9 SEPTEMBER 1985. - Koninklijk besluit betreffende de ijklonen en de kosten van andere metrologische verrichtingen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 24-06-2014 en tekstbijwerking tot 28-12-2018)
Art. 1-7
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1.[1 § 1. [2 Voor elke ijkverrichting is een vast ijkloon verschuldigd, ongeacht of het meetwerktuig aanvaard, geweigerd of opnieuw wordt aangeboden. Het bedrag van het ijkloon wordt bepaald in de bijlage bij dit besluit of door Ons in besluiten met betrekking tot specifieke werktuigen. Onder voorbehoud van de toepassing van deze bedragen, wordt de vergoeding voor ijkverrichtingen berekend in uurloon. Het bedrag van het uurloon wordt bepaald in de bijlage gevoegd bij dit besluit.]2.
§ 2. Voor de metrologische verrichtingen andere dan die bedoeld in § 1 wordt de vergoeding berekend in uurloon, onder voorbehoud van de toepassing van de bedragen van de kalibratielonen bepaald in bijlage bij dit besluit.
Het bedrag van het uurloon wordt bepaald in de bijlage gevoegd bij dit besluit.
§ 3. De bedragen die in § 1 en § 2 zijn bedoeld worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.
De berekening van de aanpassing geschiedt op basis van de coëfficiënt die bekomen wordt door het indexcijfer van de maand november die voorafgaat aan de maand januari in de loop waarvan de aanpassing zal plaatsvinden, te delen door het indexcijfer van de maand november 2011. Na toepassing van de coëfficiënt worden de bekomen bedragen afgerond tot de dichtstbijzijnde euro naar beneden, behalve als het afgeronde bedrag kleiner is dan het oorspronkelijke bedrag.]1
----------
(1)<KB 2014-05-22/19, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2014>
(2)<KB 2018-12-20/03, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 07-01-2019>
Art.2.Voor de verrichtingen in de lokalen van de Metrologische Dienst [1 van de FOD Economie]1 is het bedrag van het ijkloon of van de vergoeding in geen geval lager dan [1 vijf euro]1. Dat bedrag wordt gebracht op [1 tien euro]1 voor de verrichtingen die buiten de lokalen van de Metrologische Dienst geschieden.
De minimumbedragen, vermeld in het eerste lid, zijn verschuldigd per ijkzitting of per formulier van inschrijving. [1 Zij worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. De berekening van de aanpassing geschiedt op basis van de coëfficiënt die bekomen wordt door het indexcijfer van de maand november die voorafgaat aan de maand januari in de loop waarvan de aanpassing zal plaatsvinden, te delen door het indexcijfer van de maand november 2011. Na toepassing van de coëfficiënt worden de bekomen bedragen afgerond tot de dichtstbijzijnde euro naar beneden, behalve als het afgeronde bedrag kleiner is dan het oorspronkelijke bedrag.]1
----------
(1)<KB 2014-05-22/19, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2014>
Art.3. De ijkverrichtingen en de andere metrologische verrichtingen geschieden in of buiten de lokalen van de Metrologische Dienst, op de plaats, de dag en het uur, afgesproken met de aanvrager. Indien er geen afspraak is, deelt de Metrologische Dienst de plaats en de dag mede waarop de verrichtingen zullen geschieden. De mededeling geschiedt bij een ter post aangetekende brief en minstens acht dagen op voorhand.
Wanneer de verrichtingen niet kunnen plaatshebben, door toedoen van de aanvrager of de houder van het meerwerktuig, is een vergoeding verschuldigd gelijk aan 40 pct. van het normaal verschuldigde ijkloon of vergoeding. Die vergoeding kan in geen geval lager zijn dan de bedragen bepaald in artikel 2.Geen vergoeding is verschuldigd wanneer de Metrologische Dienst van het niet-plaatshebben van de verrichtingen is verwittigd, tenminste drie werkdagen voorafgaand aan de dag van de verrichtingen.
Art.4. De bedragen verschuldigd aan de Metrologische Dienst worden vermeld op een faktuur. Indien zij binnen de bepaalde tijd niet zijn betaald, worden zij verhoogd met 30 pct.
De bedragen en hun verhoging worden door de Metrologische Dienst op een lijst geplaatst. Deze wordt afgesloten en uitvoerbaar verklaard door de ambtenaren daartoe aangewezen door de directeur-generaal van de Directe Belastingen.
De inning van het bedrag en de verhoging geschiedt door de Administratie van de Directe Belastingen.
Art.5. Het koninklijk besluit van 22 december 1966 houdende vaststelling en coördinatie der ijklonen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 januari 1969, wordt opgeheven.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 1985.
Art.7. Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Economische Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N. Bijlage.
1. Bedrag van het ijkloon per meetwerktuig.
Aard der meetwerktuigen.
Gewone inhoudsmaten:
per maat met een nominale inhoud kleiner dan of gelijk aan 21:...100 F
per maat met een nominale inhoud groter dan 21:..................250 F
Taxameters:
Ijk van het volledige mechanisme:................................500 F
Ijk van de prijsaanduiding per tarief:...........................200 F
Kwikkoortsthermometers:...........................................15 F
Glaswerk voor butyrometrie:
Melkbutyrometers:.................................................30 F
Roombutyrometers:.................................................30 F
Melkpipetten, zwavelzuurpipetten, amylalcoholpipetten:............20 F
Pipeteerapparaten, vast loon per apparatuur:.....................300 F
Pipetten voor pipeteerapparaten, per pipet:......................100 F
Automatische apparaten, per gemeten volume:......................200 F
2. Bedrag van het uurloon:.....................................1 200 F
GEWIJZIGD BIJ :
<Vervangen bij KB 2014-05-22/19, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2014>
<Vervangen bij KB 2018-12-20/03, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 07-01-2019>