Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

31 JULI 1991. - Besluit van de Vlaamse Executieve tot vaststelling van het statuut van de opdrachthouders bij het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1.
  § 1. In het Departement Coördinatie, staf coördinatie, worden zes opdrachthouders, hierna coördinatoren genoemd, aangewezen.
  In het Departement Algemene Zaken en Financiën, administratie vorming, personeels- en organisatieontwikkeling, bestuur vorming en bestuur human, resources management en organisatie worden telkens vier opdrachthouders aangewezen.
  De voormelde coördinatoren en opdrachthouders worden aangewezen onder de ambtenaren van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.
  § 2. In het Departement Algemene Zaken en Financiën, het Departement Onderwijs, het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, het Departement Economie, Werkgelegenheid en Binnenlandse Aangelegenheden en het Departement Leefmilieu en Infrastructuur worden in elke staf beleid vijf opdrachthouders aangewezen onder de ambtenaren van het betrokken departement.

Art.2. De coördinatoren en opdrachthouders bedoeld in artikel 1 worden aangewezen door de secretaris-generaal van het betrokken departement. De beslissing tot aanwijzing omvat de omschrijving en de duur van de opdracht en de motivering van de aanwijzing. De aanwijzingen worden bekrachtigd door de Vlaamse Executieve op de voordracht van de Voorzitter van de Vlaamse Executieve en de Gemeenschapsminister bevoegd voor het Openbaar Ambt.

Art.3.
  § 1. Enkel de ambtenaren titularis van een graad ingedeeld in rang 10, 11 of 12 met ten minste drie jaar niveauanciënniteit, kunnen tot coördinator of opdrachthouder aangewezen worden.
  § 2. In uitzonderlijke gevallen kan een ambtenaar titularis van een graad ingedeeld in rang 13 eveneens tot coördinator of opdrachthouder aangewezen worden na uitdrukkelijk gemotiveerd advies van de secretaris-generaal waaronder hij ressorteert.
  § 3. De opdrachthouders bedoeld in artikel 1, § 1, die aangewezen worden voor het bestuur vorming, evenals de opdrachthouder bedoeld in artikel 1, § 2, die in de staf beleid belast wordt met vormingstaken, dienen houder te zijn van het geschiktheidsbrevet van vormingsdirecteur zoals voorzien in het statuut dat van toepassing is op het personeel van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.

Art.4.
  § 1. De coördinatoren en opdrachthouders in de staf coördinatie en de staf beleid worden aangewezen op basis van de duur van de opdracht en maximaal voor twee jaar. Deze termijn kan evenwel driemaal verlengd worden met één jaar.
  § 2. De opdrachthouders in het bestuur vorming en het bestuur human resources management en organisatie worden voor een termijn van drie jaar aangewezen. Deze termijn kan eenmaal verlengd worden met één jaar.

Art.5.
  § 1. De aanwijzing tot coördinator of opdrachthouder vervalt van rechtswege door het verstrijken van de duur van het mandaat, of op de dag van de benoeming van de mandaathouder in een graad van rang 13 of hoger of na een ononderbroken afwezigheid van drie maand.
  § 2. De aanwijzing tot coördinator of opdrachthouder kan, mits motivering, voortijdig beëindigd worden hetzij door de secretaris-generaal hetzij op verzoek van de opdrachthouder zelf.

Art.6.
  § 1. Voor de duur van de opdracht wordt de coördinator of opdrachthouder bezoldigd in de weddeschaal 13/2 of 13/4 naargelang de bevorderingsgraad in rang 13 van zijn graad.
  § 2. De Coördinator of opdrachthouder behoudt tijdens de duur van de opdracht het recht op weddeverhoging, op bevordering tot een hogere graad of verandering van graad waarop hij aanspraak zou kunnen maken indien hij niet met een opdracht was belast; hij behoudt eveneens zijn dienstaanwijzing zoals van kracht voor zijn opdracht. De standplaats van betrokkene wordt voor de duur van de opdracht vastgesteld te Brussel.

Art.7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 8. De Voorzitter van de Vlaamse Executieve en de Gemeenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden en Openbaar Ambt zijn, elk wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.