18 FEBRUARI 1991. - Koninklijk besluit betreffende de farmaceutische inspectie bij de Krijgsmacht. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-03-2016 en tekstbijwerking tot 01-03-2016)
Art. 1-2
Artikel 1.(Een hoofdofficier-apotheker, die een staffunctie uitoefent in de schoot van een algemene directie of een stafdepartement, wordt aangewezen door de Minister van [1 Defensie]1 om de functie van farmaceutisch inspecteur bij de Krijgsmacht uit te oefenen.) <KB 2006-01-08/38, art. 1, 1°, Inwerkingtreding : 20-02-2006>
In die hoedanigheid is hij belast met het toezicht op de toepassing van de wets- en verordeningsbepalingen betreffende het beroep van apotheker en de bereiding, de bewaring en de verstrekking van geneesmiddelen. Hij ziet er ook op toe dat de deontologische voorschriften worden nageleefd.
(In steun aan de Algemene Directie Human Resources, heeft hij tot opdracht deel te nemen aan de beoordeling van de officierenapothekers, met betrekking tot hun technische en professionele vaardigheden.) <KB 2006-01-08/38, art. 1, 2°, Inwerkingtreding : 20-02-2006>
----------
(1)<KB 2016-01-29/11, art. 36, 002; Inwerkingtreding : 11-03-2016>
Art. 2.Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.