Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

14 JANUARI 1991. - Koninklijk besluit betreffende de afwezigheden om gezondheidsredenen van de dienstplichtigen.



Inhoudstafel:


Art. 1-15



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het artikel 21, § 1 en § 3, van de wet van 22 december 1989 betreffende het statuut van de dienstplichtigen wordt in werking gesteld.

Art.2. § 1. Dit besluit vindt toepassing op de dienstplichtigen vanaf het ogenblik dat zij effectief aan de militaire overheid overgegeven werden totdat zij met onbepaald verlof worden gezonden.
  § 2. Voor de toepassing van dit besluit dient verstaan te worden onder :
  1° vrijstelling om gezondheidsredenen : de volledige vrijstelling van dienst om gezondheidsredenen voor een bepaalde duur met uitsluiting van de bijzondere vrijstelling die betrekking heeft op specifieke prestaties;
  2° binnen het kwartier : in de eenheid of in een gespecialiseerde militaire medische inrichting.

Art.3. § 1. De dienstplichtige die geschikt voor de dienst bevonden werd en geen gevolg kan geven aan zijn oproeping onder de wapens wegens gezondheidsredenen moet zich melden bij de plaatscommandant of, bij ontstentenis daarvan, bij de commandant van de dichtstbijgelegen rijkswachtbrigade.
  Indien hij zich niet kan verplaatsen moet hij deze autoriteit waarschuwen. Deze overheid gelast een onderzoek door een militair of aangenomen geneesheer.
  De eenheid van betrokkene wordt in elk geval op de hoogte gebracht van de ongeschiktheid.
  De dienstplichtige die in het buitenland verblijft en wegens gezondheidsredenen niet in staat is zijn werkelijke diensttermijn aan te vangen dient een medisch attest te bezorgen aan de burgemeester van zijn militiewoonplaats, samen met zijn oproepingsorder.
  Indien de ongeschiktheid niet meer dan tien dagen bedraagt vervoegt de dienstplichtige zich na deze periode bij zijn eenheid. In het tegengesteld geval ontvangt de dienstplichtige een nieuw oproepingsorder.
  § 2. Indien een langdurige ziekenhuisopneming of een definitieve ongeschiktheid waarschijnlijk lijkt wordt onverwijld een medisch onderzoek verricht door een militair geneesheer van het aktief kader, die tenminste bekleed is met de graad van geneesheer-kapitein.
  De dienstplichtige wordt in alle geval vooraleer een jaar verstrijkt sedert zijn oorspronkelijke oproeping, opgeroepen om zich in een daartoe aangewezen gespecialiseerde militaire medische inrichting te melden of in voorkomend geval aan een medisch onderzoek onderworpen te worden, verricht door een militair geneesheer van het aktief kader die tenminste bekleed is met de graad van geneesheer-kapitein.

Art.4. § 1. Afwezig om gezondheidsredenen worden geacht te zijn :
  1° de dienstplichtingen die vrijgesteld van dienst zijn om gezondheidsredenen door een daartoe bevoegd geneesheer aangewezen door de chef van de medische dienst en vermeld in het reglement bedoeld in artikel 14;
  2° de dienstplichtigen die hetzij in een gespecialiseerde militaire medische inrichting zijn opgenomen hetzij in een burgerlijk ziekenhuis in de gevallen vermeld in het reglement bedoeld in artikel 14;
  3° de dienstplichtigen met herstelverlof, toegekend door een daartoe bevoegd geneesheer aangewezen door de chef van de medische dienst en vermeld in het reglement bedoeld in artikel 14;
  4° de dienstplichtigen die in hun haardstede werden teruggezonden in afwachting van de beslissing van een militaire commissie voor geschiktheid en reform;
  5° de dienstplichtigen die bij gerechtelijke of administratieve maatregel geïnterneerd zijn met toepassing van de bepalingen van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers.
  § 2. Behalve in geval van opname in een gespecialiseerde medische inrichting, hetzij van militaire hetzij van burgerlijke aard, worden de verloven en de toegestane afwezigheden niet onderbroken om gezondheidsredenen.
  Alleen de vrijstellingen verleend door een bevoegd geneesheer kunnen een afwezigheid wettigen.

Art.5. § 1. Een vrijstelling om gezondheidsredenen kan niet meer dan vierentwintig uur in de tijd terugwerken.
  § 2. Een vrijstelling om gezondheidsredenen mag binnen het kwartier niet voor meer dan zeven dagen tegelijk worden verleend.
  § 3. Een vrijstelling om gezondheidsredenen kan buiten het kwartier niet verleend worden aan de dienstplichtige die in staat is zich naar zijn eenheid te begeven om verzorgd te worden.
  Een vrijstelling om gezondheidsredenen mag buiten het kwartier niet voor meer dan twee dagen tegelijk worden verleend.
  Gedurende deze periode kan de dienstplichtige geen verlof of vergunning bekomen en mag hij zijn verblijfplaats niet verlaten, tenzij in welbepaalde omstandigheden die bepaald worden in het reglement bedoeld in artikel 14.
  Indien de duur van de ziekte thuis meer dan zes dagen bereikt of zal bereiken, moet de dienstplichtige onmiddellijk opgenomen worden in een gespecialiseerde militaire medische inrichting.
  Voor de toepassing van het vierde lid worden de periodes van automatische gewone vergunning die ingesloten worden door ziekteperiodes meegeteld als ziekteperiode.
  De duur van het verblijf in deze inrichting wordt door de duur van de behandeling bepaald.
  § 4. De uitvoering van een tuchtrechtelijke straf wordt opgeschort door de verlening van een vrijstelling om gezondheidsredenen.

Art.6. Herstelverlof kan worden verleend aan de dienstplichtige wiens gezondheidstoestand de verlenging van zijn verblijf in een gespecialiseerde militaire medische inrichting niet meer vereist, maar het nog niet mogelijk maakt de dienst te hervatten.

Art.7. De dienstplichtige kan, voor zover zijn gezondheidstoestand geen medische verzorging meer behoeft, in afwachting van de beslissing van een militaire commissie voor geschiktheid en reform naar zijn haardstede of naar een gespecialiseerde militaire medische inrichting gezonden worden.

Art.8. De geïnterneerde dienstplichtige wordt aan de beslissing van een militaire commissie voor geschiktheid en reform onderworpen.

Art.9. De dienstplichtige die afwezig is om gezondheidsredenen moet zich houden aan de administratieve voorschriften vervat in het reglement bedoeld in artikel 14.

Art.10. De duur van de afwezigheid om gezondheidsredenen mag het einde van de werkelijke diensttermijn niet overschrijden.
  Onder voorbehoud van de artikelen 23 en 25 van de wet van 22 december 1989 betreffende het statuut van de dienstplichtigen wordt de dienstplichtige vervolgens met onbepaald verlof gezonden.

Art.11. De korpscommandant of de eenheidsgeneesheer kunnen te allen tijde en volgens de nadere regels bepaald door de chef van de generale staf een onderzoek door een militair geneesheer aanvragen met het oog op de verschijning van de dienstplichtige voor een militaire commissie voor geschiktheid en reform.

Art.12. Acht de geneesheer, die ambtshalve of op aanvraag van de korpscommandant met het onderzoek is belast, de dienstplichtige voor de dienst definitief ongeschikt, dan legt de korpscommandant het geval voor aan de militaire commissie voor geschiktheid en reform.

Art.13. De geneesheer waarvan sprake in artikel 12 moet tot de actieve kaders behoren en minstens de graad van geneesheer-kapitein bezitten.

Art.14. De praktische regels en de andere voorschriften met betrekking tot de afwezigheid om gezondheidsredenen van dienstplichtigen worden door de chef van de generale staf nader omschreven in een reglement.

Art. 15. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.