Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

25 APRIL 1990. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van toelagen en vergoedingen aan de leden van de Studiecommissie voor de immigratie en aan de door haar aangestelde deskundigen. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 26-06-1990 en tekstbijwerking tot 11-08-2001.)



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2001003352 



Artikels:

Artikel 1. De voorzitter en de leden van de Studiecommissie voor de immigratie, alsmede de door haar aangestelde deskundigen, ontvangen, voor zover zij geen lid zijn van het personeel van een overheidsbestuur of een openbare dienst van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies of de gemeenten, per zittingsdag presentiegeld ten bedrage van :
  - (12,50 EUR) voor de voorzitter, <KB 2001-07-13/56, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  - (10,00 EUR) voor de leden en de deskundigen. <KB 2001-07-13/56, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  Het presentiegeld dekt de werkzaamheden die bij de vergaderingen horen.
  Het is pas verschuldigd wanneer de zitting ten minste twee uur duurt.

Art.2. De voorzitter en de leden van de Studiecommissie voor de immigratie, alsmede de door haar aangestelde deskundigen, hebben recht op de terugbetaling van hun reis- en verblijfkosten onder de voorwaarden die respectievelijk vastgesteld zijn bij het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten en het koninklijk besluit van 24 december 1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens verblijfskosten toegekend aan de leden van het personeel der ministeries.
  Voor de toepassing van deze reglementeringen worden zij die geen deel uitmaken van het personeel van een overheidsbestuur of een openbare dienst van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies of de gemeenten, gelijkgesteld met ambtenaren van rang 13.

Art.3. Voor zover zij geen lid zijn van het personeel van een overheidsbestuur of een openbare dienst van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies of de gemeenten, hebben de deskundigen die door de Commissie belast zijn met de studie van een of meerdere vraagstukken betreffende het voorwerp van haar werkzaamheden en met het opstellen van een verslag of van besluiten, recht op een vergoeding voor het geleverde werk.
  Deze vergoeding wordt berekend op basis van een uurloon van (19,50 EUR). <KB 2001-07-13/56, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  De deskundigen schieten de kosten voor die voor de voltooiing van hun studie nodig zijn.
  Zij maken naar geweten een gedetailleerde staat op van het aantal uren die aan de studie besteed werden en van de gemaakte kosten.
  De Minister van Justitie kan dat aantal uren en die kosten verminderen in de mate dat ze overdreven zouden zijn.
  Ieder onverantwoord uitstel bij het neerleggen van het verslag of van de besluiten kan een vermindering van de vergoeding van de deskundigen met zich brengen.

Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 mei 1985.

Art. 5. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.