenummers 109723 en 109734,- de bijkomende reisvergoeding in de plattelandsstreken, bedoeld onder punt A.II. van het nationaal akkoord geneesherenziekenfondsen van 20 juni 1988, waarin is voorzien voor de algemeen geneeskundige en de geneesheer, houder van een getuigschrift van aanvullende opleiding, die op 31 december 1992 van toepassing is, ter uitvoering van het in artikel 1 bedoelde akkoord.
Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1993.
Art. 5. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.