Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

11 JUNI 1990. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van een toelage voor onregelmatige prestaties en een toelage voor nachtprestaties aan de personeelsleden van [Proximus]. <Opschrift gewijzigd door W2015-08-10/26, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 22-06-2015> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-03-1991 en tekstbijwerking tot 01-09-2015)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2001003553 



Artikels:

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit moeten de hierna volgende termen aldus worden verstaan :
  1° (...), [1 Proximus]1; <W 1991-03-21/30, art. 55, 002; Inwerkingtreding : 04-09-1992>
  2° onregelmatige prestaties, de vacaties die op zaterdag of zondag worden verricht, de vacaties die na 18 uur eindigen en de vacaties die ten laatste om 7 uur beginnen, met uitzondering van die waarvan het aanvangsuur is vervroegd tot 7 uur ingevolge tijdelijke maatregelen tot humanisering van de arbeidsvoorwaarden, genomen in uitvoering van de bepalingen vervat in titel II, hoofdstuk III, afdeling II, van het algemeen reglement op de arbeidsbescherming;
  3° nachtprestaties, de prestaties die worden verricht tussen 22 uur en 6 uur;
  4° niet doorlopend ploegenstelsel, de vacatieregeling waarbij gewerkt wordt in wisselende dagploegen zodat de dienst verzekerd is tussen 7 uur en 21 uur;
  5° doorlopend ploegenstelsel, de vacatieregeling waarbij gewerkt wordt in wisselende dag- en nachtploegen zodat de dienst permanent verzekerd is en waarbij minimum 50 % van de vacaties buiten het tijdsbestek 8 uur en 17 uur vallen;
  6° volledig verrichte vacatie, elke vacatie waarvan er meer dan 4 uren prestaties werkelijk zijn verricht.
  ----------
  (1)<W 2015-08-10/26, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 22-06-2015 (zie KB 2015-09-11/02, art. 1) >

Art.2.De toelage voor onregelmatige prestaties wordt toegekend aan de personeelsleden van [1 Proximus]1 :
  1° voor elke werkelijk verrichte onregelmatige prestatie;
  2° bij uitsluiting van 1°, voor elke werkelijk verrichte vacatie in een doorlopend of niet-doorlopend ploegenstelsel op voorwaarde dat de betrokken personeelsleden constant en volledig in het ploegenstelsel ingeschakeld zijn.
  Voor de toepassing van dit punt worden de vrouwelijke personeelsleden en de werknemers jonger dan 18 jaar, die constant in een doorlopend ploegenstelsel zijn ingeschakeld, geacht volledig in dat stelsel ingeschakeld te zijn indien zij behalve voor de nachtprestaties mee instaan voor de uitvoering van alle andere vacaties, met uitzondering van die waarvan zij zijn uitgesloten op grond van de bepalingen vervat in hoofdstuk III, afdeling III en afdeling IV van de arbeidswet van 16 maart 1971.
  ----------
  (1)<W 2015-08-10/26, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 22-06-2015 (zie KB 2015-09-11/02, art. 1) >

Art.3.De toelage voor nachtprestaties wordt aan de personeelsleden van [1 Proximus]1 toegekend voor elke werkelijk verrichte nachtprestatie.
  De toelage voor nachtprestaties mag worden gecumuleerd met de toelage voor onregelmatige prestaties.
  ----------
  (1)<W 2015-08-10/26, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 22-06-2015 (zie KB 2015-09-11/02, art. 1) >

Art.4. De toelage voor onregelmatige prestaties wordt vastgesteld op (4,96 EUR) voor elke volledig verrichte vacatie. Voor een onvolledig verrichte vacatie wordt dit bedrag tot de helft herleid. <KB 2001-12-04/40, art. 11, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  De toelage voor nachtprestaties wordt vastgesteld op (1,00 EUR) voor elke begonnen schijf van 1 uur werkelijk verrichte nachtprestatie. <KB 2001-12-04/40, art. 11, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2002>

Art.5. De toelage voor onregelmatige prestaties en de toelage voor nachtprestatie worden maandelijks uitbetaald.

Art.6.Het koninklijk besluit van 24 juli 1978 betreffende de toekenning van een toelage voor nachtprestaties, vroege of late prestaties aan de personeelsleden van [1 Proximus]1 wordt opgeheven.
  ----------
  (1)<W 2015-08-10/26, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 22-06-2015 (zie KB 2015-09-11/02, art. 1) >

Art.7. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1989.

Art. 8. Onze Minister van Posterijen, Telegrafie en Telefonie is belast met de uitvoering van dit besluit.