28 JUNI 1989. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing, in de gewone oppervlaktewateren en in de openbare riolen, van afvalwater, afkomstig van de sector van de produktie van methylcellulose.
Art. 1-6
Artikel 1. De in dit besluit vastgestelde sectoriële voorwaarden zijn van toepassing op de lozing van afvalwater afkomstig van de sector van de produktie van methylcellulose door inwerking van methylchloride op cellulose.
Art.2. Aan de algemene voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren, vastgesteld in het koninklijk besluit van 3 augustus 1976 houdende algemeen reglement voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren, in de openbare riolen en in de kunstmatige afvoerwegen voor regenwater, hierna " het algemeen reglement " genoemd, wordt de volgende aanvullende voorwaarde toegevoegd :
het chemisch zuurstofverbruik (COD) van het geloosde water mag 3 500 milligram per liter niet overschrijden.
Art.3. In afwijking van de voorwaarden vastgesteld in artikel 7, 3°, a) en b) en 5°, b) van het algemeen reglement :
1° mag het biochemisch zuurstofverbruik in vijf dagen en bij 20 °C (BOD) van het geloosde water 100 milligram per liter niet overschrijden;
2° mag het gehalte aan zwevende stoffen in het geloosde water 150 milligram per liter niet overschrijden.
Art.4. Aan de algemene voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de openbare riolen, vastgesteld in het algemeen reglement, wordt de volgende aanvullende voorwaarde toegevoegd :
het chemisch zuurstofverbruik (COD) van het geloosde water mag 3500 milligram per liter niet overschrijden.
Art.5. De lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 65 m3 per ton gefabriceerd produkt.
Art. 6. Onze Eerste Minister en Onze Staatssecretaris voor Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.