Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

11 DECEMBER 1992. - Koninklijk besluit betreffende de handel in verse groenten en fruit.



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1988016076 



Uitvoeringsbesluit(en):

1996016030 



Artikels:

Artikel 1. Onverminderd de toepassing van de reglementering van de Europese Economische Gemeenschap, hierna E.E.G. genoemd, betreffende de handel in groenten en fruit, thans bepaald in verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad, is dit besluit van toepassing op het verhandelen van verse groenten en fruit.

Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1. Verhandelen : het in de handel brengen, verwerven, ten verkoop aanbieden of ten toon stellen, in bezit houden, bereiden, conditioneren, vervoeren, verkopen, leveren, onder kosteloze of bezwarende titel afstaan, invoeren uit en uitvoeren naar derde landen.
  2. Gemeenschappelijke kwaliteitsnorm : kwaliteitsnormen door de E.E.G. vastgesteld op basis van de verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad;
  3. De Dienst : de Nationale Dienst voor de Afzet van Land- en Tuinbouwprodukten;
  4. Veiling : een " telersvereniging " die voldoet aan de bepalingen vermeld in artikel 13 van de verordening nr. 1035/72 van de Raad.

Art.3. § 1. Groenten en fruit, bestemd om aan de verbruiker te worden geleverd en waarvoor geen gemeenschappelijke kwaliteitsnormen zijn vastgesteld mogen slechts worden verhandeld indien ze voldoen aan de hierna vermelde minimumeisen :
  - vers van uiterlijk;
  - intact;
  - gezond, er mogen geen produkten voorkomen die zijn aangetast door rot of die zodanige afwijkingen vertonen dat zij daardoor niet meer geschikt zijn voor consumptie;
  - zuiver, praktisch vrij van zichtbare vreemde substanties;
  -vrij van abnormale uitwendige vochtigheid;
  - vrij van vreemde geur en/of smaak.
  § 2. Groenten en fruit bestemd voor verwerking mogen slechts verhandeld worden :
  - indien ze vergezeld zijn van een " certificaat van industriële bestemming " afgegeven door de Dienst of door de controledienst van een andere Lid-Staat;
  - indien ze zich in zulkdanige staat bevinden dat zij ter bestemming kunnen dienen voor de doeleinden waarvoor zij normaal bestemd zijn.
  § 3. Druiven die niet voor verwerking bestemd zijn, mogen enkel verhandeld worden wanneer bij onderzoek van het sap met een refractometer, zij een suikergehalte hebben van ten minste :
  - 15° voor het ras Leopold III;
  - 16° voor het ras Muscat;
  - 13° voor alle andere rassen.

Art.4. § 1. Eenieder, die groenten en fruit, waarvoor gemeenschappelijke kwaliteitsnormen van toepassing zijn, teelt voor de verkoop of verhandelt moet voorafgaandelijk een verzoek tot registratie richten tot de Dienst. De aanvrager wordt in een register ingeschreven en ontvangt een registratienummer. Dit nummer kan dienen als identificatiecode zoals voorzien bij de gemeenschappelijke kwaliteitsnormen.
  § 2. Een veiling kan op haar verzoek, een registratienummer bekomen. In dit geval wordt het aan de veiling door de Dienst toegekende registratienummer, samen met een door de veiling aan haar leden toegekend telersnummer, beschouwd als het registratienummer van de teler.

Art.5. De Minister van Landbouw, of de door hem daartoe gemachtigde ambtenaar, kan geheel of gedeeltelijk afwijking verlenen op de bepalingen voorzien in de artikelen 3 tot 4.

Art.6. De Dienst is inzonderheid belast met :
  - de in de artikelen 8, 9, 11 en 12 van verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad bedoelde normcontrole overeenkomstig het bepaalde in de verordening (EEG) nr. 2251/92 van de Commissie;
  - de controle op de uitvoering van de bepalingen van dit besluit.

Art.7. Overtreding van dit besluit wordt opgespoord, bekeurd en gestraft overeenkomstig de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten.

Art.8. Het koninklijk besluit van 25 april 1988 betreffende de handel in groenten en fruit, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 12 maart 1991 wordt opgeheven.

Art.9. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1993.

Art. 10. Onze Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.