Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

15 OKTOBER 1991. - Koninklijk besluit tot afschaffing van het Voorschottenfonds voor schadeloosstelling voor schade veroorzaakt door het winnen en pompen van grondwater en tot regeling van de wijze van zijn ontbinding.



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 2, § 1, van de wet betreffende de afschaffing of herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991, treedt in werking voor het Voorschottenfonds voor schadeloosstelling voor schade veroorzaakt door het winnen en pompen van grondwater, hierna " het Fonds " genoemd.

Art.2. De opdrachten van het Fonds worden overgedragen naar het Vlaamse Gewest en naar het Waalse Gewest, ieder wat hem betreft.

Art.3. Het vermogen van het Fonds, evenals de eraan verbonden rechten en plichten worden overgedragen naar het Vlaamse Gewest en naar het Waalse Gewest, ieder wat hem betreft.

Art.4. Het in artikel 3 bedoelde vermogen wordt verdeeld tussen het Waalse Gewest en het Vlaamse Gewest in verhouding tot het totaal van de bijdragen tot stijving van het Fonds die gebeuren in uitvoering van de wet van 10 januari 1977 houdende regeling van de schadeloosstelling voor schade veroorzaakt door het winnen en het pompen van grondwater, voor het winnen en het pompen van grondwater op het grondgebied van het ene of het andere Gewest.

Art.5. De dossiers betreffende aanvragen tot voorschotten die in het bezit van het Fonds zijn, worden naar het betrokken Gewest overgedragen in de staat waarin ze zijn. Elk Gewest treedt in de rechten van het Fonds voor de verleende voorschotten waarvan de dossiers naar dat Gewest overgedragen zijn.

Art.6. De wettelijke hypotheken die ten voordele van het Fonds toegekend werden op de onroerende goederen waarvoor het Fonds voorschotten gestort heeft, worden overgedragen naar het Gewest op wiens grondgebied de onroerende goederen gelegen zijn.

Art.7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend is, met uitzondering van artikel 1, dat in werking treedt op de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 8. Onze Eerste Minister, Onze Minister van Economische Zaken en Onze Staatssecretaris voor Energie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.