4 SEPTEMBER 1985. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing van afvalwater, afkomstig van de grafische industrie in de gewone oppervlaktewateren en in de openbare riolen.
Art. 1-8
Artikel 1. De in dit besluit vastgestelde sectoriële voorwaarden gelden voor het lozen van afvalwater, afkomstig van de sector van de grafische industrie.
Volgende afdelingen behoren tot de sector van de grafische industrie:
1° alle ondernemingen met als bedrijvigheid het zetten of drukken in de ruimste zin, inzonderheid hoogdruk, vlakdruk, diepdruk, flexodruk, zeefdruk, uitvlokken, fotokopie, mikrofilm, planafdruk, aanmaken van gedrukte schakelingen, elektronische druk; dit op papier, metaal, glas (behalve de versiering van holglas), plastiek, weefsel en alle andere materialen;
2° alle ondernemingen met als bedrijvigheid alle voorbereidingen en afwerkingen zoals het grafisch ontwerpen, de fotoreprografie, de clicherie, het graveren van platen en stempels, het binden, het afwerken en de veredeling;
3° alle ondernemingen met als bedrijvigheid alle technieken van reproduktie en duplicering van audio-visuele kommunikatie.
Art.2. De aanvullende voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren zijn de volgende:
1° het is verboden inktresten en gebruikte fotografische ontwikkelings- en fixeerbaden te lozen;
2° het chemisch zuurstofverbruik (COD) van het geloosde water mag 120 milligram per liter niet overschrijden
;3° het gehalte aan totaal koper van het geloosde water mag 1 milligram per liter niet overschrijden;
4° het gehalte aan totaal chroom van het geloosde water mag 2 milligram per liter niet overschrijden;
5° het gehalte aan zeswaardig chroom van het geloosde water mag 0,5 milligram per liter niet overschrijden;
6° het gehalte aan totaal zink van het geloosde water mag 5 milligram per liter niet overschrijden;
7° het gehalte aan totaal lood van het geloosde water mag 2 milligram per liter niet overschrijden;
8° het gehalte aan totaal zilver van het geloosde water mag 3 milligram per liter niet overschrijden;
9° het gehalte aan sulfieten van het geloosde water mag 1 milligram per liter niet overschrijden (SO3);
10° het geloosde water mag geen organohalogeenverbinding bevatten;
11° het gehalte aan aromatische koolwaterstoffen mag 1 milligram per liter niet overschrijden.
Art.3. In afwijking van de voorwaarde vastgesteld in artikel 7, 3°, b van het koninklijk besluit van 3 augustus 1976 houdende algemeen reglement voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren, in de openbare riolen en in de kunstmatige afvoerwegen voor regenwater, mag het biochemisch zuurstofverbruik in 5 dagen en bij 20 °C, (BOD) van het geloosde water 30 milligram per liter niet overschrijden.
Art.4. De aanvullende voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de openbare riolen zijn de volgende:
1° het gehalte aan totaal koper in het geloosde water mag 2 milligram per liter niet overschrijden;
2° het gehalte aan totaal chroom in het geloosde water mag 2 milligram per liter niet overschrijden;
3° het gehalte aan totaal zink in het geloosde water mag 5 milligram per liter niet overschrijden;
4° het gehalte aan totaal zilver in het geloosde water mag 400 milligram per m2 verwerkt lichtgevoelig materiaal niet overschrijden.
Art.5. Voor de voorwaarden van de artikelen 2 en 4 van dit besluit, wordt de meting van totaal metaal gedaan op een niet gefiltreerd monster dat verzuurd is aan pH2.
Art.6. De algemene en sectoriële lozingsvoorwaarden voor de grafische industrie zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 17 m3 per werknemer per maand, behalve voor wat betreft de voorwaarde van artikel 4, 4° van dit besluit.
Art.7. Het koninklijk besluit van 23 januari 1979 houdende sectoriële voorwaarden voor het lozen van afvalwater afkomstig van de sector van de drukkerijen in de openbare riolen en in de gewone oppervlaktewateren, wordt opgeheven.
Art. 8. Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Staatssecretaris voor Volksgezondheid en Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.