4 SEPTEMBER 1985. _ Koninklijk besluit tot vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing van afvalwater, afkomstig van de vilbeluiken in de gewone oppervlaktewateren.
Art. 1-5
Artikel 1. De in dit besluit vastgestelde sectoriële voorwaarden gelden voor het lozen van afvalwater afkomstig van vilbeluiken.
Art.2. De aanvullende voorwaarden voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren zijn de volgende:1° chemisch zuurstofverbruik (COD): 250 milligram per liter;2° Kjeldahl stikstof: 60 milligram per liter.
Art.3. In afwijking van de voorwaarden vastgesteld in artikel 7, 3°, a en b, 5°, a en 8° van het koninklijk besluit van 3 augustus 1976 houdende algemeen reglement voor het lozen van afvalwater in de gewone oppervlaktewateren, in de openbare riolen en in de kunstmatige afvoerwegen voor regenwater, mogen in het geloosde water volgende gehalten niet overschreden worden:1° biochemisch zuurstofverbruik, in 5 dagen en bij 20° C (BOD): 50 milligram per liter;2° bezinkbare stoffen (tijdens een statische bezinking van 2 uur): 1,5 milliliter per liter;3° stoffen extraheerbaar met petroleumether: 25 milligram per liter.
Art.4. De algemene en sectoriële lozingsvoorwaarden zijn vastgesteld op basis van het specifiek referentievolume van het effluent van 30 m3 per ton gefabriceerd produkt.
Art. 5. Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Staatssecretaris voor Volksgezondheid en Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.