Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

21 DECEMBER 1984. - Ministerieel besluit houdende de instelling van een premieregeling voor het vrijwillig stopzetten van de melkproduktie.



Inhoudstafel:


Art. 1-10
Bijlage.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Onder de voorwaarden van dit besluit en binnen de beschikbare kredieten ten bedrage van 2 250 miljoen frank wordt een premie toegekend aan producenten die een aanvraag tot het vrijwillig stopzetten van de melkproduktie indienen. De premie wordt gefinancierd door het Landbouwfonds.
  Onder producent wordt verstaan de landbouwexploitant die voldoet aan het bepaalde in artikel 1 van het ministerieel besluit van 13 september 1984 en die bovendien voldoet aan het bepaalde in artikel 2 van dit besluit.
  Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  het koninklijk besluit van 29 juni 1984, het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de toepassing van de extraheffing bedoeld bij artikel 5quater van verordening (EEG) n° 804/68 gedurende het tijdvak van 2 april 1984 tot 31 maart 1985;
  het ministerieel besluit van 13 september 1984, het ministerieel besluit van 13 september 1984 betreffende de toepassing van de extraheffing bedoeld bij artikel 5quater van verordening (EEG) nr. 804/68 gedurende het tijdvak van 2 april 1984 tot 31 maart 1985.

Art.2. § 1. (Komen in aanmerking voor de premie, onder voorbehoud van het bepaalde in artikel 3 de producenten die gedurende het kalenderjaar 1983 minder dan 100 000 liter melk of andere zuivelprodukten voor een overeenstemmende hoeveelheid hebben geleverd en die na 1 oktober 1984 nog regelmatig melk of andere zuivelprodukten hebben geleverd of rechtstreeks verkocht voor zover ze door overmacht of door speciale bedrijfsomstandigheden daartoe niet in de onmogelijkheid waren). <MB 17-09-1985, art. 1>
  Onder melk of andere zuivelprodukten worden verstaan de produkten bedoeld in artikel 12 a en b van verordening (EEG) n° 857/84 houdende algemene voorschriften voor de toepassing van de in artikel 5quater van verordening (EEG) n° 804/68 bedoelde heffing in de sector melk en zuivelprodukten.
  § 2. (Voor producenten evenwel voor wie op basis van artikel 7, § 2, van het ministerieel besluit van 13 september 1984 een ander referentiejaar dan het kalenderjaar 1983 in aanmerking werd genomen voor het vaststellen van hun referentiehoeveelheid " leveringen aan de zuivelindustrie ", kan dit andere referentiejaar gelden voor het voldoen aan de voorwaarde van dit artikel m.b.t. de levering van minder dan 100 000 liter melk of van andere zuivelprodukten voor een overeenstemmende hoeveelheid.) <MB 21-10-1985, art. 1>
  § 3. Voor de producenten die de hoeveboterproduktie gestopt hebben vóór 31 juli 1984 en een aanpassing van hun referentiehoeveelheid " levering aan de zuivelindustrie " hebben bekomen is de nieuw toegekende referentiehoeveelheid " levering aan de zuivelindustrie " gedeeld door de coëfficiënt 0,95 bepalend voor de voorwaarden van dit artikel m.b.t. de levering van minder dan (100 000 liter) of van andere zuivelprodukten voor een overeenstemmende hoeveelheid. <MB 14-05-1985, art. 1>

Art.3. De in artikel 2, § 1 bedoelde leveringslimiet van (100 000 liter) melk of van andere zuivelprodukten voor een overeenstemmende hoeveelheid zal indien nodig worden verlaagd met het oog op het eerbiedigen van het in artikel 1 bedoelde maximum kredietbedrag. <MB 14-05-1985, art. 1>
  <NOTA : Niet van toepassing op de aanvragen ingediend vóór 9 juni 1985 (MB 21-10-1985, art. 2)>

Art.4. De producenten aan wie een premie wordt toegekend verbinden zich ertoe definitief afstand te doen van alle hen toegewezen referentiehoeveelheden en de volledige melkproduktie uiterlijk op 30 juni 1985 of 30 september 1985 stop te zetten. Voor de periode van 1 april 1985 tot 30 juni 1985 respectievelijk 30 september 1985 behouden zij 25 pct. resp. 50 pct. van de referentiehoeveelheden toegekend in uitvoering van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 alsmede van het ministerieel besluit van 13 september 1984.
  (De producenten die een aanvraag hebben ingediend in de periode van 9 juni 1985 tot 14 november 1985 en aan wie een premie wordt toegekend, verbinden zich ertoe definitief afstand te doen van alle hen toegewezen referentiehoeveelheden en de volledige melkproduktie uiterlijk op 31 december 1985 stop te zetten.
  Voor de periode van 1 april 1985 tot 31 december 1985 houden zij 75 pct. van de referentiehoeveelheid, toegekend in uitvoering van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 alsmede van het ministerieel besluit van 13 september 1984.
  Voor producenten evenwel die (ten gevolge van bijzondere bedrijfsomstandigheden) of omwille van door de overheid genomen maatregelen van diergeneeskundige aard niet kunnen voldoen aan de voorwaarden m.b.t. het stopzetten van de volledige melkproduktie op de voorziene datum kan worden afgeweken van het bepaalde in dit artikel. <MB 1988-01-18/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 08-02-1988>
  De totale premie wordt in dat geval verminderd naar rato van 4 F per liter melk geleverd na de voorziene datum van stopzetting van de melkproduktie.) <MB 21-10-1985, art. 1>

Art.5. De premie wordt voor iedere aanvrager berekend op basis van de volgens artikel 4 van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 toegekende referentiehoeveelheid en wordt beperkt tot een bedrag overeenkomend met 60 000 liter melk of een overeenstemmende hoeveelheid andere zuivelprodukten.
  Voor de producenten evenwel, bedoeld in artikel 2, §§ 2 en 3 dienen de in die paragrafen bedoelde referentiehoeveelheden als basis voor de berekening van de premie.
  (Voor producenten die erom verzocht hebben geen rekening te houden met het bepaalde in art. 2, § 2, wordt de premie berekend op basis van de referentiehoeveelheid die was toegekend vóór herziening op basis van art. 7, § 2, van het ministerieel besluit van 13 september 1984.) <MB 21-10-1985, art. 1>

Art.6. § 1. Het totale bedrag van de premie wordt per liter melk vastgesteld op 16 frank uit te betalen in 4 jaarlijkse schijven van 4 frank per liter.
  Voor producenten evenwel :
  - die in het kalenderjaar 1985 de leeftijd bereiken van 63 jaar bedraagt de premie 12 frank per liter, uit te betalen in 3 jaarlijkse schijven van 4 frank per liter;
  - die in 1985 de leeftijd bereiken van 64 jaar of ouder bedraagt de premie 8 frank per liter, uit te betalen in 2 jaarlijkse schijven van 4 frank per liter.
  § 2. De betalingen gebeuren jaarlijks vóór 1 september voor producenten die de melkproduktie volledig gestopt hebben uiterlijk op 30 juni 1985, en jaarlijks vóór 1 december voor de producenten die de melkproduktie volledig gestopt hebben uiterlijk op 30 september 1985. De uitbetaling van de eerste schijf gebeurt in 1985.
  (Voor producenten die de melkproduktie volledig gestopt hebben op 31 december 1985 gebeurt de uitbetaling van de eerste schijf uiterlijk op 28 februari 1986. De overige schijven worden jaarlijks vóór 28 februari uitbetaald.) <MB 21-10-1985, art. 1>
  (Voor producenten evenwel die de melkproduktie volledig gestopt hebben uiterlijk op 30 september 1985 en voor producenten die de melkproduktie volledig gestopt hebben uiterlijk op 31 december 1985 gebeurt de uitbetaling van de vierde schijf uiterlijk op 31 mei 1989.) <MB 1988-05-06/36, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 03-06-1988>
  (§ 3. In geval van overlijden van de aanvrager worden de nog niet uitgekeerde schijven van de premie uitbetaald aan de rechtverkrijgenden indien zij zich schriftelijk ertoe verbinden de bepalingen van dit besluit na te leven of te doen naleven door de overnemer van het bedrijf en indien blijkt dat de bepalingen werkelijk werden nageleefd.) <MB 17-09-1985, art. 2>

Art.7. De premieaanvragen moeten aangetekend worden ingediend in de periode van 1 januari 1985 tot (14 november 1985) bij het Bestuur der Economische Diensten van het Ministerie van Landbouw, Bolwerklaan 21, 1000 Brussel, door middel van de daartoe voorziene aanvraagformulieren waarvan model in bijlage. <MB 21-10-1985, art. 1>

Art.8. Onverminderd de ambtsbevoegdheid van de officieren van gerechtelijke politie wordt overtreding van de bepalingen van dit besluit opgespoord en vastgesteld door de agenten van de Nationale Zuiveldienst en door de ambtenaren van het Ministerie van Landbouw.

Art.9. Onverminderd de strafbepalingen vervat in het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen te doen in verband met subsidies, vergoedingen of toelagen van elke aard, die geheel of ten dele ten laste van de Staat zijn, kan de premie geweigerd worden aan de aanvragers die een verklaring hebben gedaan die na onderzoek geheel of gedeeltelijk vals blijkt te zijn.
  (Onverminderd de toepassing van de bepalingen van artikel 5quater van verordening (EEG) nr. 804/68 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sektor melk en zuivelprodukten, worden de reeds uitgekeerde schijven van de premie teruggevorderd indien de bepalingen van dit besluit niet worden nageleefd door de begunstigde, de rechtverkrijgenden of de overnemer van het bedrijf.) <MB 1988-01-18/31, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 08-02-1988>

Art.10. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1985.

Bijlage.
Art. N. Aanvraagformulier voor de premie voor het stopzetten van de melkproduktie. <Niet opgenomen door technische redenen zie B.St. 08-01-1985, p. 113>
  <Gewijzigd door :
  MB 18-05-1985, art. 4;
  MB 21-10-1985, art. 3>