Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

10 JANUARI 1986. _ Besluit van de Executieve houdende vaststelling, voor het jaar 1986 van de objectieve criteria voor de verdeling van het bijzonder fonds voor maatschappelijk welzijn onder de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap.



Inhoudstafel:


Art. 1-7, N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit regelt voor 1986 de verdeling van het gedeelte van het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn van het Waalse Gewest, dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap toekomt.

Art.2. Voor het jaar 1986 wordt 100 pct. van het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn als volgt onder de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap verdeeld :
  § 1. _ 15 pct. op basis van het aantal maatschappelijke werkers die op 31 juli 1985 een volledige of een deeltijdbaan hadden;
  § 2. _ 31 pct. op basis van de netto-uitgaven voor het jaar 1985 ten gevolge van de uitbetaling van het bestaansminimum bij toepassing van de wet van 7 augustus 1974 en ten gevolge van de toekenning van elke andere financiële steun;
  § 3. _ 45 pct. op basis van de nettokosten ontstaan in de loop van het jaar 1985 ten gevolge van de plaatsing van bejaarden in een bejaardentehuis;
  § 4. _ 5 pct. op basis van de nettokosten ontstaan door het aantal uren, die in de loop van het jaar 1985 door de dienst voor gezins- en bejaardenhulp werden gepresteerd hetzij door de eigen dienst van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, hetzij door openbare of privédiensten, waarmee het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn een schriftelijke overeenkomst heeft getroffen;
  § 5. _ 2 pct. op basis van het aantal maaltijden, die op initiatief van het centrum tijdens het jaar 1985 werden uitgedeeld, en op basis van de daarmee verbonden nettokosten;
  § 6. _ 2 pct. op basis van de uitgaven, die voor de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bij toepassing van artikel 60, § 7 van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn tijdens het jaar 1985 ontstaan zijn.

Art.3. Indien met betrekking tot één van de criteria het aandeel van het Sociaal Fonds van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn hoger is dan de effectieve lasten, wordt het verschil tussen aandeel en lasten bij het totaal aandeel voor de plaatsing van bejaarden opgeteld.

Art.4. § 1. De Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de vereffening van de bedragen, die aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toekomen. De hiervoor vereiste numerieke gegevens worden hem verstrekt door de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap op basis van de inlichtingen verzameld via de bij dit besluit gevoegde vragenlijst.
  § 2. Een voorschot gelijk aan 75 pct. van het aandeel van het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn, dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn tijdens het laatste en het voorlaatste jaar toegekend werd, zal in de loop van het eerste kwartaal van het jaar aan ieder openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn gestort worden.
  Het bedrag van dit voorschot zal in mindering gebracht worden van het aandeel, dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toekomt en het saldo zal gestort worden in de loop van het volgende jaar.

Art.5. § 1. Wordt na de verdeling vastgesteld, dat een vergissing werd begaan ten nadele van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, dan wordt de som die het heeft moeten derven, aan dit centrum toegekend bij de overeenkomende verdeling betreffende een daaropvolgend jaar. Die som wordt berekend volgens de grondslagen van de verdeling waarbij de vergissing werd begaan.
  § 2. Indien een vergissing ten voordele van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn begaan werd, dan wordt de ten onrechte toegekende som bij de verdeling betreffende een daaropvolgend jaar afgerekend van het totaal aandeel dat aan het betrokken openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn toekomt, en onder de andere openbare centra voor maatschappelijk welzijn verdeeld, volgens de criteria, die geldig waren bij de foutieve berekening.

Art.6. Dit besluit treedt op 1 januari 1986 in werking.

Art.7. Onze Gemeenschapsminister van Volksgezondheid en Gezin, Sport en Toerisme is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. N. (Bijlage) VRAGENLIJST BETREFFENDE DE VERDELING VAN HET BIJZONDERT FONDS VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN DIE IN 1986 VOOR DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP IS VOORZIEN <Om technische redenen werd dit bijlage hier niet opgenomen; zie B.S. 10-05-1986, blz. 6726>