6 DECEMBER 1984. _ Koninklijk besluit genomen in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 289 van 31 maart 1984, houdende tijdelijke maatregelen inzake matiging van de inkomsten der zelfstandigen, met het oog op de vermindering van de openbare lasten en het financieel evenwicht van het sociaal statuut van de zelfstandigen.
Art. 1-5
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit dient verstaan :
1° onder "koninklijk besluit nr. 289" : het koninklijk besluit nr. 289 van 31 maart 1984 houdende tijdelijke maatregelen inzake matiging van de inkomsten der zelfstandigen met het oog op de vermindering van de openbare lasten en het financieel evenwicht van het sociaal statuut van de zelfstandigen;
2° onder "Rijksinstituut" : het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen;
3° onder "Nationale Kas" : de Nationale Kas voor Beroepskrediet.
Art.2. Teneinde de kosten, voorzien in artikel 7, § 3, laatste lid, van het koninklijk besluit nr. 289 en die betrekking hebben op de matigingsbijdrage van het jaar 1984, te dekken, zal een voorschot van (honderd miljoen tweehonderdeenenzestigduizend achthonderd) frank op de affectaties bedoeld bij artikel 7, § 3, 1° en 2°, van genoemd besluit voorbehouden worden op een interestrekening, geopend bij de Nationale Kas, op naam van het Rijksinstituut, ten belope van drieëndertig miljoen frank ten voordele van het Rijksinstituut en (zevenenzestig miljoen tweehonderdeenenzestigduizend achthonderd) frank ten voordele van de Nationale Kas. <KB 1985-02-26/30, art. 2, 002>
Art.3. De kosten gedaan door het Rijksinstituut zullen terugbetaald worden, op het einde van elk trimester op voorlegging van de vereiste boekhoudkundige bescheiden en na goedkeuring door de Staatssecretaris voor Middenstand.
De kosten gedaan door de Nationale Kas zullen terugbetaald worden na goedkeuring van de facturen door de Staatssecretaris voor Middenstand.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang op 1 april 1984.
Art. 5. Onze Minister van Middenstand en Onze Staatssecretaris voor Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.